Yusuf is vijftien jaar en woont met zijn moeder in Giethoorn. Ze zijn van Turkse afkomst. Yusuf en zijn moeder voelen zich helemaal niet gewenst. In het dorp, dat een handvol mensen met een migratieachtergrond telt, worden ze al meer dan een jaar gediscrimineerd. In de avond fietsen er regelmatig jongeren langs hun huis, ze schreeuwen racistische scheldwoorden en dat ze moeten oprotten naar hun eigen land. ’s Nachts wordt hun huis belaagd, jongeren trappen tegen de voordeur en de auto wordt meerdere keren vernield.
Oprotten uit Giethoorn
In een aangrijpende uitzending van Zembla Oprotten uit Giethoorn wordt de situatie van deze moeder en haar zoon belicht. Ze wonen in Giethoorn en worden vanwege hun Turkse afkomst belaagd door jongeren uit de buurt. De politie en de gemeenten geven geen thuis. Het antidiscriminatiebureau biedt op alle mogelijke manieren bijstand, zo is te zien in de uitzending, maar kan het racistisch geweld van de jongeren uit de buurt geen halt toe roepen.
Waar zijn de sociaal werkers?
Dit soort situaties komt helaas vaker voor. Zoals een Syrisch gezin en een joods gezin die gepest worden door buurtgenoten. Niet alleen discriminatie op grond van afkomst komt voor in de wijk, ook discriminatie op grond van seksuele voorkeur, genderidentiteit en op grond van beperking. Zo wordt koppels van gelijk geslacht het leven zuur gemaakt door buurtbewoners en worden transgender vrouwen gepest. Het valt mij op dat het in deze zaken vrijwel nooit gaat over de rol van het sociaal werk of andere sociale professionals. Waar zijn de jongerenwerkers? De opbouwwerkers? De professionals van het sociale wijkteam? Ik kan mij voorstellen dat zij hierin een verschil kunnen maken, hun rol lijkt echter vrij onzichtbaar.
Om te huilen
Discriminatie is sowieso een thema dat onvoldoende wordt belicht in het sociaal werk en bij sociale professionals in het algemeen. Tijdens mijn opleiding jaren geleden, heb ik er weinig over gehoord. Maar ook nu is er weinig onderzoek en zijn er weinig lesboeken of congressen op dit thema te vinden. Dit terwijl (institutioneel)racisme, validisme en LHBTI+ discriminatie toch thema’s zijn die maatschappelijk gezien enorm leven, denk aan de grote Black Lives Matters demonstraties in ons land of de goed bezochte Pride. Terwijl de cijfers over discriminatie in ons land om te huilen zijn: met een Nederlands klinkende naam heb je bij een sollicitatie zo’n 60% meer kans om door de eerste selectieronde dan met een Arabisch klinkende naam. Ook al heb je exact hetzelfde cv?
Principes
Het signaleren, bespreken, aanpakken en voorkomen van discriminatie in de wijk vind ik uitstekend passen bij het takenpakket van sociale professionals die werken in de wijk. Immers, volgens het beroepsprofiel van de sociaal werker, staan principes van sociale rechtvaardigheid, mensenrechten, collectieve verantwoordelijkheid en respect voor diversiteit centraal in het sociaal werk.
Tools
Ik kan mij voorstellen dat sociale professionals specifieke tools nodig hebben om discriminatie goed te kunnen voorkomen, te signaleren en op te pakken. Het is complexe thematiek waarbij ‘baat het niet dan schaadt het niet’ lang niet altijd opgaat. Voor de preventiekant hebben we inmiddels een checklist opgesteld met werkzame mechanismen die sociale professionals kunnen gebruiken. Maar ik kan mij voorstellen dat er behoefte is aan meer. Momenteel doen we daar onderzoek naar. We hebben een vragenlijst ontwikkeld voor sociale professionals over discriminatie en roepen hen op om deze in te vullen. Zo hopen we meer te weten te komen over hoe we sociale professionals in de wijk beter kunnen toerusten. En zorgen we er samen voor dat situaties zoals die van Yusuf en zijn moeder, waarin gezinnen vanwege hun afkomst van huis en haard verdreven worden, voorkomen worden.
Hanneke Felten is senior projectleider & onderzoeker bij Movisie.