De vorige keer vroeg Marianne zich af waar de grens ligt van zelfbeschikking >>
‘Ik heb het gevoel dat er meer levens zijn dan alleen het leven hier. Ik kon dat toen als kind niet zo benoemen, maar had wel dat hele sterke gevoel. Misschien leef ik hierna wel door in Afrika of op een andere planeet. Er moet iets zijn. Zo had ik na mama’s overlijden een ontmoeting met haar in een droom. We ontmoetten elkaar op een hele kale vlakte en praatten wat. Waarna ik zei dat ik meeging met haar. Dat betekent dus zelfmoord? Vroeg ze. Ja, inderdaad. Dat is voor mij geen probleem, zei ik.’
Garantie
Mijn moeder vertelt dat dit geen garantie voor hun samenzijn is. En geeft hem een tip dat straks een bus arriveert en hij moet zorgen dat hij die neemt, anders is het te laat. Zij draait zich om en ineens ziet mijn vader allemaal mensen met grijze pijen en monnikskappen op. Hij weet niet meer wie mijn moeder is. Dan verschijnt daar de bus. Mijn vader beseft dat hij gewaarschuwd is, neemt de bus en wordt wakker. Pas tijdens dit gesprek vertelt hij over deze droom. Hoewel wij vroeger aan de keukentafel ook wel eens met z’n vieren praatten over ‘ervaringen tussen hemel en aarde’, luister ik nu met grote verbazing naar dit nieuwe verhaal.
Rechtvaardigheidsgevoel
Mijn opa sprak al in de jaren vijftig de wens uit om er een eind aan te maken. Daar werd vrij open over gesproken in dat gezin. Ik heb hem niet gekend, maar uit verhalen blijkt wel dat deze man een groot rechtvaardigheidsgevoel had en aan de linkerkant van het politieke spectrum stond. Hij voelde weerzin om lid te worden van welke partij dan ook. Omdat hij doorhad dat als men zich gaat verenigen, vervolgens oneigenlijke belangen naar boven komen waar hij niet achter kon staan. Opa overlijdt aan een stoflong als mijn vader begin twintig is.
Aneurysma
Is hij bang voor het moment van sterven of het punt vlak daar vóór? ‘Nee, ook dat eigenlijk niet. Ik weet bijvoorbeeld nog dat ik in het ziekenhuis lag met de aneurysma. Mijn vriendin Gisela was toen bij me en ik viel weg. En het moment dat ik weer wakker wordt, zeg ik vrij nuchter: hé, daar ben ik weer. De arts vraagt mij verbaasd wat ik daarmee bedoel. Nou, gewoon. Ik ben er weer.’
Nuchterheid
Het tekent de nuchterheid waarmee mijn vader in het leven staat. Maar ook hoe hij tegen de dood aankijkt, hoe hij in het leven staat en welke opties hij open houdt als het gaat om leven na de dood. Na twee uur zijn we klaar met praten. Hij heeft mijn vragen beantwoord en daarnaast een kijkje gegeven in ons gezinsleven vroeger. Onze gesprekken verrijken mijn herinneringen en geven hem lucht in alle wirwar van zijn huidige fase.