Dementiezorg voor elkaar, dat is voortgekomen uit het Deltaplan Dementie, is een vierjarig programma van Movisie, NIVEL, Pharos, Trimbos-instituut en Vilans dat de kwaliteit van leven van thuiswonende mensen met dementie moet verbeteren. Om dit te kunnen realiseren, helpt het programma samenwerkende professionals van uiteenlopende disciplines om de zorg en ondersteuning van deze groep mensen te verbeteren en beter aan te sluiten bij hun veranderende wensen en behoeften.
Eigen regie
Huijsman: ‘Juist in de dementiezorg is samenwerking heel belangrijk. We leven in een samenleving waar cliënten zelf de regie moeten nemen. In het geval van dementiezorg gaat dat niet op. Lijd je aan dementie, dan verlies je je regelvermogen en raak je letterlijk de weg kwijt. De regie ligt dan dus bij het systeem en dat systeem moet daarom zorgen voor een goede afstemming en onderlinge communicatie om zo goede, persoonsgerichte, zorg te kunnen leveren.’
De kracht van goede dementiezorg zit vaak in de persoonlijke aanpak; bijvoorbeeld de verzorgende die iets bedenkt om de kwaliteit van leven van haar cliënt te verbeteren. Wie zo’n goed idee heeft, kan zich opgeven voor de Denkbeeldprijs Dementie 2017. Lees meer >>
Algemeen beleid
Het lastige is dat gemeenten binnen de Wmo niet meer in doelgroepen willen denken. Het beleid dat wordt gemaakt, moet algemeen zijn. Volgens Huijsman is dat in het geval van dementiezorg echter lastig omdat deze groep niet vergelijkbaar is met andere groepen. Juist ook vanwege hun verlies van regelvermogen. ‘Op dit moment leven er in Nederland zo’n 260.000 mensen met dementie. Vanwege de vergrijzing is de verwachting dat dit aantal binnen vijftien jaar toeneemt naar 550.000 mensen. Dat betekent dat de gemiddelde gemeente straks te maken heeft met 1000 inwoners met dementie waarvan 75 procent thuis woont. Naast generalistisch beleid zal er dus ook beleid gemaakt moeten worden voor specifiekere groepen zoals mensen met dementie.’
Netwerkmodel
Dat dementiezorg niet in het algemene beleid past, is bovendien niet het enige probleem waar professionals tegenaan lopen. Binnen deze specialistische vorm van zorg, zijn veel verschillende disciplines actief. Huijsman: ‘Iedere professional legt binnen de dementiezorg een stukje van de puzzel binnen de eigen wetten en procedures. Per discipline heb je daarbij te maken met andere aansturing en betaling. Als je kijkt naar bijvoorbeeld de beroertezorg, is er een heel duidelijk pad. De cliënt gaat eerst naar het ziekenhuis, dan naar een revalidatiecentrum en dan terug naar huis met hulp van thuiszorg. Dit is een duidelijke keten. De dementiezorg is meer een netwerkmodel. Er zijn steeds wisselende organisaties betrokken bij de zorg voor de cliënt omdat dementie en proces is dat fluctueert. Afstemming tussen professionals is daardoor extra belangrijk.’
Sociale kaart
Een eerste stap naar goede dementiezorg is volgens de programmaleider dan ook het in beeld brengen van de sociale kaart. Weet wie er in welke wijk werken, wie welke cliënten onder zijn hoede heeft en wie wanneer bereikbaar is. Huijsman: ‘En leer van elkaar. Nu proberen we allemaal zelf het wiel uit te vinden. Maak niet alleen afspraken met elkaar, maar bespreek ook wat goed en minder goed gaat, tegen welke problemen je aanloopt en hoe je daarmee omgaat. En kijk ook buiten je eigen discipline. In de jeugdzorg wordt bijvoorbeeld ook gewerkt vanuit de gedacht één plan, één gezin, één regisseur. Kijk eens of je deze grondpatronen ook kunt inzetten in de dementiezorg.’
Casemanager
Omdat de afstemming tussen professionals in de praktijk een probleem blijkt te zijn, pleit Huijsman ervoor dat de dementiezorg meer gaat werken vanuit eenzelfde model. Tot 2015 was er een standaardmodel waarbij de casemanager de regie voerde in de dementiezorg. Na de transities veranderde dit. Huijsman: ‘Er ontstond concurrentie en beroepsnijd tussen instellingen. Om zich te onderscheiden zijn er in de praktijk allerlei varianten van dementiezorg ontstaan. Uit onderzoek dat we hebben gedaan, blijken er nu veertien varianten te zijn. Binnen iedere variant is de overdracht van generalistische zorg naar specialistische zorg bijvoorbeeld anders geregeld is. Vanuit dementiezorg voor elkaar gaan we al deze modellen tegen het licht houden en terugbrengen naar drie à vier varianten die bewezen werken. Doel is dat landelijk uiteindelijk alleen nog met deze modellen gewerkt wordt zodat we kunnen zorgen voor een betere kwaliteit van leven van mensen met dementie en minder mantelzorguitval.’
Wil je meer weten over Dementiezorg voor elkaar of heb je behoefte aan tips of advies ? Klik dan hier >>