Verschillende onderzoeken tonen aan dat allochtone mantelzorgers meer risico lopen op overbelasting dan autochtone mantelzorgers. Zij vinden hun zorgtaak vooral een religieuze en traditionele plicht en vragen daarom nauwelijks om ondersteuning. Het gaat vooral om allochtone vrouwen die voor hun ouders zorgen, maar ook soms hun broers en zus. Hulp vragen doen ze niet snel, want dat wordt gevoeld als falen. Ook wordt hun inzet door hun omgeving vaak als vanzelfsprekend gezien.
Wmo-loket
‘De eerste en tweede generatie allochtonen zijn vaak het jargon van de zorg niet machtig en kennen het zorgsysteem niet goed’, legt Jamila Achahchah uit. ‘Ze weten vaak niet wat een Wmo-loket is of hebben nooit van een steunpunt zorg gehoord.’ Achahchah is projectleider bij Movisie en betrokken bij het Kennisplatform Integratie & Samenleving (KIS). Dat platform doet onderzoek naar vraagstukken rond integratie, migratie en diversiteit. Ze werkt op dit moment onder meer aan een project met als doel de ondersteuning aan mantelzorgers diversiteitsproof te maken.
Aanbevelingen
‘Er is veel onderzoek gedaan naar allochtone mantelzorgers’, weet Achahchah te vertellen. ‘Maar de problemen die we twintig jaar geleden tegenkwamen, zien we nu nog steeds.’ Daaruit blijkt een implementatieprobleem, concludeert het KIS. ‘We inventariseren daarom wat er allemaal aan onderzoek is gedaan, welke aanbevelingen daaruit voort kwamen en wat met die aanbevelingen is gedaan.’
Ondersteuning
Of niet gedaan, want blijkbaar gaat er nog steeds veel mis. ‘Onze focus ligt vooral op de laagopgeleide allochtone mantelzorger uit de lagere sociale klasse. Die snappen het Nederlandse zorgkader niet goed, weten de ondersteuning niet goed te vinden. Maar de organisaties voor mantelzorgondersteuning weten deze groep ook niet te vinden.’ Het is belangrijk om er achter te komen welke focus het sociale wijkteam nodig heeft zodat deze groep opgemerkt wordt, vindt het KIS.
Communicatie
In de eerste instantie is de communicatie met deze mantelzorgers heel belangrijk, weet Achahchah. ‘Er is een taalbarrière, er is vaak sprake van een lage opleiding, er is een cultuurverschil, dus beleven zij de zorg anders. Wanneer er bijvoorbeeld iemand langskomt voor het zogenaamde keukentafelgesprek, ervaren sommige mensen met een allochtone achtergrond dit als heel vreemd. De keuken is voor hen absoluut geen plek om iemand te ontvangen en dit soort zaken te bespreken. Het is niet gastvrij, ondenkbaar eigenlijk. Dus het maakt uit hoe je met deze doelgroep communiceert.’
Zelfstandig
KIS wil het wiel niet opnieuw uitvinden, maar beproefde aanpakken voor mantelondersteuning zo aanpassen dat het ook aansluit op de allochtone mantelzorger. Achahchah geeft nog een voorbeeld. Wanneer er wordt gevraagd: wat kunt u nog zelfstandig doen, dan zal iemand uit deze doelgroep niet snel toegeven dat iets niet meer lukt. ‘Men geeft snel een sociaal wenselijk antwoord. En dat moet je als professional wel herkennen.’
Valkuilen
Natuurlijk zullen er veel raakvlakken zijn met hoe eigenlijk alle mantelzorgers bereikt en ondersteund moeten worden, geeft de onderzoeker toe. ‘Maar het is goed om de valkuilen bij deze groep te kennen en rekening te houden met cultuurverschillen. De allochtone mantelzorger gaat er bijvoorbeeld sneller van uit dat zij zorg overneemt van de professional, terwijl de professional zal aansturen op zelfredzaamheid van de cliënt. Dat zorgt voor behoorlijke ruis in de communicatie als je dat niet in de gaten hebt.’
Wil je meer weten over cultuursensitieve zorg? Bezoek dan het Cultuursensitieve Zorg congres van 17 november 2023.