De vorige keer gaf Linda toe dat ze zelf ook wel eens had ‘gezeten’>>
De gedetineerde man die ik nu bijna een jaar iedere twee weken bezoek, gebruikt niet. Omdat – en dat is misschien wel de allerbeste drijfveer – hij dat niet wil. Sinds zijn gevangenschap is hij, naar eigen zeggen, ‘een compleet ander mens’ geworden. Nee, niet alléén vanwege zijn opsluiting. Hoewel zo’n tijd op jezelf teruggeworpen te zijn, vast een zekere zelfreflectie stimuleert en dat kan geen kwaad. Maar vooral omdat hij vader is geworden. Een nieuwe rol die hij, straks buiten, met veel toewijding wil vervullen.
Toch is die anderhalf jaar afkickkliniek die hem (tijdens het laatste traject) nog rest, geen overbodige luxe. Want wie garandeert dat hij niet vroeg of laat terugvalt in zijn oude gewoonten wanneer hij terugkeert in zijn vroegere omgeving waar druggebruik vertrouwd was?
Stom? Zwak? Misschien wel, maar waarom lopen er dan zoveel mensen gehuld in een verstikkende mist, terwijl ze vast best zouden willen stoppen met roken om meer lucht te hebben en ook voor hun portemonnee? Wij mensen zijn gewoontedieren, allemaal. Je losbreken uit de ketenen van (ongewenst) gedrag vergt de mentale kracht van een boeienkoning.
Hopelijk dat die achttien maanden gaan helpen het roer drastisch en vooral definitief om te gooien. Bij goed gedrag mag hij af en toe met weekendverlof. Niet alleen als mooie beloning, maar ook een goede manier om stapje voor stapje te wennen aan terugkeer naar de maatschappij met alle verlokkingen van dien. Want is dát niet de voornaamste bedoeling van een gevangenisperiode: mensen die een fout hebben gemaakt, een herkansing te geven?
Wie dit een pleidooi voor een te ‘softe’ aanpak vindt, wil ik graag overtuigen met harde cijfers, gepresenteerd in een ander tv-programma van alweer een tijdje terug. ‘Altijd wat’ van de NCRV, een reportage over een Noorse gevangenis op het eilandje Bastøy, waar (zware) criminelen hun laatste straffase doorbrengen. Dealers, junks, bankovervallers, zedendelinquenten, geweldplegers, moordenaars; met z’n allen zijn ze actief in bos- en tuinbouw, runderteelt, paarden- en een schapenfokkerij. Ze vangen vis met een eigen vissersboot. Er is een constructiewerkplaats, een timmerwerkplaats, een wasserij en een bibliotheek. Het idee erachter: als je mensen jarenlang opsluit in een cel of kooi, zijn ze niet goed voorbereid op terugkeer in de vrijheid.
De recidive op Bastøy bedraagt 29% (onderzoek van de Universiteit van Oslo). Voor de ’traditionele gevangenissen in Noorwegen en in Nederland is dit respectievelijk 72% en rond de 80%. Tel uit je winst.