Vorige keer blogde Pieter Paul Bakker over de beroepsgroep: kinderwerkers>>
Veel kinderen brengen veel tijd door op zowel de kinderopvang en in het onderwijs. Hoe wordt daar gewerkt, en samen gewerkt, met de meldcode? Uit een rondvraag in het werkveld bleek ons dat er nog veel onduidelijk is over de werking van de meldcode.
En het is ook niet niks. Je moet iets weten over de kind-signalen en je moet goed kunnen communiceren met ouders, kinderen, collega’s en medewerkers van Veilig Thuis. Dat blijkt voor veel mensen best veel gevraagd.
Signalen
Uit recent onderzoek van JSO (2014) blijkt dat beroepskrachten het lastig vinden om te melden. Ik hoor die geluiden ook in de praktijk van beroepskrachten. Ze zijn onzeker over wat ze zien of ze zijn bang voor de ouders. Daardoor blijven signalen in de lucht hangen en worden er geen acties ondernomen. In de tweede stap van de meldcode bestaat de mogelijkheid om advies in te winnen van Veilig Thuis, maar vaak wordt dat niet gedaan. In gesprekken met kinderopvangorganisaties en scholen hoor ik dat medewerkers zelf niet weten welke professional van Veilig Thuis ze kunnen aanspreken. Ze weten ook niet zo goed wat die professional zou moeten doen. De angst bestaat dat een eerste contact met Veilig Thuis al gelijk een melding is. Dat blijft een hardnekkig misverstand.
Meldcode
Uit eerder onderzoek (2008, Veldkamp) bleek al dat professionals die werken met een meldcode drie keer zo vaak actie ondernemen als collega’s de code niet gebruiken. Toen was de meldcode nog niet verplicht. Je zou daaruit op kunnen maken dat de meldcode helpt om een vervolg te geven op signalen van kindermishandeling, maar dat nog steeds niet duidelijk is hoe.
Misschien werkt de naam ook wel tegen. Een meldcode is er om te melden, maar hoe weet je nou of je moét melden. De naam: de-signalerings-en-bespreekbaar-maken-om-erger-te-voorkomen-en-tijdig-te-melden-code, is een beetje lang. Maar het raakt wel de kern: het gaat om het bespreekbaar maken, niet per se om het melden.
Jeugdhulp
Organisaties werken steeds meer samen. Een baby op de crèche ziet op één dag wel drie of vier verschillende gezichten door parttimers en invallers. Op het integraal kindcentrum, waar een kind van 7 tot 19 uur terecht kan, hebben kinderen contact met de schooljuf, de juffen en meesters van de BSO, de kunstclub, de sportvereniging en van het welzijnswerk. Dan heb ik de jeugdhulp nog niet eens meegerekend. Een kind dat wordt mishandeld of verwaarloosd, kan met zoveel contacten zo maar worden gemist. Elk gemist kind is er één teveel.
Wij gaan de komende maanden aan de slag met een aantal organisaties om de werking van de meldcode nader de loep te nemen. Herkent u dit verhaal of juist helemaal niet? We zijn benieuwd naar andere knelpunten en hoe ze samenhangen met elkaar. En natuurlijk ook naar uw oplossingen. Laat ze ons weten!