De overheid trekt 33 miljoen euro extra uit voor extra zorg voor ouderen tussen ziekenhuis en zelfstandig thuis wonend. Dat heeft staatssecretaris Martin van Rijn in een brief aan de Tweede Kamer meegedeeld. Deze vorm van zorg moet er bijvoorbeeld toe leiden dat ouderen niet meer in een te laat stadium van zorg bij de spoedeisende hulp terecht komen. Ook kunnen ouderen vanaf de spoedeisende hulp kortdurend in een zorginstelling worden opgevangen voor zorg.
Ouderengeneeskunde
In de Kamerbrief laat de staatssecretaris ook weten dat hij het mogelijk wil maken dat huisartsen gemakkelijker een specialist ouderengeneeskunde kunnen inschakelen. De huisarts heeft niet altijd de kennis en competenties om een oudere met een complexe zorgvraag goed te verwijzen.
Signalering van dementie en eenzaamheid blijft achter. Dat blijkt uit een onderzoek van de OuderenOmbudsman. Die krijgt steeds meer berichten dat de sociale rol van thuiszorgsters verdwijnt. Dat leidt ertoe dat de tijdige signalering van dementie, eenzaamheid of depressie in de knel komt. Lees meer>>
Subsidie
Voor de inzet van een ouderengeneeskundige wordt nu extra geld vrijgemaakt. Bovendien kan de specialist op dit moment alleen worden ingezet als hij/zij in dienst is van een zorginstelling. Dat hoeft niet meer, er komt een speciale subsidieregeling extramurale behandeling voor cliënten die niet onder de Wet langdurige zorg vallen.
Praktijkteam
Samenwerking tussen zorgverleners “in de keten” is cruciaal, aldus Van Rijn in de Kamerbrief. Van Rijn wijst voor de hindernissen in de samenwerking op het bestaan van het Praktijkteam Zorg. Dit team van het ministerie van VWS ondersteunt zorgverleners die in de praktijk tegen problemen aanlopen. Bijvoorbeeld met de overdracht en de doorstroom van patiënten tussen huis, ziekenhuis eerstelijnszorg en langdurige zorg. Dit team is te bereiken op juistezorgplek@minvws.nl