De derde keer dat ze komt, zet ik tegelijk met haar mijn fiets op slot. Of ik Suzanne ben? Ze zegt dat er steeds iets tussen kwam, maar dat ze eigenlijk nog steeds mij beter wil leren kennen. We lopen naar binnen. Ze schrikt en zucht als blijkt dat er meer mensen voor mij komen. Ze heeft hulp nodig zegt ze, maar ze kan het niet concreet maken.
Ik vraag of ze iemand zoekt om mee van gedachten te wisselen en ze zegt: ‘ja, vrienden’. Ze lijkt er zelf van te schrikken en zegt dat ze heel zelfstandig is. Dit is haar verklaring voor haar beperkte sociaal netwerk. Ik overweeg: nu afronden en doorsturen naar het rode kruis voor een maatje? Vragen of de maatschappelijk werkers van collega-organisatie nog iets kunnen? Of zelf een vervolgafspraak maken? Ik kies voor het laatste. Ze is blij met mijn voorstel en dat ik bij haar thuis wil komen vindt ze heel fijn. Ze wil heel graag laten zien hoe ze woont. Ze stopt haar spulletjes weer in haar tas en vertrekt. Deze mevrouw van 77 die het liefst zou emigreren.
Een paar dagen later sta ik bij haar voor de deur. Een benedenwoning. Voor haar raam staat een grote afvalcontainer, want aan de overkant wordt er gesloopt. Er is één brievenbus voor deze vier woningen. De post belandt op de grond. Ze heeft geen contact met haar achterbuurman, maar hij bewaart wel zorgvuldig haar post als ze in het buitenland is. Haar woning is zo’n 25 vierkante meter. Er is een klein binnenplaatsje dat door bewoners wordt verwaarloosd en bovendien wordt begrensd door hoge, kale, grauwe muren.
Ik schrik ervan hoe een mevrouw van 77 hier woont: klein, donker en grauw. Op de vraag waar ze slaapt, antwoord ze: ‘Wat denk je? En daarom wilde ik het je zo graag laten zien. Bank is bed.’ Ze vertelt dat ze niet kookt. Ze heeft geen gasstel en ook geen koffiezetapparaat. Ze heeft wel een diepvriesje en een magnetron. Of ik koffie wil? Ze had wel verwacht dat ik wat zou willen en daarom had ze iets gekocht. Ze trok ondertussen een stukje plastic van een bekertje. Nog geen minuut later heb ik mijn koffie: een ijskoffie opgewarmd in de magnetron.
Ze voelt zich niet lekker hier in deze woning, maar ze weet ook niet hoe ze aan een andere woonruimte zou kunnen komen. Dan maar naar het buitenland is haar oplossing. Daar heeft ze altijd gewoond en weet ze wel de weg.
Deze mevrouw blijft nog lang in mijn hoofd hangen. Een waardevol bezoek. Het heeft mij iets geleerd over wonen in de Jordaan, over eenzaamheid en over het gevoel krijgen dat je er niet meer bij hoort en dat je de ontwikkelingen niet meer bij kunt houden, dat je woonomgeving te snel verandert, dat je niet meer echt gezien wordt. Als ze terug is uit het buitenland en ze laat zich niet zien, ga ik maar weer eens bij haar aanbellen.
Daar was ‘vroeger’het ouderenwerk werk voor.