Met ingang van 2015 krijgen gemeenten zo’n 30 procent minder Wmo-budget voor de voorziening huishoudelijke hulp (hh). Movisie heeft op verzoek van de VNG en het ministerie van VWS onderzoek gedaan naar de verschillende manieren waarop zij huishoudelijke hulp organiseren. Veel gemeenten hebben de bezuinigingen als basis genomen voor hun nieuwe beleid. Er is nog wel iets te verbeteren aan de voorziening huishoudelijke hulp, blijkt uit onderzoek van Movisie.
Huishoudelijke hulp
De vormgeving van huishoudelijke hulp verschilt per gemeente; van een integraal (maatwerk)arrangement tot het aanbod van huishoudelijke hulp als losse dienst. Bij een integrale voorziening maakt hh deel uit van een breder aanbod van zorg en ondersteuning. Als het gaat om een losse dienst, dan hebben ze de ondersteuning aan inwoners vaak ook geregeld via andere voorzieningen, zegt Hilde van Xanten van Movisie, die het onderzoek leidde. ‘Ik hoop dat onze bevindingen ertoe leiden dat gemeenten hun aanbod van voorzieningen nog eens tegen het licht houden.’
‘Inzet van huishoudelijke hulp’
Gemeenten ontvangen sinds 2015 zo’n 30% minder Wmo-buget voor de voorziening huishoudelijke hulp. Op basis van deze bezuiniging hebben veel gemeenten nieuw beleid vormgegeven. Movisie onderzocht de situatie bij elf gemeenten. Download hier de Movisie-publicatie ‘Inzet van huishoudelijke hulp’ >>
Voorzieningen
Wat zou er beter kunnen bij de uitvoering van de huishoudelijke hulp? Van Xanten: ‘Interessant is te zien of de verschillende inzichten over beleid en uitvoering van huishoudelijke hulp, andere gemeenten weer kan stimuleren om hun eigen aanbod opnieuw te bekijken. In het onderzoek hebben we het aanbod van 11 gemeenten nader uitgewerkt; die gemeenten zijn geselecteerd op verscheidenheid in de uitvoering van huishoudelijke hulp.’
Wmo arrangement
Welke thema’s zouden gemeenten onder de loep kunnen nemen? Hilde van Xanten: ‘Belangrijk is om een duidelijke visie te hebben op de positie van huishoudelijke hulp. Zet de gemeente het in als een losse dienst, die beschikbaar is voor de Wmo-doelgroep? Of maakt de gemeente huishoudelijke hulp nadrukkelijk onderdeel van een breed arrangement voor inwoners? In Rotterdam bijvoorbeeld, werkt de Wmo-adviseur vanuit het wijkteam, en bekijkt samen met de cliënt op welke gebieden ondersteuning nodig is. Ondersteuning en regie bij het voeren van een huishouden is onderdeel van een (integraal) ondersteuningsarrangement.’
Mogen gemeenten vanuit hun Wmo-taak nu wel of niet huishoudelijke hulp weigeren? De uitspraken van verschillende rechtbanken in het land geven daar geen duidelijkheid over. De rechter in Zeeland – West-Brabant zegt van wel, de rechter in Gelderland oordeelt weer anders. Lees meer>>
Signaleren
Verder moeten gemeenten bepalen welke plaats signalering in de huishoudelijke hulp heeft. Van Xanten: ‘Sommige gemeenten maken nadrukkelijk met zorgaanbieders afspraken dat hulpen een signaal doorgeven als er iets “niet pluis” is bij cliënten. Andere gemeenten stellen daar geen geld voor beschikbaar. Het is belangrijk dat er dan wel afspraken worden gemaakt over hoe er gehandeld wordt en door wie, als er sprake is van een “niet pluis situatie”.’
Vouchers
Tot slot is het resultaat van de hulp een belangrijk item voor gemeenten, zegt Van Xanten. ‘Het zou goed zijn als de cliënt ook invloed heeft op het vaststellen van het gewenste resultaat. Het gaat er tenslotte om dat die cliënt langer zelfstandig kan wonen. In Tilburg zie je bijvoorbeeld dat het vouchersysteem – inwoners kopen gesubsidieerde vouchers waarmee zij zelf diensten kunnen afnemen – juist de cliënten meer ruimte geeft om het zelf te regelen. Je ziet trouwens ook dat oudere cliënten niet zo snel die ruimte pakken om de vouchers meer of minder in te zetten. Zij zien liever op vaste tijden hun vertrouwde hulp komen.
Toekomst
Is de huishoudelijke hulp nu wel of geen Wmo-voorziening? De uitspraken van verschillende rechters verschillen. In maart buigt de Centrale Raad van Beroep zich daarover. Thuiszorgorganisaties gaan failliet en hulpen worden ontslagen. Toch is er volgens Hilde van Xanten zeker toekomst voor de huishoudelijke hulp. ‘Het is werk dat we als samenleving nodig vinden, en dus betalen we daarvoor. Ik denk trouwens wel dat er een nieuw gesprek komt over hogere bijdragen door hogere inkomens. Voor gemeenten is het zaak alert te zijn op de stapeling van verschillende bijdragen, die cliënten boven het hoofd kunnen groeien. Dat hebben ze niet altijd in beeld.’