Als teamleider in het sociaal werk voer ik regelmatig gesprekken over hoe je goed voor jezelf zorgt wanneer je vanuit een presente houding met mensen werkt. Hoe kun je er zijn voor de ander en tegelijkertijd jezelf niet in de steek laten? Hoe ver ga je voor de ander? Daarover ging ik in gesprek met sociaal professionals die er goed in zijn geworden: Lieke, gezinsbehandelaar in de jeugdzorg, Melanie, sociaal werker in de wijk en Simone, maatschappelijk werker risico jeugd.
In dit artikel deel ik wat hen helpt; van vragen om jezelf te stellen tot concrete tips in agendabeheer.
Present werken
In zorg en welzijn is het werken vanuit ‘presentie’ steeds meer een waarde geworden. Het is een houding die uitgaat van de relatie als basis: ‘door te zijn met degene die zorg behoeft, kun je gaan zien en begrijpen wat je voor deze persoon kunt doen en wie je daarbij voor hem of haar kunt zijn’.
Wanneer je present werkt, ga je met oprechte aandacht een relatie aan met de bewoner of cliënt. Dat doe je als mens in je functie, pas daarna zoek je samen uit wat jij vanuit je professie voor de ander kunt betekenen. Op deze manier werken vraagt ruimte om in de uitvoering van je werk te doen wat nodig is. Wat nodig is kan dan best eens schuren met waar jij eigenlijk voor bent volgens je organisatie. Het is een complex balanceren dat in mijn ogen bij het werk hoort en waar zowel je organisatie als jijzelf iets in te doen hebt. In dit artikel ligt de focus op wat je zelf kunt doen.
Moet ik dit nu doen?
‘Je moet jezelf niet profileren als de probleemoplosser’, is voor Lieke, gezinsbehandelaar in de jeugdzorg, een belangrijk uitgangspunt wanneer zij in een gezin komt. ‘Ouders hebben er niets aan als ik hun problemen overneem en oplos, want dan hebben ze me altijd nodig.’ Daarmee stelt ze iets aan de kaak, want dit kan soms een reflex zijn. Toen ik zelf net begon in het sociaal werk, kreeg ik van een collega de tip om mezelf in zo’n helpreflex moment de vraag te stellen: Moet ik dit nu doen?’ Waarbij je de vraag steeds met een ander accent zou kunnen stellen. MOET ik dit nu doen? Moet IK dit nu doen? moet ik DIT nu doen? enz.
Door deze vraag te stellen wanneer je een helpreflex voelt opkomen, geef je jezelf de ruimte om tot andere handelingsmogelijkheden te komen. Je kunt je ervan bewust worden dat je zo het probleem van de ander overneemt. Of dat een andere organisatie of collega deze persoon veel beter zou kunnen helpen. Of dat je misschien even niets moet doen, maar moet luisteren.
Grenzen van jou en je functie
Om goede keuzes te maken in wat je wel of niet oppakt is het noodzakelijk om helder te hebben wat jouw rol is. Dat gaat enerzijds over wie je als mens in je functie bent. Anderzijds ook over de grenzen die je organisatie je geeft.
Een heldere functieomschrijving en goede afspraken met je leidinggevende kunnen hierbij helpen, maar in de realiteit zul je soms het gevoel hebben dat je meer zou kunnen of moeten doen dan de organisatie van je vraagt. Het voeren van moreel beraad met je collega’s kan helpen. In moreel beraad bespreek je de ethische dilemma’s die je tegenkomt in het werk.
Hard werken en je netwerk inzetten
Wanneer je tot de conclusie komt dat jij niet de juiste persoon bent om in actie te komen, is het belangrijk om te weten wie dat wel kan. Daarom moet je je netwerk goed kennen en onderhouden. Volgens Simone, die als maatschappelijk werker risico jeugd werkt, is een manier van goed voor jezelf zorgen ook dat je ontzettend hard werkt in de tijd die je hebt. ‘Wanneer iets buiten jouw macht ligt, betekent hard werken niet alles zelf doen maar: “alles doen om je netwerk te activeren wanneer zij van betekenis kunnen zijn”.’ Simone kan buiten werktijd haar telefoon uitzetten in de wetenschap dat ze alles heeft gedaan wat in haar mogelijkheid ligt om de dakloze jongere aan een woning te helpen.
Plannen
Dat goed voor jezelf zorgen ook iets betekent voor je agenda, komt eigenlijk in zowel het gesprek met Simone, als Lieke en Melanie terug: ruimte tussen afspraken inplannen zodat je kunt nadenken; een maximaal aantal avonden werken; direct na werktijd een sportafspraak plannen zodat je wel ‘moet’ stoppen. Maar ook ‘nee’ zeggen op afspraken die voor jou ingepland worden.
De rode draad bij al deze tips is het besef dat je zelf de baas bent over je agenda. Door daar regie op te hebben kun je je eigen behoeftes organiseren. Het kan zijn dat dit gaat schuren met collega’s of je leidinggevende. Daarover kun je natuurlijk altijd in gesprek en wellicht betekent het toch ‘ja’ zeggen op een afspraak en dat er iets anders uit moet.
Praktische tips
- Zet oplossingsgerichte vraagtechnieken in, het helpt de ander én voorkomt dat je jezelf opstelt als ‘de probleemoplosser’ (Methodebeschrijving-oplossingsgericht-werken-in-sociaal-werk.pdf (movisie.nl))
- Ga in gesprek met je collega’s en leidinggevende wanneer het schuurt, Moreel Beraad kan een helpende methodiek zijn; Moreel beraad | Nederlands Jeugdinstituut (nji.nl)
- Vraag collega of netwerkpartner om mee te denken bij een complexe hulpvraag: je deelt verantwoordelijkheid, vergroot je netwerk én het geeft je meer handelingsopties bij de hulpvraag.
- kijk ook eens naar het verslag van de studiemiddag Zelfzorg: Verslag-Studiemiddag-Zelfzorg-7-4-2022.pdf (presentie.nl)