‘Vroeger wist men niet hoe je met leerproblemen moest omgaan. En vaak moesten de oudste jongens en meisjes van het gezin na het lager onderwijs thuis helpen, vertelt Marian Janssen, initiatiefneemster van de projecten. Laaggeletterdheid is niet iets wat alleen bij migranten of ouderen voorkomt. ‘De groep laaggeletterden groeit nog ieder jaar’, zegt Janssen. ’Van de kinderen verlaat 25 procent de basisschool met twee jaar leesachterstand. Op het mbo werd nauwelijks aandacht besteed aan Nederlands. Als je werkt met je handen, is daar niets mis mee. Maar als je nooit leest en schrijft, is dat wel erg.’
Schulden
De projecten ‘Lang zullen ze lezen’ en ‘Wie dit leest, doet mee!’ gaan de laaggeletterdheid in de gemeente Schijndel en Sint-Michielsgestel tegen. De kracht ervan is de rol van het welzijnswerk, vindt Janssen. Voorheen speelde dat een vrijblijvende rol in de aanpak van laaggeletterdheid. ‘Als een welzijnswerker iemand met leesproblemen tegenkwam, kon men die doorverwijzen naar een ROC. Nu krijgen zij ervoor betaald om echt kandidaten te werven, problemen te signaleren en laaggeletterden te begeleiden.’ En dat is uniek, beweert Janssen. ‘De docent van het ROC geeft les, de welzijnswerker helpt bijvoorbeeld om schulden aan te pakken. Vaak zie je dat er sprake is van meerdere problemen wanneer mensen laaggeletterd zijn.’
Computer
Niet goed kunnen lezen en schrijven heeft effect op veel dagelijkse activiteiten, stelt Janssen. ‘Ik zit al 25 jaar in het vak en ik verbaas me iedere keer weer over de impact van dit probleem. Het is niet alleen dat je geen boek kunt lezen. Je kunt niet goed met de computer overweg, je vindt pinnen lastig en snapt formulieren niet goed. Maar je kunt op je werk ook de veiligheidsvoorschriften niet lezen. Soms zie ik dat jongemannen die niet goed kunnen lezen en schrijven vrijgezel blijven. Zij kunnen niet aan de verwachtingen voldoen.’
Een volwassene leren lezen, dat werkt niet hetzelfde als bij een kind, legt Janssen uit. ‘Je begint niet vanaf nul. Het is een kwestie van repareren en gaten dichten. Er is geen standaardniveau dat de cursisten moeten halen. Eerst moet duidelijk zijn wat de leervraag is en daar gaan we dan aan werken.’ Sommige cursisten willen een bepaald handboek kunnen lezen voor hun werk, anderen de ondertiteling op tv kunnen volgen, of leren sms’en. Toch blijft het lastig om deelnemers te werven, vindt Janssen. ‘Er is veel schaamte, omdat iedereen ervan uitgaat dat je kunt lezen en schrijven. Maar als de cursisten eenmaal wat verder zijn, dan zie je ze veranderen en lossen de problemen op andere gebieden ook vaak op. De mensen worden vaardiger en nemen de regie over hun eigen leven.’
Projectgegevens
Naam: ‘Lang zullen ze lezen’ en ‘Wie dit leest, doet mee!’
Plaats: Schijndel, Sint-Michielsgestel
Initiatief van: Marian Janssen
Uitvoerder: Gemeenten, welzijnsinstellingen, ROC, Bureau Zet een Punt
Doelstelling: Bestrijding van laaggeletterdheid
Start project: januari 2008
Website: www.zeteenpunt.nl
Financiering: Budget Wet Educatie en Beroepsonderwijs
Dit artikel staat in Zorg + Welzijn Magazine nr 9, september 2010.
Bron: fotografie www.zeteenpunt.nl
Laaggeletterdheid komt vaak voor bij mensen die dakloos zijn. In Rotterdam zijn nu sinds enkele jaren lessen voor laaggeletterden in de Maatschappelijke Opvang. Deelnemers ontvangen een certificaat en zijn erg trots op het bereikte resultaat. Onze ambassadeur laaggeletterdheid wil vast wel geïnterviewd worden voor Zorg en Welzijn om de impact van leren lezen duidelijk te maken.
Prinses Laurentien die ambassadrice is voor aanpak van laaggeletterdheid is favoriet bij deze groep. Zeker omdat ze ook goed communiceert met deze groep mensen.
Het ROC verzorgt de cursus. Vaak is daar een maaltijd aan gekoppeld of een computercursus. Het probleem van niet kunnen lezen en schrijven ligt nogal eens ten grondslag aan dakloos worden en daarmee aan de maatschappelijke kosten die daarbij horen.
Investeringen op het terrein van leren lezen en schrijven en met geld omgaan kunnen daardoor een groot rendement opleveren.