De vorige keer blogde Yvette over hoe je pesten aanpakt >>
Steeds meer bacteriën zijn ongevoelig voor antibiotica. Er zijn zelfs bacteriën waartegen geen enkel medicijn meer helpt. Dat is een wereldwijd probleem. De wereld is heel klein geworden; ziekten die we hier vroeger niet kenden, kunnen in een paar uur in ons land zijn. Daarom is het belangrijk dat medewerkers in de gezondheidszorg zich houden aan de afspraken om verspreiding van bacteriën tegen te gaan.
‘Zorginstellingen scoren onder de maat op het gebied van hygiëne en infectiepreventie. De situatie is zorgelijk.’ Dat constateerde de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) eind 2013 naar aanleiding van onderzoek onder ziekenhuizen en ouderenzorg. In tijden van toenemende antibiotica-resistentie is dit een zorgwekkende constatering. En dit terwijl het voorkomen van de verspreiding van infecties (in theorie) niet eens zo moeilijk is! Wel vergt dit continue aandacht van professionals die werken met kwetsbaren. Daarnaast moeten de randvoorwaarden binnen organisaties in orde zijn.
Dat geldt vooral voor ziekenhuizen en verpleeg- en verzorgingshuizen, omdat daar veel kwetsbare mensen bij elkaar leven. Daarnaast zien we steeds vaker dat kwetsbare ouderen met hulp van mantelzorgers en vrijwilligers thuis verblijven. Ook vrijwilligers moeten dus weten welke maatregelen te treffen. We willen toch allemaal dat opa of oma, die een zwakke gezondheid heeft, geen onnodig leed ervaart door een infectie?
Iemand met een zwak brein (onder meer alzheimer, hersenbloeding, tumor) of lichamelijk lijden (onder meer een blaas- of longontsteking, uitdroging) kan in een delier raken. Een acute, tijdelijke verwardheidstoestand. De thuiszorg kan een grote rol in spelen in het signaleren van een delier. Maar hoe? Lees hier meer >>
Het gevaar zit in een klein hoekje. Je kunt een virus of bacterie al oplopen na een toiletbezoek. Was je je handen niet (goed) en eet je vervolgens een boterham, dan kun je ziek worden. Zo besmettelijk kunnen virussen en bacteriën zijn. Natuurlijk kennen zorgverleners de hygiëneregels, zoals het dragen van een mondmasker en handschoenen. Maar wat gaat er dan mis…?
Het naleven van hygiënerichtlijnen gebeurt in de praktijk niet altijd even consequent. Hoge werkdruk en gemis aan faciliteiten zijn factoren die hierbij een rol kunnen spelen. Als je het erg druk hebt is niets moeilijker dan keurig alle regeltjes te blijven volgen. De kennis kan wel aanwezig zijn, maar hoe zorg je ervoor dat de richtlijnen ook consequent worden nageleefd?
Bewustwording én gedragsverandering, in alle lagen van de organisatie, dat is waar het om draait. Niets is zo lastig als blijvende gedragsverandering. Hoe houd je infectiepreventie op de agenda op de werkvloer? Om te beginnen moet management de juiste faciliteiten bieden, zoals automatische zeepdispensers en wegwerphanddoekjes. Ook is het belangrijk dat personeel jaarlijks wordt bijgeschoold om de basale hygiëneregels op het netvlies te houden. Daarnaast moeten zorgverleners leren om elkaar aan te spreken als iets niet goed gaat; dat is misschien nog wel het moeilijkste. Zie je bijvoorbeeld dat je collega nog een ring draagt? Wijs hem/haar hierop!
Om het gedrag rond hygiëne en infectiepreventie te verbeteren, geeft de GGD nog een aantal concrete tips:
- Maak – desgewenst met hulp van de GGD – door middel van een knelpuntenanalyse inzichtelijk waar de problemen zitten en verbeter de protocollen.
- Zorg dat alle medewerkers op de hoogte zijn van de protocollen voor infectiepreventie en dat deze voor iedereen makkelijk vindbaar zijn, dus ook voor schoonmakers.
- Maak van infectiepreventie een vast agendapunt tijdens vergaderingen om bewustzijn te creëren en het onderwerp blijvend onder de aandacht te houden.
- Volg jaarlijks een externe opfristraining, bijvoorbeeld (onderdelen van) de training Aangekleed beschermd.