Het is goed om te horen dat zorginstellingen zelf initiatief nemen om goed opgeleid personeel te krijgen zonder elkaar de vliegen af te vangen. Een samenwerkingsbestand tussen ziekenhuizen in Zeeland en Noord-Brabant moet leiden tot meer goed opgeleid personeel. In eerste instantie is dit gericht op medewerkers in de operatiekamers. Het opleiden van OK-assistenten kost geld. Bij bezuinigingsronden in ziekenhuizen zijn opleidingsplaatsen voor OK-assistenten wegbezuinigd waarbij er alleen naar de korte termijn is gekeken en de lange termijn uit het oog is verloren .
Een omslag in het denken zorgt er voor dat deze (niet zo verstandige) bezuiniging teruggedraaid wordt en er daarnaast weer aandacht is voor opleiden. Bij bewezen succes kan de samenwerking uitgebreid worden naar andere vakgebieden.
De samenwerking laat zien dat deze instellingen de basis van hun organisatie aandacht geven en kijken naar de continuïteit van hun organisaties. Zorg is mensenwerk en daarbij is goed opgeleid personeel het werkelijke kapitaal. Deze instellingen zien in dat te weinig opleidingsplaatsen uiteindelijk een probleem voor alle ziekenhuizen oplevert. Het eigen belang nastreven werkt alleen als het totaal belang gedekt wordt.
Het solidariteitsprincipe krijgt hiermee een nieuwe impuls. Daarbij worden ziekenhuizen steeds meer afgerekend op kwaliteit en het voorkomen van fouten. Om kwaliteit te leveren moet het personeel de juiste kwalificaties bezitten. Met een personeelsbeleid gericht op kwaliteit en continuïteit geven de ziekenhuizen invulling aan de kern van hun bestaan: het leveren van continue beschikbare kwalitatief goede zorg.
Door het aangaan van samenwerkingsverbanden wordt inventief omgegaan met de ontstane nieuwe werkelijkheid. Nieuwe manieren worden gevonden om aan personeel te komen. Niet alleen binnen de ziekenhuiszorg maar ook binnen de verpleging en verzorging worden nieuwe manieren gezocht om personeel te vinden. Samenwerking tussen Actiz en ABVAKABO FNV moet leiden tot 5.000 werkloze jongeren die opgeleid worden voor een baan in de zorg in een verpleeghuis, verzorgingshuis, thuiszorg of kraamzorg. Op deze wijze wordt inventief omgegaan met het personeelsprobleem en wordt tegelijkertijd een bijdrage geleverd aan het groeiende probleem van de jeugdwerkloosheid.
Het is goed dat er niet alleen naar de staat wordt gekeken wanneer er problemen moeten worden opgelost, maar dat zorginstellingen ook hun eigen verantwoordelijkheid nemen. Dit voorbeeld verdiend navolging in de rest van Nederland en in andere sectoren. Dit betekent natuurlijk niet dat de overheid geen taken meer heeft. Ik zou bijvoorbeeld graag zien dat innovatieve projecten sterker worden gepikkeld en gestimuleerd vanuit Den Haag. Zo valt er nog veel te winnen op het gebied van ICT-oplossingen en technische hulpmiddelen tijdens behandelingen.
Voor mij is het duidelijk: Alleen met een gezonde mix van private en publieke initiatieven en investeringen kunnen wij het ‘ideale medicijn’ voor onze zorg ontwikkelen.
Namens D66 zit Fatma Koser Kaya in de Tweede Kamer, waar ze de portefeuilles sociale zaken, jeugd & gezin, volksgezondheid, financiën, ontwikkelingssamenwerking en emancipatie onder haar hoede heeft.