Organisaties zoals Alzheimer Nederland en de Ketenzorg dementie zetten zich daarom nu in om ervoor te zorgen dat gemeenten ‘dementievriendelijk’ worden. Dat definiëren zij als 1) iedereen in de gemeente weet wat dementie inhoud en 2) mensen met dementie en hun mantelzorgers in de gemeente worden voldoende ondersteund. Het is een goed streven, maar in de realiteit nog lastig haalbaar. Hoe we het beste kunnen ondersteunen in zelfredzaamheid laat zich lastig invullen en daarnaast blijken de mantelzorgers een groep die lastig te bereiken zijn.
Lichtpuntjes
Toch zijn er enkele bewegingen in dit complexe vraagstuk die lichtpuntjes bieden. Eén zo’n lichtpuntje is een initiatief van het Cultuurhuis Wherelant in Purmerend waar thuiswonende personen met dementie en hun ‘maatje’ creatief aan de slag kunnen gaan op de zaterdagochtend. Met een mantelzorger of een andere naaste, zoals een kleinkind, worden gezamenlijk kunstwerken gecreëerd. De vrijwilligers en de docenten pakken iedere week uit met originele ideeën en leggen hierbij zowel de persoon met dementie als het maatje een paar uur volledig in de watten. Het initiatief is een succes, zo blijkt onder andere uit de ervaringen van mijn oma, moeder en overige cursisten, maar ook uit de reactie van een verontrust kleinkind en één van de docenten op het bericht dat de subsidiestroom stopgezet zou worden in 2015. De twee stimulerende brieven van beiden wisten de gemeente ervan te overtuigen de subsidie te verlengen.
Subsidiestroom in gevaar
Nu blijkt de subsidiestroom wederom in gevaar. Er komen te weinig mensen op de cursus af waardoor de groep begeleiders op sommige dagen groter is dan het aantal cursisten. De gemeente ziet zich hierdoor weer genoodzaakt om de subsidiestroom stop te zetten. Maar is dit wel de juiste reactie? Vereisen dat voor het verkrijgen van een subsidie de doelgroep voldoende wordt bereikt, is als gemeente niet verkeerd. Maar is hier niet meer aan de hand?
Ontmantelde netwerken
De doelgroep van personen met dementie en mantelzorgers blijkt in het algemeen lastig te bereiken. Mantelzorgers schreeuwen niet van de daken dat ze mantelzorgers zijn en gunnen zichzelf vaak al helemaal niet een momentje van rust zoals tijdens de creatieve cursus. Het stopzetten van de subsidiestroom wanneer er te weinig belangstelling voor lijkt te zijn, zorgt er daarbij voor dat de opgebouwde netwerken van vrijwilligers, docenten en cursisten volledig worden ontmanteld. Dit is zorgelijk omdat juist deze netwerken ervoor zorgen dat mantelzorgers met andere mantelzorgers in contact komen en omdat het opbouwen van deze netwerken al lastig genoeg is. We lijken hier om het probleem heen te draaien. We willen mantelzorgers ondersteunen maar doordat deze lastig te bereiken zijn worden subsidies voor dergelijke ondersteunende initiatieven stopgezet.
Complexiteit
Dit dilemma benadrukt nogmaals de complexiteit rondom zelfredzaamheid. De initiatieven die de ‘zelfredzaamheid’ dienen te stimuleren leveren op het eerste gezicht voornamelijk kosten op voor de gemeente. Het is op de korte termijn niet in te calculeren of de zelfredzaamheid ook daadwerkelijk met een initiatief zoals de creatieve cursus wordt gestimuleerd en of het hierdoor ‘gunstig’ is om subsidies te blijven verstrekken. Er verdwijnen hierdoor initiatieven in tijden dat ze nodig zijn. Initiatieven die er moeten zijn indien mensen daar behoefte aan hebben.
Samen op zoek naar een oplossing
Het bereiken van de mantelzorgers zou daarom een derde criteria moeten zijn voor dementievriendelijke wijken. Initiatieven zoals de creatieve cursus zijn een succes, maar bereiken desondanks niet de doelgroep. Om dit te realiseren dienen we daarom eerst gezamenlijk op zoek te gaan naar een oplossing. Dit in tegenstelling tot het simpelweg afbreken van de opgebouwde netwerken wanneer er te weinig belangstelling voor lijkt te zijn.