Lees hier meer blogs van Tineke van Uden >>
Al enkele jaren gaan er geluiden op dat het anders kan en moet in welzijnsland. Nu met de bezuinigingen wordt Welzijn Nieuwe Stijl, Eropaf! en Eigen Kracht naar voren geschoven als dé oplossing om de burger te versterken en de regie terug te geven over zijn leven
Ik wil hierbij nog eens benadrukken dat Eropaf! gaat over aansluiting bij mensen, herstellen en verbinden van formele en informele netwerken. Dat het gaat over vroegtijdig signaleren om erger te voorkomen. Het gaat dus zeker niet over intimiderende teams die ongevraagd binnentreden, zoals zijdelings aan de orde kwam op het Welzijnsdebat.
Dat soort projecten zijn allang afgeschaft en werken tegenwoordig vanuit zorg in plaats vanuit beheersdrang. Het gaat over het teruggeven van de regie aan de burger, maar dit kan niet zondermeer. Mensen moeten zich gehoord, gezien en gesteund voelen. Sociaal werkers moeten daarvoor twee kanten op kunnen werken. Zij moeten zich kunnen begeven in de leefwereld van de burger om deze vervolgens te verbinden met de systeemwereld van organisaties en vice versa.
Dat doe je niet zomaar even, dat vraagt doorzettingsvermogen en kennis van sluiproutes om ervoor te zorgen dat de burger komt waar hij moet zijn. Dat vraagt investeren in die burger en ervoor zorgen dat hij het vertrouwen terugkrijgt in onze samenleving. Het vraagt ook dat de sociaal werker in het geweer durft te komen tegen de systeemwereld en een vuist maakt in het belang van de doelgroep. Ik geef als voorbeeld maar even de bezuinigingen die mensen met een licht verstandelijke beperking gaan treffen.
Er is het risico dat organisaties, noodgedwongen, keuzes gaan maken die niet in het belang zijn van de klant maar in het belang van het voortbestaan van de organisatie. Dan is het natuurlijk niet zo raar dat er organisaties en professionals zijn die helemaal niet zitten te wachten op die nieuwe wind. Naast de bezuinigingen worden ze bedolven onder een stroom van kritiek. Het is niet goed georganiseerd, het is niet effectief, het is te duur, er gebeurt teveel dubbel, resultaten worden niet inzichtelijk gemaakt, beginnende professionals zijn niet voldoende toegerust.
Geen prettige boodschap om op je bordje te krijgen, zeker niet wanneer daarmee de ‘bezuinigers’ in de kaart gespeeld worden, die uiteraard medeverantwoordelijk zijn voor de ontevredenheid. Laten we de discussie vooral flink blijven voeren. De gedegen kennis en kunde van al die opbouwwerkers, maatschappelijk werkers, sociaal pedagogisch hulpverleners is vooral nu nodig. Al die input is nodig om te komen tot die nieuwe sociaal werker, zo eentje die van alle markten thuis is en daar eventueel ook nog de boodschappen voor je gaat doen en bij je thuis brengt.
Tineke van Uden (1965) werkte in haar gevarieerde loopbaan met jongeren in de jeugdhulpverlening zoals opvangcentra, internaat, op straat en in het sociaal cultureel werk. In het volwassenenwerk deed zij ervaring op in de vrouwenopvang en stapte daarna over naar het maatschappelijk werk. Inmiddels is zij zelfstandig onderneemster en traint en adviseert organisaties rondom outreachende hulpverlening. Daarnaast is ze parttime docent Sociale Studies ben bij Avans Hogeschool ’s Hertogenbosch.