De samenwerking tussen sociaal werkers die onder de Wet maatschappelijke ondersteuning werken en de professionals die bezig zijn met werk en inkomen – Participatiewet – is nog minimaal. Aldus adviseur Marjet van Houten van Movisie. ‘Omdat er onvoldoende uitwisseling van informatie en taken plaatsvindt tussen professionals. Terwijl ze toch allebei één doel hebben; namelijk werken vanuit de behoefte van de cliënt. Maar niemand weet welke rol hij of zij daarin heeft.’
Uitkering
Participatie onder de Wmo en participatie vanuit de Participatiewet zijn twee verschillende werelden, zegt Van Houten. ‘De professionals die met werk en inkomen bezig zijn richten zich vooral op ondersteuning naar werk, verstrekken van de uitkeringen en de rechtmatigheid daarvan. Sociale professionals die onder de Wmo werken zijn heel breed bezig, van maatschappelijk werk tot helpen bij het douchen. Sinds de transitie komen al deze taken samen bij de gemeenten en moeten ook deze twee werkgebieden bij elkaar komen.’
De grote belofte van de decentralisaties was het integraal werken. Zorg en ondersteuning dichterbij, minder versnipperd en minder duur. Is dat al realiteit? Hilde van Xanten, senior adviseur sociale zorg bij Movisie: ‘Er zijn nog forse slagen te maken. Met name in de samenwerking tussen de domeinen.’ lees meer>>
Samenwerken
De vraag is dan hoe deze professionals kunnen samenwerken. ‘Door de professionals werk en inkomen te laten meewerken in de wijkteams’, oppert Van Houten. ‘En door bij de intake van cliënten verschillende hulpvragen op te laten pakken door verschillende professionals, die daarin samenwerken. En door trainingen te geven aan medewerkers, waardoor ze in staat zijn het gehele plaatje achter de vraag van de cliënt te zien.’
Participatiewiel
De samenwerking tussen de verschillende professies is echter nog altijd een groot probleem in het veld. ‘Er is veel onbegrip over en weer, verschillende culturen’, zegt Marjet van Houten. ‘Wat professionals zouden moeten doen is vanuit een gezamenlijke uitgangspunt, namelijk de cliënt en zijn omgeving, gaan definiëren wie welke rol heeft in de hulpverlening. Movisie heeft een instrument om die onderlinge samenwerking tussen professionals te stimuleren: het Participatiewiel. Daarmee kun je leren integraal te werken vanuit het perspectief van de burger.
Wijkteam
‘Het probleem is’, aldus Van Houten, ‘dat er tot nu toe in gemeenten geen noodzaak is om met elkaar in gesprek te gaan. Wij merken in trainingen dat sociaal werkers nog steeds verbaasd zijn over hoeveel andere professionals een rol kunnen spelen in de hulpverlening en hoe complex een situatie van een cliënt kan zijn. Het is niet zo dat er niets gebeurt in de wijkteams tussen professionals. Maar de verbinding is er nog niet.’
Verbinding
Wat moet er gebeuren om de verbinding tussen professionals te leggen? Van Houten: ‘Professionals moeten zich er bewust van zijn dat het niet vanzelf komt. Het is ploeteren, elke dag moet je weer bedenken: Voor wie werken wij? Wat heeft prioriteit voor deze cliënt en hoe gaan we om met onze verschillende opvattingen? De gemeenten moeten daar ook stappen inzetten, door op beleids- en bestuursniveau ruimte voor verandering te geven. Het is nu de uitdaging voor gemeenten om de volgende slag te maken.’