De vorige keer schreef Ike over de ‘wonderen’ van dementie >>
Echter, oma thuis laten was geen optie. Daar zou fulltime zorg voor moeten worden ingehuurd en dan zou deze zorg nog niet in de buurt komen van de zorg die mijn ouders geven. Oma mee dan maar!
Slapeloze nachten
Eenmaal aangekomen bleek het overdag erg goed te gaan. ‘s Nachts werd het wat rumoerig. Waar mijn oma normaal als een blok in slaap valt en pas tien uur later wakker wordt, kroop ze nu een aantal nachten minstens vijf keer per nacht uit bed en dat zonder het doel naar bed terug te keren.
Onberekenbaar
Een aantal slapeloze nachten dus, maar met oma’s gesteldheid ging het eigenlijk relatief goed. Ondanks dat mijn oma haar geheugen zoals normaal niet langer duurt dan één minuut wist ze ons allemaal (oké wel met een aantal extra tips) in te maken met het spel: Wie ben ik?. Stelt u zich dat even voor. Mijn oma met een sticker op het voorhoofd waarop stond wie mijn oma was waarbij ze iedere ronde weer was vergeten dat die sticker er überhaupt zat. En nóg wist ze ons met haar gevatheid in te maken. Niet te vergeten de kaartspelletjes en Rummikub waarbij ook ik het vaker heb verloren dan gewonnen van mijn oma tijdens de vakantie. Soms door haar gevatheid, soms juist door haar onberekenbaarheid in combinatie met een beetje geluk.
Mooier uitzicht
Wat ik geleerd heb van mijn oma meenemen op vakantie, is hoe belangrijk het is dat er mensen om haar heen zijn die ze goed kent en dat ze overdag haar eigen spullen bij zich heeft. Breiwerk, puzzelboeken, zakdoeken, puzzels enzovoorts. Dit zorgt ervoor dat mijn oma niet wegzakt in haar diepe en verontrustende gedachten waardoor het eigenlijk niet meer uitmaakt of we in Portugal of Nederland zijn. Voor mijn oma waren we nog steeds in Nederland, maar dan met een lekker temperatuurtje en een mooier uitzicht.