‘We moeten een team worden. We willen namens de groep even met je overleggen welke coach ons daar bij kan helpen.’ “Waarom willen jullie een team worden?”, vraag ik. Stilte aan de andere kant van de beeldschermen. En verbaasde gezichten. ‘We zijn samen de fysiotherapeuten in deze organisatie, dan moeten we toch een team vormen? Dan hebben we wel een goede coach nodig, want een team, dat zijn we niet.’ “Wie heeft daar last van?”, vraag ik, “en wat kunnen jullie daardoor niet doen?” Weer is het stil.
Zelf-organisatie
Nu veel organisaties werken met zelf-organisatie lijkt het werken in teams de oplossing voor alles. Maar dat is het niet. Als je allemaal hetzelfde vak hebt, of in dezelfde organisatie werkt, hoef je nog geen team te zijn. Goed samenwerken, heldere werkafspraken en af en toe bij elkaar komen om samen iets te bespreken of te ontwikkelen, dat maakt je nog geen team. En dat is ook helemaal niet nodig. Je kunt ook gewoon een fijne collega zijn, onderling.
Voor een team is het belangrijk dat er een of meerdere gemeenschappelijke doelen zijn. En dat je elkaar nodig hebt om die doelen te bereiken. Zoals bij een voetbalteam. Je kunt niet in je eentje de Champions League winnen, daarvoor moet je samenwerken. Voor deze fysiotherapeuten is het, vermoed ik, fijn als ze elkaar kunnen vervangen bij ziekte en verlof. Dat moet je regelen. En elkaar consulteren bij ingewikkelde cliëntvragen lijkt me ook prettig. Samen leren, elkaars specialismen goed kennen en benutten, allemaal nuttig. Maar nogmaals: moet je daarvoor een team zijn? Of elkaar weten te vinden en goede afspraken maken? Sterker nog: het grootste gedeelte van hun werk doen fysiotherapeuten helemaal niet met elkaar, maar samen met anderen. Met cliënten, met andere behandelaren en met zorgmedewerkers.
Teambuilding
“Weet je wat?”, zeg ik, “als jullie nou een afspraak maken met alle fysiotherapeuten, dan schrijven jullie eerst op wat jullie willen met elkaar, en wat de cliënten en de organisatie van jullie als collectief verwachten. En dan praten je daarna over wat jullie daar voor nodig hebben.”
De fysiotherapeuten vinden het bij nader inzien een goed idee. Eerst maar eens wat op een rijtje zetten. En misschien hebben ze daar helemaal geen coach bij nodig. Als ik de deur achter me dichttrek, hoor ik nog net een van de dames zeggen: ‘Godzijdank, ik was al bang dat we weer dagen moesten gaan zitten teambuilden. Weer die Belbin teamrollen, de feedbackregels of zo’n kwaliteitsspel. En ik heb het al zo druk.’
Helder en herkenbaar. Zonder ’teammissie’ heeft teamwerk geen meerwaarde, en is teambuilding tijdverspilling.