Waar in het verleden nooit problemen waren met het interviewen van betrokkenen bij een onderwerp, bleek het dit keer bijzonder lastig om met bestuurders van gedachten te wisselen. Zowel landelijk als lokaal. Drukke agenda’s en actuele zaken kunnen hier natuurlijk een rol in hebben gespeeld. Maar het heeft er alle schijn van dat het, gezien de complexiteit en de consequenties van de maatregelen, voor bestuurders erg lastig is om een inhoudelijke reactie te geven.
Is het dan echt zo lastig? De nieuwe maatregel is als volgt: vanaf 1 januari 2009 krijgen alleen mensen met matige en ernstige beperkingen op een aantal specifieke onderdelen nog begeleiding uit de AWBZ. Mensen die vanwege psychische en sociale problemen recht hadden op begeleiding, kunnen vanaf 1 januari 2009 bij de gemeenten terecht in het kader van de Wmo. Dit betekent dat mensen meer dan voorheen een beroep moeten doen op familie, mantelzorg of vrijwilligers. Pas als dit echt niet mogelijk is, kan een beroep worden gedaan op de Wmo. Gemeenten bepalen zelf hoe zij dit opvangen en hoe zij de voorzieningen inrichten.
Hier zit het grote knelpunt. Deze nieuwe maatregel zorgt voor extra taken, waarop gemeenten onvoldoende zijn voorbereid. Zij missen daarbij een volledig beeld van de vaak kwetsbare ouderen die met deze regeling te maken hebben. Daarnaast zijn er door het Rijk beperkte budgetten beschikbaar gesteld, waardoor gemeenten gedwongen zijn om zelf financiële maatregelen te treffen. Het gevolg: de meest kwetsbaren worden de dupe.
De gemeente Den Haag heeft een en ander al in gang gezet om dit te voorkomen. Burgers met problemen kunnen terecht bij één van de sociaal casemanagers van Den Haag OpMaat (DHOM), een nieuw samenwerkingsverband van de dienst SZW. Maar dit is lang niet voldoende. Deze nieuwe maatregel heeft namelijk zoveel extra werk opgeleverd, dat we bij MOOI genoodzaakt waren een klantenstop in te voeren. Hopelijk worden rond de zomerperiode concrete uitspraken gedaan, waar we gezamenlijk mee aan de slag kunnen. Met de gemeenteraadsverkiezingen in het vizier is het vast mogelijk om sneller spijkers met koppen te slaan. De tijd zal het leren.
Dik Hooimeijer (1954) is lid Raad van Bestuur van Stichting MOOI, een welzijnsorganisatie in Den Haag en in Zoetermeer en omstreken. Binnen de organisatie heeft hij Marketing & Innovatie als aandachtsgebied. Sinds 1975 is hij werkzaam in de welzijnssector. Hij noemt zichzelf een absoluut welzijnsdier, maar is ook een oprecht criticaster. Naar zijn oordeel is het welzijn te weinig innovatief en speelt het niet altijd in op de tijdgeest.
21 januari l.l. heeft mijn vrouw E.H. Huijsen-Susan een verzoek ingediend voor een bijzondere bijstand bijdrage in de kosten van een bril. Eerst 23 juni jl ontvingen wij de bevestiging van deze aanvrage vergezeld van een het verzoek om toestemming te willen verlenen tot uitstel van de behandeling tot
23 juli a.s. Tevens werd gevraagd om alle relevante gegevens inzake inkomen enz. mede te zenden. Behalve dat het antwoord van DHOM vele maanden te laat is schijnt het ook dat de door haar verstrekte gegevens verdwenen of op zijn minst zoek zijn geraakt..
Is het de bedoeling dat door toestemming tot uitstel van behandeling van de aanvraag te verlenen de ambtelijke miskleuners op het conto van mijn vrouw kunnen worden geschreven? Snelle afhandeling en klantvriendelijke uitvoering? Vergeet het maar!
E.H. Huijsen-Susan
BSN 115187686
Documentnummer 8790988