De beroepscode moet jou als verzorgende of verpleegkundige meer duidelijkheid geven in je werk, in het onderwijs en bij tuchtcolleges.
1. Eenduidige afspraken over gewetensbezwaren
Verpleegkundigen en verzorgenden hebben het recht om op grond van gewetensbezwaren te weigeren mee te werken aan bepaalde (be)handelingen. Je mag dus weigeren, maar je hebt wel de plicht om goede zorg te waarborgen. Dus wanneer je een (be)handelingen weigert, omdat die ernstig in conflict is met je levensovertuiging of persoonlijke waarden en normen, dan moet je de zorg wel gemotiveerd teruggeven aan een leidinggevende of overdragen aan een collega. Het onderwerp gewetensbezwaren was een hot item in de nieuwe beroepscode, vooral omdat de oude beroepscodes op dit punt verschilden. Nu is er één advies geformuleerd.
In een sociaal wijkteam kan je om informatie over een cliënt worden gevraagd. Weet dan, dat je een geheimhoudingsplicht hebt, maar dat hier ook uitzonderingen op mogelijk zijn. Wanneer mag je het beroepsgeheim doorbreken?
2. Elektronisch dossier, social media en mobiele telefoon staan vermeld
In de nieuwe beroepscode wordt aandacht besteed aan het elektronisch dossier, de mobiele telefoon en social media. Deze werden nog niet genoemd in de oude beroepscodes. Zo staat er dat je als verpleegkundige en verzorgende de gegevens van de zorgvrager vastlegt in het papieren verpleegkundig zorgdossier of in het elektronisch dossier. Als je je mobiele telefoon gebruikt tijdens de zorgverlening moet je je houden aan regels om infectiegevaar te voorkomen. Om welke regels het dan precies gaat, is afhankelijk van regels die de zorginstelling daarvoor heeft opgesteld. Daarom is het belangrijk dat je het instellingsbeleid kent en volgt. Over social media staat vermeld dat verpleegkundigen zich in de (social) media presenteren op een manier die het vertrouwen van zorgvragers in de verpleegkundige zelf en in de beroepsgroep bevordert.
3. Aandacht voor (in)formele samenwerkingspartners
In de vorige beroepscodes werd gesproken over de verpleegkundige in relatie tot andere zorgverleners. Dat is veranderd in ‘samenwerkingspartners’, omdat de samenwerking met bijvoorbeeld wijkagent, leerkracht, woningcoöperaties en gemeenten door de hervormingen in de langdurige zorg steeds belangrijker wordt. Evenals de samenwerking met mantelzorgers en vrijwilligers, die je moet ondersteunen door hun draagkracht te ondersteunen en te bewaken. Bij het delen van taken met of overdragen van taken aan mantelzorgers of vrijwilligers, bewaak je je eigen verantwoordelijkheid en de continuïteit en veiligheid van zorg voor de patiënt of cliënt.
De nieuwe Nederlandse beroepscode van verpleegkundigen en verzorgenden is tot stand gekomen door de samenwerking tussen V&VN, NU’91, FNV Zorg & Welzijn, CNV Zorg & Welzijn, Healthcare Christian Fellowship Nederland (HCF), Reformatorisch Maatschappelijke Unie (RMU) sector Gezondheidszorg en Welzijn ‘Het Richtsnoer’ en CGMV vakorganisatie voor christenen.
