Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Prikken en blazen

Dinsdagochtend. Een ochtend als alle andere. In het buurthuis druppelen de vaste klanten binnen. De senioren van de biljartclub, de jonge moeders, kinderen die gaan gymmen. En de beheerder die met zijn multifunctionele mopkar rondscharrelt. Niet om schoon te maken, maar het ding fungeert goed als mobiele praattafel. Niemand ontkomt aan hem.
Prikken en blazen

Lees hier meer blogs van Teun Hofmeijer >>

Dit tafereel is niet rendabel genoeg volgens de huidige landelijke welzijnsnormen. Net als de gestage stroom buurtbewoners richting het kantoor dat ik deel met de woningcorporatie. Het wijksteunpunt is in de praktijk een leefbaarheidpraatpaal. Een frustratiepitstop. Al die mensen die psychisch licht beschadigd zijn door ondoordringbare meldlijnen, loketten en websites. Iedereen die de weg kwijt is door regels en procedures, die komt bij ons.

Wij hebben zo onze eigen –overigens niet rendabele- werkprocessen en protocollen bij de afhandeling van klein buurtleed. Mijn collega heeft de methodiek ontwikkeld om wanneer zij iemand helpt, haar dikke rode werkmap opzij te leggen zodat het bureau voor haar leeg is. Zelf maak ik meer gebruik van de techniek om mijn bureaustoel een kwartslag te draaien, onderuit te zakken en een been op de prullenbak te leggen.

Ons handelingsrepertoire is uitgebreid en vernuftig. We zijn, naast simpel luisteren, ook in staat om complexere onrendabele interventies te doen. Wanneer het hoofd van de buurtbewoner steeds roder wordt en hij harder begint te praten, maak ik een grapje. Of stel ik op een serieuze manier een zeer onlogische vraag: “Hoe laat was het de laatste keer dat u ’s avonds laat geen last had?” Net voldoende om iemand uit zijn focus te halen. Afgekeken van de dogwisperer; “tssst!” Meestal zijn de bewoners snel weer in een ‘calm and submissive state’.

Om honden te kunnen africhten, moet je denken als hond, zegt Cesar Milan. Dit geldt ook voor buurtbewoners. Ik had anderhalf jaar geleden een weinig rendabel gesprek met een oudere vrouw die af en toe suïcidale neigingen heeft. Het begon met een klaagzang over haar gevecht met het CIZ over haar indicatiestelling. Maar al snel zaten we geanimeerd te kletsen over hoe je eigenlijk het beste van de flat bij ons in de wijk af springt. “Wel goed opletten dat er niemand onder loopt, hè?” riep ik haar achterna toen ze het kantoor uit liep. Weer een tevreden klant. En ze leeft nog steeds.

Eigenlijk trappen wij onze klanten stelselmatig uit balans. Serieus ingaan op onzin. Grappen maken over dat wat pijn doet. Begrip tonen waar mensen verwachten tegen een muur aan te lopen. En zo prikken wij dagelijks vele ballonnetjes door. Dat is inderdaad onrendabel. Stukjes rubber met lucht erin kapot maken. Lucht! Voor miljarden euro’s per jaar! Wegbezuinigen. Meteen.

Wat zou het opblazen van al die ballontjes eigenlijk kosten?

Teun Hofmeijer (1977) is opbouwwerker in Oldenzaal en bestuurslid van Code 2.0, beroepsvereniging voor opbouwwerkers en wijkontwikkelaars. Hiervoor was hij journalist in Zuidelijk Afrika, maar ook horecaportier, geluidstechnicus, fabrieksarbeider, secretaresse en marktkoopman bij de groente- en fruitmaffia. ‘Opbouwwerk is een logisch vervolg. Een fantastisch vak waar je door tussen mensen te staan en naar hun verhalen te luisteren zicht krijgt op het organisme dat “de gemeenschap” heet.’

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.