De vorige keer vroeg Hans zich af wat het verschil is tussen online zuigers en hulpvragers >>
Alle gemeenten werden door het rijk gesommeerd subiet een risico-inventarisatie te maken van gebouwen die mogelijk hetzelfde lot wacht. En recent werden gebouwen per direct gesloten voor gebruik, waaronder opleidingscentra. Ok, het kan dus wel. Een snel besluit om tot een risico-inventarisatie te komen. Laten we nu even kijken naar het sociaal domein en de zorg.
Transitie
Enkele jaren geleden werd door heel Nederland een constructie uitgerold, genaamd ‘de transitie’. Hier zien we soms ook een slechte hechting. Tussen betrokken (ontevreden) burgers, zorg- en welzijnspartijen en de lokale politiek (raad en wethouders). Gepaard gaand met een extreem hoge werkdruk en administratieve lasten voor de uitvoerders. Gebukt onder een beperking van het budget. Daar krijg je het inderdaad warm van.
Risico-inventarisatie
Instorting dreigt. Bijna dagelijks lezen we over ‘parkeergarages’ die het nieuws halen. Wijkteams die het gedaan hebben en gemeenten waar het geld ineens op is. Maar gaan we morgen een landelijke risico-inventarisatie houden in het sociaal domein? Gaan we de bewoners van onze gemeenten bevragen om te kijken of ze het onder het huidige beleid nog redden?
Het kan
Verbinden we daar consequenties aan? Staan we open voor de vraag hoe we het anders en slimmer kunnen organiseren? Hoe we constructiefouten kunnen herstellen. Ik denk, en met mij ingewijden in het vergaren, bewaren en analyseren van data, dat het kan.
Schieten met hagel
Het opgetuigde systeem is als schieten met hagel. ‘We zien wel wat er op ons af komt en we gaan door, tot het geld op is.’ Dit hoeft niet. Wanneer je slim data die er al is combineert en analyseert, kan je een idee krijgen van de aanwezigheid van problematieken en risico’s in een gebied. Op basis van bestaande gegevens als leeftijd, gezinssamenstelling, opleidingsniveau, woningtype, inkomens en uitkeringen zou je kunnen voorspellen dat problematiek X in wijk Y meer of minder voor kan komen.
Samen bepalen
Die gegevens toets je aan het beeld dat bewoners, sociaal werkers, hulpverleners, wijkagenten en woonconsulenten in het veld hebben. En daarmee bepaal je, gezamenlijk, welke inzet nodig is. En ook wat dat mag/moet kosten. Dan weet je waar je geld aan uit gaat geven en wie je er mee helpt. En kan je met een onderbouwd verhaal dat geld aanvullen, wanneer dat nodig is.
Mengen
Nou valt mij iets op. Het vreemde is dat die datajongens en -meisjes nauwelijks mengen met de sociale meisjes en jongens in wijken. En al helemaal niet met bewoners. Ze doen ieder hun ding (data vergaren/mensen helpen/leven), maar hebben er van elkaar geen inzicht in. Terwijl ze zo veel aan elkaar kunnen hebben. Niet voor zichzelf (ze krijgen er wel leuker werk en een fijnere wijk door), maar voor die buurman of buurvrouw die baat heeft bij preventie of die ondersteuning nodig heeft.
Fundament leggen
Mijn aanbeveling zou dan ook zijn om deze werelden eens samen om tafel te zetten in je gemeente. Een breed georganiseerde risico-inventarisatie dus. Laat ze elkaar maar eens vertellen hoe het zit en toetsen of de ander dat kan onderschrijven. Op buurtniveau, samen met de bewuste bewoners. Die dan met elkaar suggesties mogen doen voor het te voeren beleid. En voor de samenstelling van het team van in te zetten betaalde krachten. Daarmee kunnen ze samen het fundament leggen van de constructie en zo instorten voorkomen.
Ik wens de nieuwe minister(s) van VWS veel succes met het bouwen van veilige parkeergarages.
Deze blog kwam tot stand naar aanleiding van een inspirerend gesprek met Jochem van Hal, Jochem@Ilogos.nl / http://www.ilogos.nl