Toch wil ik hier voor mijn eigen specifieke doelgroep een nuancering in aanbrengen. Tot voor kort omschreef ik deze doelgroep als jongeren ‘die de omslag zelf niet konden maken’. Tijdens een training Jongerenwerk Nieuwe Stijl van Frank van Strijen werd mijn doelgroep specifieker gemaakt. Het gaat om jongeren die de stap van 0 naar 1 nog moeten zetten wanneer je dit bekijkt langs de piramide van Maslow. Frank schetste heel helder de keiharde realiteit van de huidige Nederlandse loketcultuur. Dat het voor een jongere zonder school erg lastig is om op een school terecht te komen. Voor een jongere zonder onderdak om aan onderdak te komen en ga zo maar verder.
Helaas kom ik deze situaties dagelijks tegen in mijn werk, en elke dag opnieuw, word ik geconfronteerd met collega’s en partners die mij uitdagen om op het juiste moment los te laten. Laat ik heel duidelijk zijn: dat het aan het einde van de rit enorm belangrijk is om een jongere los te laten en te laten groeien in zijn persoonlijkheid en volwassenheid is een waarheid als een koe. Maar wat mij betreft is dat de kunst niet.
Loslaten doen we in mijn ogen al veel te veel binnen de hulpverlening. Wanneer een jongere zich meldt en we verwijzen naar loket A dan laten we dit proces los. We hebben immers gedaan wat ons gevraagd werd en nu is het tijd voor deze jongere om de stap naar dat loket te zetten, de tijd om het los te laten. Gelukkig zijn er genoeg jongeren die zelfstandig genoeg zijn om deze stap ook daadwerkelijk te maken, en laten we deze jongeren ook absoluut op dat moment loslaten.
Echter, er zijn ook jongeren die dit niet kunnen. Jongeren die de stap van 0 naar 1 nog moeten zien te maken, jongeren die in het zetten van deze stap al op heel veel afwijzing zijn gestuit. En hiermee een ontzettend groot referentiekader van wantrouwen opgebouwd hebben. Op het juiste moment weten vast te houden, is in mijn ogen pas echt een kunst. Bij de jongere te blijven in de stappen die hij of zij zet. Zorgen dat je inslijt in het dagelijks leven van deze jongere, zodat hij of zij in eerste instantie voorzichtig kan wennen aan het idee van vertrouwen in plaats van wantrouwen. Dit vraagt iets van de werker, het vraagt in veel gevallen dat deze in staat is om 100% van zichzelf te geven op de juiste momenten. Ook vraagt het elke dag opnieuw de juiste balans te vinden tussen vasthouden en loslaten. De durf om los te laten en er uiteindelijk als de ander valt toch ook weer te zijn om vervolgens samen verder te gaan.
Een mooi voorbeeld is het schema van de metro in Tokio. Dat staat voor mij gelijk aan het systeem van hulpverlening dat we met zijn allen ontwikkeld hebben. We kunnen de jongere op de metro zetten en hopen dat hij of zij bij de juiste halte uitstapt, om vervolgens weer de juiste vertrekhalte te kiezen. We kunnen er ook voor kiezen om deze jongere op de metro te zetten, om vervolgens te zorgen dat we bij de juiste halte klaarstaan om deze persoon weer op te vangen. Net zolang tot deze persoon het hele stelsel zelf in de gaten heeft, en in staat is de juiste route te kiezen voor een gelukkige toekomst.
Dat is de kunst van het vasthouden. In mijn ogen een perfecte rol voor het jongerenwerk binnen de transitie Jeugdzorg. Jongeren zo goed mogelijk door het stelsel van hulpverlening begeleiden, en als gebleken is dat ze dit zelf kunnen, dan kan deze jongere met een gerust hart losgelaten worden. Zo gaan jongeren uiteindelijk daadwerkelijk hun gestelde doelen bereiken. En als dat gebeurt…dan kunnen we met trots vertellen dat onze kunst, die van het vasthouden is!