Door Ephraïm Patty – ‘Ik kan geen inschatting geven van de huidige radicalisering in Nederland’, vertelt Cheppih. Hij vindt het een breed begrip. ‘Heb je het over radicalisme waarbij je vanuit een bepaalde ideologie de staat wil ondermijnen, dan kun je stellen dat het weinig voorkomt. Maar het is er wel.’

AEL
Cheppih werd vooral bekend toen hij zich op zijn zesentwintigste als kandidaat opwierp voor het voorzitterschap van de Nederlandse tak van de AEL. ‘De AEL gaf mij het idee dat ik meer uit de gemeenschap kon halen.’ Critici beschouwden de politieke beweging echter als polariserend en opruiend.

Ook werden er vragen gesteld naar aanleiding van eventuele banden met radicaliserende groeperingen. ‘Ik had vroeger niet echt het gevoel dat ik hier thuishoorde’, vertelt Cheppih over die periode. ‘De AEL gaf me toen het idee dat er meer uit de gemeenschap kon worden gehaald.’

Vorming
Inmiddels is Cheppih bezig met het deradicaliseren van moslimjongeren. ‘Maar ik kan niet spreken van een plotseling keerpunt in mijn leven. Ik besefte me op een gegeven moment dat dit wél mijn land is en dat ik ook het recht heb om hier te zijn. Maar daarbij moet je natuurlijk ook je verantwoordelijkheid nemen.’

Over zijn tijd bij de AEL is hij kort en duidelijk. ‘Ik heb er geen spijt van. Het heeft me gevormd tot wat ik nu ben. Ik heb mezelf ook nooit als radicaal gezien en als iemand me zo wel benoemt, dan zegt dat meer over die persoon dan over mij.’

Workshop
Samen met Habib el Kaddouri van het Samenwerkingsverband Marokkanen in Nederland geeft Cheppih tijdens het congres Radicaal Jong een workshop. ‘We gaan in op de training en methodiek van onze empowermenttraining. Die hebben we ontwikkeld om radicalisering voor te zijn, het gaat dus over de preventieve fase.’ Hiermee willen ze de weerbaarheid van moslimjongeren versterken, legt hij uit.

Omgang
‘Welzijnswerkers, jongerenwerkers en andere sociale professionals hebben vaak moeite om op een juiste manier met moslimjongeren om te gaan’, zegt Cheppih. ‘En dat is toch wel een belangrijk punt waar we het in onze workshop over gaan hebben.’ Hij vindt het eng om te zien dat het verschil tussen religieuze orthodoxie en radicalisme niet wordt herkend. ‘Daarom is het dan ook belangrijk om met elkaar in gesprek te gaan.’