Wat je in de praktijk van een huishouden zo nodig hebt, persen we er in de samenleving steeds meer uit. De vrijheid van handelen op het werk wordt beknot door verantwoordingssystematieken en chefjesgedrag. De ruimte thuis, om flexibel in te kunnen springen als een kind ziek is, wordt eruit geperst door de alsmaar groter wordende druk om allemaal maximaal productief te zijn. In de buitenruimte overheerst de neiging ieder ongeordend stukje aan te harken, te bestemmen. De laatste ruimte waar mensen een plek vinden die ze elders in de geordende stad niet vinden, verdwijnt zo.
Met de rommelruimte in mijn huis gaat het goed. Op de koelkast liggen wat knikkers, een schroevendraaier, een potlood en een pen. Zo hebben we nog wel tientallen andere plekjes. De vraag die mij al een tijdje bezig houdt, is hoe we de rommelruimte weer terugkrijgen in de maatschappij. Het gebrek aan rommelruimte is volgens mij een belangrijke oorzaak van het dreigende vastlopen van de samenleving. Tijd voor onderlinge hulp wordt minder en de professionele hulp beperkt. Steeds meer mensen vallen tussen de wal en het schip. Deze ontwikkeling valt te keren.
In onze sociale zekerheid en in ons belastingstelsel moeten we niet een ieder dwingen maximaal productief te zijn. In werk met mensen, of het nu welzijnswerk is of verslavingszorg, moeten we weer fouten toestaan. De politiek moet afstappen van het risicomijdende gedrag en de wil alles te beheersen. Weg met het wantrouwen, leve de rommelruimte!
Hans Spekman is Tweede Kamerlid voor de PvdA. Zijn aandachtsgebieden zijn asiel- en migratiebeleid, de onderkant van de arbeidsmarkt en armoedebestrijding. Voor zijn Haagse debuut in 2006 was hij wethouder van Sociale Zaken in Utrecht.
Helemaal mee eens. Iedereen is wel eens rommelig in zijn hoofd en daar zou meer begrip voor kunnen zijn als er meer ruimte is om anders te zijn.