De zeer betrokken medewerkers van het steunpunt hebben als taak hulp voor slachtoffer en eventuele kinderen te organiseren. Voor de kinderen gaat jeugdzorg zich er mee bemoeien en voor het slachtoffer meestal maatschappelijk werk. Dit laatste is niet verplicht, en vind ook heel vaak geen doorgang. Ik denk dat veel vrouwen op dat moment nog niet aan hulp toe zijn. Het feit dat er een melding of aangifte is gedaan is vaak al een heel grote stap.
Isabel is iemand die wel op gesprek kwam. Een Antilliaanse vrouw, moeder van twee kinderen en zwanger van de derde. Haar partner Pedro had zijn handen niet thuis kunnen houden en op advies van de buurvrouw had Isabel melding gedaan. Tegen haar partner had ze gezegd dat ze aangifte had gedaan, maar dat verschil snapte hij toch niet.
Toen ik haar voor het eerst sprak vertelde ze dat het inmiddels een stuk beter ging thuis. Echt behoefte aan hulp was er op dat moment niet. Ik deed een voorstel: haar meer weerbaar krijgen en anders leren omgaan met haar partner. Vervolgens hoorde ik een poos niets.
Na ongeveer een maand belde ze weer op. Er waren problemen, niet het huiselijk geweld, maar met de financiën en ze moesten naar de rechtbank. Het gezin bleek in de wsnp te zitten en de bewindvoerder had beëindiging aangevraagd, omdat ze zich niet aan afspraken zouden houden. Isabel wist mij nog uit te leggen dat Pedro al sinds mei geen inkomen meer had. Hij had WW aangevraagd, maar niet gekregen. En omdat er wat spaargeld op rekening van de stadsbank stond hadden ze zich daar verder niet al te druk om gemaakt. Navraag bij de bewindvoerder leerde mij dat zij al eerder had gezegd dat het gezin beschermingsbewind moest aanvragen omdat hun financiën niet goed liepen.
Bij de rechtbank ontmoette ik voor het eerst Pedro. Een emotionele man, erg boos en verongelijkt. Isabel reageerde luchtig en gemakkelijk. Ik had ze de instructie gegeven vooral mee te werken en beterschap te beloven. De rechter was nog niet zo verkeerd en gaf het paar de kans orde op zaken te stellen en met mijn belofte beschermingsbewind aan te gaan vragen namen we afscheid. We slaakten een zucht van verlichting, want in de wettelijke schuldsanering komen is niet zo moeilijk: er in blijven is de kunst! En als je tussentijds er uit wordt gezet mag je 10 jaar lang niet terug komen. Met alle gevolgen van dien.
De volgende afspraken heb ik doorgepakt. Een bewindvoerder benaderd die tijd had, gesprekken gevoerd met het stel, en ze geholpen een aanvullende bijstandsuitkering aan te vragen. Iets wat al veel eerder had moeten gebeuren. Gaandeweg bleek mij dat Pedro zich heel verantwoordelijk voelde voor het gezin, maar dat hij niet bij machte was de situatie financieel op de rit te houden. Hij had twee jaar bij een sociale werkvoorziening gewerkt, en na een periode van ziekte was het contract niet verlengd. In de tussentijd had hij wel een wsw indicatie gekregen en stond hij voor zo’n plek op de wachtlijst. Na zijn UWV uitkering in mei was gestopt had hij nog wel gevraagd of hij recht had op een andere uitkering, maar had niet begrepen wat hij moest doen. Omdat hij een wsw indicatie had maakte ik op dat daar nou juist zijn beperking zat. In simpele bewoordingen heb ik alles aan ze uitgelegd en ik zag de rust op hun gezicht toen ze het begonnen te snappen.
Te allen tijde blijft de cliënt zelf verantwoordelijk voor zijn leven en handelen. Aan de buitenkant zie je soms niet dat mensen meer instructie nodig hebben om dit op juiste wijze te doen. Door even intensief met ze aan de slag te gaan, huisbezoeken af te leggen en veel in gesprek te gaan, leer ik mensen voldoende kennen om in te schatten wat ze nodig hebben om uiteindelijk zelf weer verder te kunnen.
De beschermingsbewindvoerder gaat binnenkort verder met ze. Ik hoop dat ze de wsnp tot een goed einde kunnen brengen. Ik heb mijn best gedaan.