Een voormalige huisarts, een medewerker van Vluchtelingenwerk, iemand van de regiopolitie en ik als opbouwwerker konden vrijuit zeggen wat we vonden van verschillende onderdelen van de minor. Alle vier waren we positief over wat ons werd aangeboden: naar onze mening een prettig pakket van verschillende bewegingen in een moderne multiculturele samenleving.
Enerzijds werd ingegaan op de privé-beleving van identiteit, anderzijds op de rol van identiteitsbeleving in de openbare ruimte. Het politieke aspect van de multiculturele samenleving werd niet vergeten en ook de medische aspecten werden uitvoerig behandeld. Als veldwerkers constateerden wij dat het pakket wellicht pittig zou zijn voor studenten, maar wij konden er niet omheen dat de huidige samenleving nu eenmaal pittige stof is geworden.
Zoals de multiculturele samenleving doorgaans wordt gepresenteerd via verschillende media en zoals die blijkbaar leeft onder burgers, is niet de samenleving in werkelijkheid. Turken zijn niet allemaal hetzelfde, maar bijvoorbeeld alevieten, soennieten, sjiieten, koerden, christenen, joden, et cetera. Marokkanen verschillen van elkaar. Er zijn Berbers, Arabieren, noordelijke bevolkingsgroepen en zuidelijke. Afghanen en bevolkingsgroepen uit Iran en Irak verschillen onderling én van elkaar.
We constateerden dat het nodig is om te beseffen dat de huidige samenleving een complex geheel is geworden. Maar we stelden ook vast dat de menselijke maat niet is veranderd en universeel is. Rekening houden met gewoonten van anderen is goed, maar de ander houdt doorgaans ook rekening met jouw eigen gewoonten. Ter illustratie werd verteld over vrouwen met hoofddoekjes die toch handen schudden van mannen.
Een kwetsbare opstelling en vanzelfsprekende reserve bij nieuwe ontmoetingen zouden volgens ons het meeste rendement opleveren. Tot slot zijn we het eens geworden over wijziging van de term ‘multiculturele samenleving’ in ‘cultureel burgerschap’. De uit de klei getrokken Nederlander is namelijk ook een cultureel wezen. Mét specifieke behoeften voor zijn privé- en openbare identiteit.
Jillis Kors, (Groningen, 1974) heeft na de opleidingen Cultureel Maatschappelijke Vorming en Sociologie in diverse steden in Nederland opbouwwerk en burgerparticipatie projecten ontwikkeld en uitgevoerd. Sinds oktober 2008 is hij opbouwwerker in Zwolle.
Volgens Robert Reich bestaat onze identiteit uit vele botsende rollen/zielen. Volgens hem zijn de volgende 4 zielen de belangrijkste: Consument, Werknemer, Burger, Belegger. Je kunt er nog veel meer bedenken: vader/moeder, buur, verenigingslid, kerklid, etc.
De rollen kunnen en zullen botsen, bijv. wanneer een Werknemer gaat Beleggen in het bedrijf waar hij werkt. Een ander voorbeeld van botsende rollen is dat een Consument/klant alleen maar rechten heeft (“shoppen”), terwijl een Burger ook plichten heeft naar andere leden van de samenleving. Een Burger is ongevraagd lid van de samenleving (“contract social”); een lid heeft verplichtingen. Een lid komt niet alleen “halen”, maar ook “brengen”.
Daarnaast hebben we de multiculturele/pluriforme samenleving, waarin het principe van “eigen cultuur eerst” mag gelden. “Eigen volk eerst” mag niet, maar “eigen cultuur eerst” mag wel. Een permanente dialoog over de verschillende culturele waarden is wel gewenst, immers behoud van alles het beste.
Kortom: “identiteit” is niet statisch, maar uiterst dynamisch met intrinsiek strijdige rollen. Zich beroepen op “vaststaande culturele identiteit” is zichzelf buiten de samenleving plaatsen. Culturele identiteit is een menselijk product en aan verandering en verbetering onderhevig.