Ik weet zeker, Nederland krijgt komende weken wederom een slecht-nieuwsgesprek van formaat te verwerken. De regering heeft de SNS-bank moeten inlijven voor een kleine vier miljard euro. Dat moet ergens vandaan komen en mijn verwachting is dat het voornamelijk uit de zorgsector gaat komen, de zorg waar al zoveel aan geschaafd is.
Op de toekomst van mijn meervoudig gehandicapte dochter studeren de ministeriële kaasschavers andermaal, is mijn bange vermoeden. Op haar karig passend onderwijs, op haar karig persoonsgebonden budget, op haar hulpmiddelen en behoefte aan assistentie. Nu al komt ze af en toe thuis met een natte broek omdat op school te weinig hulp voorhanden is om haar naar het toilet te begeleiden. Is haar broodtrommeltje als ze van school thuiskomt nog halfvol omdat er geen tijd is haar te helpen met haar eten. Wordt haar jas over haar schouders geslagen (met min acht graden buiten) omdat het te veel tijd kost haar armen in de mouwen te doen vanwege haar spasticiteit. Dat kost wel vijf hele minuten per mouw is het excuus. En op die tijd, daarop wordt juist bezuinigd.
En toch blijven wij als ouders geduldig alles uitleggen, blijven we de school vragen toch wat meer geduld met haar te hebben en blijven wij hopen op betere tijden. Ondanks deze tegenslagen geloven wij, tegen beter weten in, dat het goed komt.
Mensen in het algemeen, is onderzocht, blijven geloven in het goede, en hebben van nature een aversie tegen verlies, ze stellen in hun hoofd het verliesdenken uit. Psychologen kennen al veel langer het bestaan van deze positivity bias. Mensen verwachten in overweldigende mate dat er goede dingen in hun leven plaats hebben in tegenstelling tot negatieve zaken. We houden onszelf dus voor de gek. Ook wat betreft het aankomend verlies van zorg dat eraan komt. Dat is omdat veel bezuinigingsmaatregelen van kabinet of gemeente pas na 2014 plaats hebben en nog niet voelbaar zijn.
De realiteit is dat de regering nog steeds gelooft in haar adagium dat mensen met een achterstand, of het nu chronisch gehandicapten zijn, wajongers of dien meer, weer zelf aan de slag moeten gaan. Ze noemen dat met mooie ontwijkende termen ‘eigen verantwoordelijkheid’ of ‘uitgaan van je eigen kracht’.
Kijk ik naar ons kind denk ik dat we juist door onze pgb en het passend onderwijs optimaal gebruik maken van de eigen kracht en verantwoordelijkheid. Zo zie ik dat ook bij de andere ouders en kinderen die we in onze zorgkring kennen. Het is te makkelijk om de schuld van de zorgkosten bij de zorgvrager te leggen. De materie is complexer. Maar daar kun je moeilijk een soundbite van maken. Ik kan me nog de verkiezingsslogan van de VVD van een half jaar geleden herinneren waarin stond ‘Liever de handen uit de mouwen dan je hand ophouden’. Er wordt hiermee een frame neergezet dat mensen met wat meer ‘haakjes en oogjes’ schuldig zijn aan hun eigen situatie. Er wordt bewust een negatief frame gebruikt.
Een voorbeeld: Vergelijk het met het kopen van rundergehakt bij de slager. Een consument koopt liever rundergehakt dat voor 75 procent mager is dan gehakt dat 25 procent vet bevat. Zo kun je spelen met boodschappen zonder de waarheid geweld aan te doen. De inhoud van de boodschap blijft dezelfde.
Bij de bezuinigingen die momenteel plaatsvinden bij het pgb wordt gesteld dat er veel gefraudeerd wordt. Men focust op het slechte. Maar als je het omdraait zou je ook kunnen zeggen dat 99 procent van de pgb-houders niet fraudeert en eerlijk omgaat met de geboden zorg. Dat klinkt anders. Bewust wordt dat niet gedaan om de grote massa te laten denken dat bezuiniging op zorg goed is en het enkel de boeven treft. En dat is niet netjes. Want je gebruikt communicatietechniek om je zin door te drijven.
De burger betaalt nu de rekening om te voorkomen de SNS-bank failliet gaat. Ik vermoed dat er binnenkort wederom een negatief frame door de regering wordt bedacht richting zorgvragers. Zwaarwegende redenen waarom ook de zorg weer getroffen gaat worden. Ik durf dit nog niet te vertellen aan mijn dochtertje. Zij droomt nog van een mooie toekomst in een wereld die haar met open armen ontvangt en haar blijvend ondersteunt in haar participatie op school, haar toekomstig werk en leefomgeving. Ik durf het niet te vertellen, omdat haar pril geluk me zo dierbaar is.