De Boer en van der Lans pleiten voor investeringen van de overheid in buurtnetwerken en civil society. Burgerkracht gaat het dan ook helemaal maken, denken ze. Jammer dat ze ook moeten constateren dat de sandwichgeneratie het knetterdruk heeft. Burgers die toch kans zien om zich in te zetten voor de samenleving, kunnen echter niet rekenen op steun van de welzijnssector. Daar werken alleen ‘subsidiejunks’ in organisaties die functioneren als ‘welzijnssupermarkten die nooit vraaggericht hebben gewerkt’ en die hun legitimiteit hebben verloren. Wat een tegenstrijdigheden. Wat een dogmatiek en demonisering.
Het klopt dat de welzijnssector – net als de zorg – steeds meer omzetgericht is gaan werken. In de zorg is dat onder andere gekomen door het inkoopbeleid van de zorgkantoren, door het invoeren van de indicatiestellingen en door de aanbestedingstrajecten van de gemeenten. In de welzijnssector wordt de omzet grotendeels bepaald door het subsidiebeleid. De gemeente bepaalt het inkoopbeleid, de speerpunten, de thema’s, de doelgroep en het budgettaire kader. De zorgsector kan rekenen op vaste vergoedingen. Door ‘slim’ ondernemen kan de zorgsector meer omzet en betere marges genereren. De welzijnssector mag bij succesvol beleid steevast rekenen op lagere subsidiebijdragen. De Boer cs. zien echter voor de welzijnssector gouden bergen weggelegd als ze loskomen van de overheid.
Wat zij vergeten in hun pleidooi voor slim ondernemerschap in de welzijnssector, is dat de welzijnsector zich al jaren richt c.q. moet richten op de kwetsbare burgers, de niet-kapitaalkrachtige markt. Een voorbeeld: ggz-cliënten, ouderen, chronisch zieken, mensen met beperkingen willen graag zo lang mogelijk zelfstandig blijven. Professionele hulp daarbij wordt steeds moeilijker nu de toegang tot de AWBZ wordt beperkt. Daarom is nu alle hoop gevestigd op mantelzorgers en vrijwilligers. Maar zij worden niet begeleid, laat staan gefinancierd, door adequate ondersteuning uit de AWBZ . Door de doelgroep zelf kan die ondersteuning in ieder geval niet worden betaald. Dat mogen gemeenten opknappen.
Wie heeft er financieel baat bij dat kwetsbare burgers zo lang mogelijk thuis kunnen wonen? Wie heeft er baat bij dat er minder zorg nodig is door de inzet van vrijwilligers en mantelzorgers? Wie heeft er baat bij dat zwaardere zorg of opname in een instelling wordt uitgesteld? De Rijksoverheid, de zorgverzekeraar of de burger die AWBZ-premie betaalt? Gaan zij nu de welzijnsorganisatie betalen, die met veel inzet, empathie en deskundigheid werkt aan versterking van de sociale infrastructuur, zodat kwetsbare burgers toch zelfstandig kunnen blijven?
De Boer en Van der Lans zien de bui al hangen en pleiten voor filantropen, fondsen en burgers die zelf opbouwwerkers in dienst gaan nemen. Om deze houtje-touwtje financieringswijze te legitimeren maken zij een karikatuur van het welzijnswerk: ‘Er worden nog steeds cursussen ver onder de kostprijs aangeboden. Waarom zou je daar dik subsidie voor uitgeven?’ Waar is de onderbouwing van deze kretologie? Het beeld blijft hangen dat de auteurs incidenten en uitzonderingen opblazen tot ongekende proporties.
Dezelfde ongenuanceerdheid zien we in de opmerking: ‘vijf tot twintig procent van de burgers kan niet zelf de regie voeren. Op die groep kwetsbare mensen, die complexe problemen hebben op meerdere levensgebieden, moet je sterk inzetten. De zorg voor hen kun je niet overlaten aan vrijwilligers.’
Als twintig procent van de burgers niet zelf regie kan voeren en complexe problemen zou hebben, dan is het met onze maatschappij wel heel beroerd gesteld. Maar los daarvan, om voor grote aantallen burgers alleen professionele hulp in te zetten, dat zou pas echt onbetaalbaar worden. Bij ‘sociaal kwetsbare’ burgers zijn vrijwilligers en mantelzorgers onmisbaar. Niet voor het vervangen van de zorg of het betaalbaar houden ervan, maar voor het contact en de persoonlijke ondersteuning. Voor welbevinden en participatie.
Voor De Boer en van der Lans zou een ‘verplicht’ werkbezoek aan Noord-Holland, waar 2300 vrijwilligers, samen met 30 WonenPlus consulenten, bijna 30.000 ouderen en mensen met beperkingen ondersteunen, heel leerzaam kunnen zijn.
Piet Groot, directeur van WonenPlus Noord-Holland
Ik sluit me graag aan bij de woorden van Petra,
30-06-2011.
Het draait in de hele maatschappij alleen nog maar om geld. De rijken worden rijker, de arme armer.
Europese landen die aan hun finacieële top zitten, maar ondertussen verdiend één enkele voetballer genoeg om veel mensen hun levensbehoefte te garanderen.
Maar ja, het gaat zo het gaat, zullen we het maar evolutie noemen.
Beste Loet en Nico,
Ik begrijp jullie reactie en zoals al geschreven dat er veranderingen plaats moeten vinden in de welzijnssector ben ik het geheel mee eens.
Wel het volgende:
klein instellingen, maar ook middelgrote hebben meestal geen tijd en/of de expertise om fondsen of andere financieringsbronnen een te schrijven, o.a. omdat er al een aantal jaren bezuinigd wordt en zeker in 2011, gevolg alle zeilen moeten we bij zetten om de klant toch zoveel mogelijk te bedienen.
By the way vanaf 1977 heb ik altijd met en voor de klant gewerkt, dit wilde de overheid (gemeente) niet, graag 1 aanspreekpersoon en wel de professional!
Over marktwerking gesproken: als ik de markt op had gewild, commercieel had willen werken, had ik echt niet voor de welzijnssector gekozen, immers wij verdienen t.o.v. dvan de markt zoveel minder geld. Bovendien gaat Loet niet in op mijn argument hoe het in de gezondheidszorg met de burger is gegaan. Wel ben ik het eens dat slecht funtionerende welzijnsorganisaties een halt toe geroepen dient te worden en wat dat achteroverleunen betreft: wat een vooroordeel: als ik mezelf en andere welzijnswerkers bekijk en vergelijk met mensen die in andee (commerciele)sectoren werk, werken wij veel in onze vrije tijd, onbelast, vanwege onze betrokkenheid, dus… lui, achteroverleunen, kom maar een keertje een maand of 2 meelopen met mij, wel erg makkelijk gedacht/geschreven.. Kun je dit onderbouwen met eigen ervaringen? Ben beneiuwd.
Als ondernemer in zorg en welzijn geef ik de volgende reactie.
Het essay van Nico en Jos heeft mijn sympathie! Het is niet zinvol om een oordeel te vellen over Woonzorg Plus in Noord-Holland. Hulde voor de vrijwilligers! Als inwoner van Noord-Holland Noord kan ik hoogstens vraagtekens plaatsen achter de bijdragen van de ambtelijke dienst- en hulpverleningsorganisaties waarmee wordt samengewerkt. Wordt daar daadwerkelijk iets vernieuwends van verwacht? Zullen deze organisaties na het lezen van het essay de burger ineens wel op het schild hijsen of blijven ze voor de centen gaan? Weten ze nog wie, naast de financier, hun klanten zijn? Misschien dat Piet Groot het essay ten aanzien van dat punt nogmaals kan lezen. Een Alkmaarse welzijnswerker verzuchtte in 2010: “We zitten er tegenaan, maar toch slagen we er niet in om de knop om te draaien en daardoor blijven resultaten uit.” Het essay van De Boer en Van der Lans probeert muren te slechten die verandering in de weg staan en bruggen te slaan die verbindingen tussen burgers (onderling) en professionals mogelijk maken. Het herstel van sociale verbanden tussen mensen en het opheffen van de (drie) verlegenheden waardoor een te grote groep aan haar lot wordt overgelaten. Ook door de professionals! De taaiheid van de materie is te ernstig om net te doen alsof het in Alkmaar al voor elkaar is. Ook in de ‘Kaasstad’ moet de knop nog omgezet worden.
Wie, ten slotte, ‘marktwerking’ als schuldige aanwijst, geeft er blijk van in de ‘weerstand geschoten’ te zijn. Het voordeel van marktwerking is bijvoorbeeld dat organisaties die er niets van bakken genadeloos op de uitblijvende resultaten worden afgerekend, waarna ze mogelijk failliet gaan. Dat risico blijft de welzijnsinstelling bespaard, ook al leunen ze jaar in jaar uit achterover.
Beste Lies,
Ik begrijp je frustraties, maar sociaal ondernemen is echt iets anders dan elkaar institutioneel verdringen rond het overheidsinfuus. Het is veeleer het verbinden van vermogens (ook in €) en noden van mensen, kwetsbare én weerbare. Soms met hulp van de overheid, maar het kan toch ook op andere manieren dan via de staat? Misschien moet of mag je ook wel op werkbezoek bij Piet Groot ;-).
Groet, N.
Beste Nico,
Sociaal ondernemen?!. Ik heb teveel mee gemaakt de aanbestedeing van gemeenten t.a.v. welzijnsdiensten. Ik kan je vertellen dat veel erg negatief, fout uitgepakt heeft, als bv
thuiszorginstellingen welzijndiensten krijgen toegewezen (goedkoper geweest) zoals bv ouderenadvisering, opbouwwerk, wat een expertise verlies. Moet de welzijnssector dan ook zorg/wijkverpleging gaan offereren? Wat blijft er dan over van de zinvolle broodnodig samenwrking en afstemmin: totaal arrangement als elkaars concurrent bent?
Zie de marktwerking in de gezondheidzorg hoe dit heeft uitgepakt: mensen met meer inkomen kunnen een hogere premie + aanvulling betalen, gevolg in de gezondheidszorg 1e en 2e klas burgers in deze is ontstaan (gechargeerd). Ook ik begrijp heus wel dat er zowel in de zorg als op gebeid van welzijn iets moet gebeuren, veranderd dien te worden en dat we hand in eigen boezem moeten steken, maar sociaal onderenmen…?
Beste Piet,
Dat werkbezoek hoeft niet ‘verplicht’. Met 30 coördinatoren en 2300 vrijwilligers zoveel kwetsbare burgers ondersteunen lijkt een mooi staaltje burgerkracht, dus ik kom graag vrijwillig bij je langs.
Graag leg ik je dan meteen nog eens uit dat we helemaal geen gouden bergen beloven als het welzijnswerk losser komt van de gemeente, wel meer ruimte om sociaal te ondernemen. En dat we in het essay met opzet het woord ‘subsidiejunk’ niet gebruiken. En dat we geen houtje-touwtje financiering hoeven te legitimeren omdat die er zonder ons ook wel komt.
Wat jammer dat je ons in je (soms heel zinnige) kritiek zoveel woorden in de mond legt die wij niet gebruiken: geen van je ‘citaten’ staat in ons essay. Ik voer liever een goed gesprek over wat er wel staat, zonder demonisering. Medio juli even bellen voor een afspraak?
Nico de Boer
Bovenstaand artikel zou ik zo geschreven kunnen hebben, dus ben ik het bijna volledig mee eens. Ben eveneens bekend met essay van de Boer en van der Lans. Als 30 jaar lange welzijnsweerker heb ik behoorlijk wat ervaring en expertise op het gebied van welzijnswerk en kwetsbare burgers met complexe problematiek.
De nodige golfbewegingen mee gemaakt in deze sector, veel expertise is daardoor verloren gegaan en moest weer opnieuw opgebouwd worden. Welzijnwerker zijn is wel een vak, net zo zoals ieder ander vak, dat niet zo maar door vrijwilligers en/of burgers ovbeer genomen kan worden (Veel opleidingen hiervoor gedaan). Laat onverlet dat inzet van vrijwilligers een groot goed is en erg belangrijk: we kunnen niet zonder hen. Mantelzorgers is een nader verhaal; dit is geen vrijwillige keuze!
Een opmerking bij bovenstaand verhaal:
ook al ben ik het ermee eens, dit betekent niet dat wij, de welzijnssector niet moeten anticiperen op ontwikkelingen, innoveren en erg belangrijk: heel goed en snel helderheid moeten verschaffen wat wij doen, waarom en effect hiervan met gevolg dat voor anderen helder is dat welzijn, welzijnswerkers een onmisbare factor in de samenleving is
Eerlijk gezegd gaat het er niet om of het goed gebeurt. Als het maar penningen oplevert zodat de rijken nog rijker worden. Hypotheekaftrek van meer dan een miljoen bijvoorbeeld. En mensen met dikke portemonnees kopen zelf wel betere hulp in.
Thuiszorg Viva laat het personeel onder dwang 20 tot 30% inleveren. Weiger je, dan volgt, zelfs na tientallen jaren trouwe dienst, zonder pardon ontslag. Nieuwe mensen worden voor een schijntje in dienst genomen. De klok wordt door dit kabinet met 100 jaar teruggedraaid. Rijk wordt snel rijker, arm steeds armer. Ook als je keihard werkt. Behoor je niet tot de academici met een netwerk, vergeet het dan maar.