Een welvarend land als Nederland moet goed zorgen voor de meest kwetsbaren: chronisch zieken en gehandicapten. Maar duidelijk wordt intussen dat de verzorgingsstaat zoals we die kennen en waar we allemaal deel van uit maken, is doorgeschoten en onbetaalbaar is geworden.
Vanuit de Rijksoverheid is in 2007 de Wet maatschappelijke ondersteuning in werking getreden. Deze wet bepaalt dat iedereen volwaardig moet kunnen meedoen in de maatschappij. De gemeenten zijn daarvoor verantwoordelijk. Daarmee heeft de Wmo het karakter gekregen van een ‘vangnet’ voor burgers, maar is geen sprake meer van ‘verzekerd recht’. De afgelopen decennia is het welzijn van de burgers toegenomen, maar zowel zorg als welzijn worden door de overheden geregisseerd en gesubsidieerd.
Met de komst van de Wmo is de druk op welzijn toegenomen en ook de druk op de subsidiëring van het welzijn door de gemeenten. Zowel burgers als welzijnsorganisaties zijn volledig gericht op gemeenten. Alle verantwoordelijkheid ligt bij gemeenten en dat is niet meer van deze tijd. De burger is mondiger geworden en kan prima aangeven welke wensen en behoeften er zijn. Rondom die vraag moeten dienstverleners in staat zijn arrangementen op maat te bieden. Kernbegrippen zijn: keuzevrijheid voor burgers, ontwikkeling van nieuwe vormen van dienstverlening, transparantie over kwaliteit, vraagsturing, ketensamenwerking en het aangaan van ondernemersrisico. Hier liggen kansen voor het aangaan van nieuwe ketens en verbindingen met organisaties die eerder niet in dit veld meededen.
Verantwoordelijkheden
Het is noodzakelijk een andere weg in te slaan om zowel aan de eis van de wet te voldoen (dat iedereen moet kunnen meedoen), als het geheel betaalbaar te houden. De verantwoordelijkheden zullen moeten worden teruggelegd waar zij horen: bij de burgers en de welzijns- en zorginstellingen met de gemeente als regisseur op afstand. Er zal een betere verbinding moeten worden gelegd tussen de burgers en de uitvoerende organisaties voor maatwerk en ook voor collectieve oplossingen op lokaal niveau. Dat is een operatie die niet gemakkelijk is, maar wel noodzakelijk. Waar nu aanbod het uitgangspunt is, zal een verschuiving moeten plaatsvinden naar de vraag van de burger. Ook zal een beroep moeten worden gedaan op de eigen verantwoordelijkheid en eigen kracht van die zelfde burger. Waar welzijn vaak als een lastige opgave wordt gezien, dienen zich nieuwe kansen en ontwikkelingen aan naar aanleiding van de vraag van de burger.
Zelfredzaamheid
Het is voor de adviseurs van Conclusion Advies en Management duidelijk dat gemeenten hulp nodig hebben bij de nieuwe manier van invullen van de welzijnsvraag van hun burgers. In een aantal gemeenten in Nederland is een pilot gaande, ‘De Kanteling’. Deze pilot is gericht op het aanwakkeren van de zelfredzaamheid van burgers. Gemeenten reiken de helpende hand om de burger de overstap te laten maken van de complete verzorgingsstaat naar een gedeelde verantwoordelijkheid. Daarbij is participatie het doel. Bij deze manier van handelen krijgen burgers hun eigen leven weer meer in de hand, maar ligt de regie nog bij de gemeente. De andere kant van de zaak is dat ook ambtenaren leren inzien dat de individuele burger best in staat is om verantwoordelijkheid te nemen voor zijn eigen bestaan. Wij zien dit als de eerste stap in het proces.
Durf en vertrouwen
Als ‘De Kanteling’ op gang is gekomen, zou er vervolgens nog een tweede stap moeten worden genomen. Gemeenten zouden zich nog verder moeten terugtrekken uit het persoonlijke domein van de burger. Hiervoor is durf en vertrouwen nodig, zowel van gemeenten in haar burgers als van de burger in zijn eigen kunnen. Na decennia in de verzorgingsstaat letterlijk verzorgd te zijn door zorg- en welzijnsinstellingen en door gemeenten, is nu de tijd aangebroken om als burger het heft weer in eigen hand te nemen. Ook zorg- en welzijnsinstellingen moeten meer op eigen benen komen te staan en hun deel van de verantwoordelijkheden oppakken.
Deze cultuuromslag gaat niet van de ene op de andere dag en heeft voor gemeenten, welzijnsinstellingen en burgers gevolgen. Met deze omslag moet daarom zorgvuldig worden omgegaan. Omdat ook ambtenaren onderdeel zijn van deze omslag, is het voor hen lastig voldoende afstand te houden en deze omslag tot een goed einde te brengen. Voor grote veranderingen is afstand houden en het spiegelen aan verschillende belanghebbenden belangrijk. Daarom is het goed een externe partij deze omslag te laten begeleiden. Conclusion Advies en Management heeft ervaren adviseurs die deze cultuuromslag zorgvuldig en grondig kunnen begeleiden. Uitgangspunt hierbij is een omslag die bij zowel door gemeenten als welzijnsinstellingen, maar vooral ook door de burgers, uiteindelijk wordt omarmd.
Ondersteuning
Verder is ook nagedacht over hoe om te gaan met burgers die niet in staat zijn de eigen verantwoordelijkheid te nemen. Hiervoor is een passende oplossing mogelijk waarbij de gemeenten zich wél terugtrekken, maar zorg dragen voor ondersteuning waar dat echt noodzakelijk is.
Regievoering
Als gemeente is het goed mogelijk de regie te voeren op het gebied van de Wmo, welzijn en zorg zonder een grote inzet van mensen en middelen en ook wanneer verantwoordelijkheden worden teruggelegd waar zij horen. Daarbij wordt nadrukkelijk de regie aan de individuele burger teruggegeven en krijgt deze het vertrouwen in de eigen kracht terug en ervaart dat ook zo. Dan zal de rol van de gemeente die van toezichthouder en aanjager zijn, niet meer en niet minder. Ook kunnen andere partijen dan de kans grijpen nieuwe producten te ontwikkelen en antwoord te geven op de vraag van de burger die hulp nodig heeft bij het participeren.
Bijkomstigheid is dat de werkdruk bij gemeenten wordt verminderd en dat er meer en beter inzicht komt in het totale vraagpakket van de burger. Voor welzijnsinstellingen komt er meer inzicht in wat de burger precies aan aanbod nodig heeft. Voor de burgers betekent dit dat zij een passend aanbod op hun vraag krijgen, maar ook dat zij hun eigen kracht inzetten.
Kwetsbaren
Al met al zijn er geen grote veranderingen in de AWBZ en de zorg voor de meest kwetsbaren, maar wel grote veranderingen op het gebied van de Wmo en het welzijn. De burger krijgt de regie over het eigen bestaan terug en de welzijnsinstellingen en de gemeenten moeten afleren ‘plaatsvervangend te denken’. Dat is de kern van de ontwikkeling die nu gaande is.
Marianne Kraaijeveld, senior adviseur bij Conclusion Advies en Management
Bron: Foto: ANP/Lex van Lieshout