Jeugdbeleid
Pleegkinderen helpen op te groeien in twee families
Entrea/Lindenhout, een Gelderse jeugdzorgaanbieder die verantwoordelijk is voor zo’n 1.100 pleegkinderen in zo’n 1.000 pleeggezinnen, heeft een kwalitatief onderzoek uitgevoerd naar hoe ouders, pleegouders en jeugdzorgwerkers pleegzorg de samenwerking tussen ouders en pleegouders hebben ervaren. Een literatuurstudie maakte onderdeel uit van het onderzoek. Er is een aantal situaties bestudeerd waarbij die samenwerking goed verliep. Wat waren hier de positief werkzame factoren? Daarnaast zijn ook gesprekken gevoerd met ouders, pleegouders en jeugdzorgwerkers over plaatsingen waarbij er veel conflicten waren. Wat waren de oorzaken van die conflicten?
Positionering van schaarse specialistische functies in het zorglandschap
Sinds 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor de zorg voor kinderen tot 18 jaar. De stelselwijziging is er onder andere op gericht dat kinderen (en hun ouders) sneller geholpen worden bij zorg- en ondersteuningsvragen, de zorg en ondersteuning zo veel mogelijk in de eigen leefomgeving van kinderen wordt geboden en zo veel mogelijk aansluit op de eigen situatie van een kind/gezin. Het is nu 2018. De transformatie is volop gaande. De jeugdhulpbranches hebben overeenstemming bereikt over de inrichting van het zorglandschap. De auteurs maken zich echter grote zorgen over de uitwerking die de decentralisatie heeft op zeer specialistische schaarse functies en landelijke centra: het voortbestaan van deze functies en centra binnen de jeugdhulp is in het geding. In dit manifest worden voorstellen gedaan vanuit de praktijk aan gemeenten en bewindspersonen die verantwoordelijk zijn voor het stelsel, om de transformatie ten aanzien van deze functies en centra succesvol af te ronden.
Vooraf
Per 1 oktober 2016 is de eerste evaluatie van de Jeugdwet gestart, goed anderhalf jaar nadat de Jeugdwet in werking was getreden. De evaluatie is gericht op het maken van een goede tussenbalans. Dat dit niet zomaar een evaluatie is, blijkt wel uit de samenstelling van de onderzoekers.
Hoop op een gewoon leven voor kinderen die het niet getroffen hebben
De documentaire Alicia heeft heel wat losgemaakt. De transitie heeft blijkbaar een aantal ouderroutes in de jeugdzorg nog niet verbeterd. Peer van de Helm, lector aan de Hogeschool Leiden, vat zijn lectorale rede van november 2017 samen in dit artikel. Hij noemt daarin drie weeffouten in het jeugdstelsel: 1. het gemis aan focus op intergenerationele problematiek, 2. de verkokerde, weinig samenhangende behandelvisie en werkwijze en lineair denken in de jeugdhulp, en 3. de huidige organisatie van de jeugdzorg, gekoppeld aan de financiering. Met wat politieke wil is volgens de auteur aan al deze drie zaken wat te doen als de inhoud (huidige wetenschappelijke kennis) en het doel (geen kinderen meer uitsluiten en verloren laten gaan) boven het kortetermijndenken, de ideologie, de bestaande structuren en het geld worden gesteld.
Tucht, toezicht en kwaliteit jeugdbescherming
De regering deed met de Jeugdwet de belofte de regeldruk voor professionals serieus terug te dringen. Daarvoor is echter een fundamentele verandering nodig die moet uitgaan van een holistische professionele praktijk. Daarvoor moet zowel de segmentering als de standaardisering worden opgeheven. De situaties waarin de jeugdbeschermers adequaat moeten handelen wordt gekenmerkt door variatie, onvoorspelbaarheid en meerduidigheid. Verantwoording en toezicht moeten aansluiten bij dit open karakter van het werk. Jeugdbescherming wordt gezien als een publieke verantwoordelijkheid. Maar er is zoveel opgetuigd rond de certificering, dat dit heeft geleid tot een ingewikkeld, duur en ondoorzichtig systeem. Jeugdbeschermers krijgen de ruimte niet doordat ze aan standaardrichtlijnen moeten voldoen. Jeugdbeschermers zouden zelf de ruimte moeten nemen door hun werk anders te gaan doen. Dan kunnen de gemeenten en de rijksoverheid niet aan de zijlijn blijven staan. Deze beweging moet worden vertaald in een verbetering van het systeem, dat zelf een deel van het probleem is geworden in plaats van een deel van de oplossing.
De Jeugdwet in IJsland
In IJsland gaat de Jeugdwet van 2007 niet in de eerste plaats over jeugdzorg, zoals in Nederland. Zoals in alle Scandinavische landen gaat de meeste aandacht van het jeugdbeleid uit naar participatie van jeugdigen in hun vrije tijd. In IJsland ligt de focus van het jeugdbeleid dus op vrijetijdsactiviteiten van kinderen en jongeren. De ministeries van Onderwijs en van Cultuur in IJsland beschouwen dit als ‘actief jeugd- en jongerenwerk’. De gemeenten bieden een breed aanbod van activiteiten aan voor alle kinderen en jongeren.
Fight the power
Dit tijdschrift kent een opinie-estafette. Elk nummer krijgt iemand de gelegenheid om haar of zijn mening kenbaar te maken over het Nederlandse jeugdbeleid. De auteur bepaalt aan wie het stokje wordt doorgegeven, de redactie heeft daar geen invloed op. Op deze manier stelt het tijdschrift zijn pagina’s beschikbaar voor onverwachtse invalshoeken en verrassende argumenten. Lian Smits geeft in het volgende nummer het stokje door aan Ariëlle de Ruijter, directeur-bestuurder van het samenwerkingsverband Passend Voortgezet Onderwijs in Amsterdam.