Ik bespreek dit heel kort. Meer informatie bij uw ambtenaren die intussen goed op de hoogte zijn of kunnen raken.

De druk lokale zaken regionaal te regelen

Zorgaanbieders hebben de neiging alles in een regionaal convenant te willen regelen. Hetzelfde geldt voor Bureaus Jeugdzorg. De dingen die móeten zijn geregeld in uw RTA. Verdere regionale convenanten betekenen vooral dat u straks met uw regio-gemeenten aan de slag moet als u iets veranderd wilt zien in plaats van met de aanbieders zelf. Dat staat haaks op de gedachte van decentraliseren en oplossingen dichter bij burgers brengen.

Het argument van de aanbieders dat zij ‘natuurlijk niet met elke gemeente’ gaan overleggen, is op zijn zachtst gezegd merkwaardig. Een beetje zorgondernemer zorgt dat hij zijn klanten bedient. Daar is uw gemeente er een van. Sta dus op uw status als zodanig en neem de regie.

De drang-dwang kwestie

Bij Bureaus Jeugdzorg speelt de kwestie drang-dwang. Zij willen de drang graag voor u uitvoeren. Wees u ervan bewust dat wie de drang uitvoert het volume van de (dure) dwang kan bepalen voor de komende jaren. En dat u dat volume per 1 januari 2015 juist moet beheersen. Bedenk daarbij dat veiligheid niet alleen is voorbehouden aan Bureaus Jeugdzorg, maar aan ons allemaal.

BV’s in de j-ggz

Let op de diverse BV’s die verschijnen op het terrein van j-ggz. Die BV’s bestaan veelal uit zorgaanbieders en een verzekeraar en zij werken zodanig dat de toegang naar en de uitvoering van j-ggz in één hand liggen. Let daarom goed op uw toegang tot de j-ggz: uw huisartsen (POH-(j)ggz), uw jeugdartsen en, als zij verwijzen, uw wijkteams. Men zal u vertellen dat het legaal is, dat het kosten bespaart en dat er een leuke pot met geld voor deskundigheidsbevordeing bij komt kijken. Het eerste en het laatste zijn (meestal) waar. Maar tegelijkertijd wordt u een mogelijkheid tot sturen op volume en kwaliteit ontnomen zodat u het tweede nog maar moet afwachten tot de rekening arriveert. U doet er daarom beter aan niet in zee te gaan met partijen die onderdeel zijn van zo’n BV. En door voor u zichtbare financiële prikkels aan te leggen, die de afschaling naar het voorveld stimuleren.

‘Wie betaalt bepaalt’ is allang niet meer waar. Terwijl u bezig bent met bestuur en beleid zijn anderen bezig het nieuwe stelsel naar hun hand te zetten om zoveel mogelijk kosten uw kant op te schuiven of zoveel mogelijk geld te verdienen. Op die manier haalt u uw bezuiningen niet.

U hoeft er gelukkig niet aan mee te doen. Er zijn namelijk altijd andere oplossingen.