Het is toch raar dat als we het over integratie hebben, we ons alleen focussen op de nieuwe Nederlanders van Marokkaanse en Turkse komaf? Volgens mij komt dat omdat integratie puur gericht is op personen die onvoldoende in staat zijn hun eigen broek op te houden, het islamitische geloof belijden, voor overlast zorgen en/of in een sociaaleconomische achterstand verkeren. Het gaat in de kern helemaal niet om het opgeven van de eigen culturele achtergrond, je geloof, het niet meer mogen spreken in de moedertaal en het op de post doen van je paspoort naar land van geboorte. Het gaat om participatie, niet om integratie. Zeker als je kijkt naar de achtergrond van diegenen van wie met name rechtse politici vinden dat ze moeten inburgeren.
Als je naar de huidige uitvoeringspraktijk van inburgering kijkt, zie je dat er sprake is van een keerpunt. De afgelopen jaren is er vooral onder druk van de toenmalige minister Verdonk gehamerd op het aanpassen aan de Nederlandse cultuur. Dat komt ook tot uiting in de aard en inhoud van het inburgeringsexamen. Nu is er meer aandacht voor een nadruk op daadwerkelijk participeren in de Nederlandse samenleving op een manier die recht doet aan de eigen achtergrond.
Integratie is net als invoegen op de snelweg. Je rijdt met je eigen auto (identiteit) de snelweg op. Van de andere snelweggebruikers moet je de ruimte en hulp krijgen om in te voegen. Nadat je bent ingevoegd, ben je onderdeel van de snelweggebruikers. Dan is er niemand die jou aanspreekt op de auto waarin je rijdt en van je vraagt om die voor een andere in te ruilen. Zij accepteren daarmee wie je bent. Wel heb je, je net als alle anderen te houden aan de regels die op de snelweg gelden. Iedereen heeft dezelfde rechten en plichten. Daarbij heb je je aan zowel de geldende formele als onbeschreven regels (fatsoensnormen) te houden. Medeweggebruikers die je bij een pompstation om de weg vragen, help je op weg. Je haalt niet rechts in, je rijdt niet te hard en bij een file sluit je netjes in de rij aan.
Het integratievraagstuk is net als invoegen op de snelweg. Participeren op de arbeidsmarkt, in het bedrijfsleven, in het onderwijs en in de wijk. De ‘oude Nederlanders’ hebben de plicht de ‘nieuwe Nederlanders’ de ruimte te geven om in te voegen en de ‘nieuwe Nederleanders’ houden zich aan de geldende regels en wetten.
(met dank aan El Mustapha Kaouass)
Eric Dorscheidt (1966) is adviseur en politicoloog. Als adviseur werkt hij voor de lokale overheid bij BMC-groep op het gebied van participatie, sociale zekerheid en welzijn. Daarnaast is hij lid van de Raad van Toezicht van Combiwel Amsterdam. In de avonduren is hij actief als voorzitter van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van het openbaar basisonderwijs in Amstelveen.
Leuke paralel, maar wat is de conclussie?
Dat de ‘oude Nederlanders’ de nieuwe geen ruimte bieden om in te voegen? Daar ben ik het absoluut niet mee eens.
Als Nederlander heb ik ook enige jaren in het buitenland gewoond, en ik denk dat men in Nederland heel veel ruimte biedt aan nieuwe Nederlanders. Het probleem is dat veel nieuwe Nederlanders de invoegstrook niet willen gebruiken, of überhaupt niet willen meerijden op de snelweg!