Volgens onderzoeker Gerard Goudriaan, medisch
socioloog, zal de vraag naar zorg fors stijgen. Het aantal dementen in komt 2010
op 207.000, in 2050 zijn er 412.000 demente verpleeghuiscliënten. Zowel
patiënten als verzorgenden zullen steeds vaker van allochtone herkomst zijn.
Verder worden ouderen mondiger en veeleisender. Het werk van de verzorgende
wordt navenant moeilijker.
De zorg wordt ‘medischer’, de verzorgenden moeten over meer sociale
vaardigheden beschikken en moeten zich qua kennis voorbereiden op hulpverlening
aan mensen met dementie of gedragsproblemen. Tot slot is er nog het
personeelsgebrek. Onderzoekers gaan ervan uit dat in 2025 een op de vier
werkenden in Nederland een baan móet kiezen in de gezondheidszorg om tegemoet te
komen aan alle vraag naar zorg.
Communiceren
Goudriaan benadrukt in zijn rapport dat het personeel vooral in de
opleiding moet leren communiceren met bewoners, familieleden en collega’s. Dat
is hoogleraar Verpleging en Verzorging Jan Hamers van de Universiteit van
Maastricht uit het hart gegrepen. Hijzelf was, zo’n vijfentwintig jaar geleden,
verpleegkundige in een verpleeghuis, een beroepsgroep die daar nu nauwelijks
meer wordt aangetroffen.
‘Toen was het normaal dat het personeel eten gaf, patiënten waste en bedden
verschoonde. Nauwer contact tussen patiënt en medewerker was ondenkbaar. De
verpleeghuisarts keurde de verzorgende geen blik waardig.’
De nieuwe benadering van integrale zorg betekent volgens Hamers dat de
verzorgende zal moeten leren praten over de wens van de bewoner en van de
familie. ‘In het teamoverleg moet zij overleggen met de arts en meepraten over
de verzorging.’
Dat is jammer genoeg nog lang niet de praktijk van alledag, zegt Yvonne van
Gilse, directeur van het Landelijk Orgaan Cliëntenraden (LOC).
‘Verzorgenden moeten kunnen observeren, onderhandelen, schriftelijk
rapporteren, overleggen. Daar schort het nu vaak aan, omdat ze voor al deze
kwalificaties niet zijn opgeleid. De opleidingseisen zijn in het verleden uit
kostenoverwegingen omlaag geschroefd. Dat lost misschien op korte termijn het
budgetprobleem op, maar voor de lange termijn getuigt het van weinig visie.
Zorginstellingen moeten meer investeren in betere scholing.’
VerworvenheidRiet van der Meer werkt zes jaar in de
thuiszorg, daarvoor in een verpleeg/verzorgingshuis. Ze wast cliënten, kleedt ze
aan, helpt ze hun steunkousen aantrekken en doet huishoudelijk werk. Het
werkoverleg, een keer per twee weken, noemt ze een verworvenheid.
‘Het is belangrijk voor het plezier in het werk, je voelt je serieus
genomen. Het is goed voor het teamgevoel en voor je betrokkenheid bij de
patiënt.’Zo nu en dan kan Van der Meer een cursus volgen op kosten van haar
werkgever. Maar wel in haar eigen tijd. ‘Ik heb dat er graag voor over. Je kunt
zeggen: Ik ben er voor het stofzuigen, maar ik vind het interessant ommeer
te leren over bijvoorbeeld dementie, zodat je beter kunt omgaan met je
cliënt.’
Francis Bolle van de V&VN is bang dat betere scholing verdrongen wordt
door andere ontwikkelingen. ‘De sector krijgt binnenkort te maken met
marktwerking. Verpleeghuizen moeten aantrekkelijk worden voor nieuwe bewoners.
Dus laat men de boel verbouwen en zorgt men voor een mooie inrichting. Alleen is
er dan misschien niet voldoende geld voor bijvoorbeeld fatsoenlijke
verzorging.’
Ook de taakherschikking kan gevolgen hebben voor de kwaliteit van zorg. ‘De
arts schuift steeds meer werk af naar de verpleegkundige. Zij schuift het op
haar beurt door naar de verzorgende. En de verzorgende? Een mantelzorger
inschakelen voor haar werk?’
Bolle ziet bij verpleeghuizen in de Randstad een oververtegenwoordiging van
de laagste niveaus van verzorgenden, veelal van allochtone afkomst.
Personeelstekort, gebrekkige opleiding van het personeel en slechte communicatie
zijn naar haar mening grote problemen. In de landelijke regio’s speelt vooral
het gebrek aan doorstroming een rol: ‘Managers zijn ooit benoemd omdat ze al
lang in dienst waren. Veel verzorgenden blijven heel lang op dezelfde plek.
Nieuwe trends zoals het verplegen van dementerenden in kleine eenheden,
worden daar gezien als iets vreemds.’
Bolle pleit voor meer leiderschap op de werkvloer. ‘Een verpleegkundige die
al werkend het goede voorbeeld geeft en een cultuur invoert van communiceren met
elkaar.’Die aanpak kan ook helpen bij multiculturele verschillen. ‘Als je
over dingen praat, kun je een soort gemene deler ontwikkelen.’