Het is zeker niet de eerste keer dat voor deze oplossing wordt geopperd. Brancheorganisatie ActiZ en vakbonden NU’91 en CNV Publieke Zaak pleitten eerder dit jaar ook al voor het gebruik van dienstencheques. Ze hadden zelfs al een plan klaarliggen waarmee 20.000 thuiszorgsters hun werk konden behouden en cliënten hun – huishoudelijke – zorg konden behouden.

Minder bescherming

‘Alfahulpen vallen onder de ‘regeling dienstverlening aan huis’ en kennen minder rechten en bescherming dan reguliere werknemers’ schrijft Van der Eerden in een opiniestuk in de Volkskrant. Ze laat zien hoe het mogelijk is geweest dat door overheidsbeleid in 2007 sprake was van een verdubbeling van het aantal alfahulpen en hoe dat door de WMO-wijziging in 2009 weer met 8 duizend afnam. In haar opiniestuk kijkt ze met zorgen vooruit op het wetsvoorstel WMO 2015.

Zwarte circuit

De commissie Kalsbeek maakte dit jaar bekend dat het niet meer mogelijk mag zijn om publiek gefinancierde hulp in te huren onder de regeling ‘dienstverlening aan huis’. Als dit advies na de zomer wordt overgenomen, dan betekent dat het einde van de alfahulp. ‘Huishoudelijke hulpverleners kunnen dan niet meer worden ingehuurd zonder fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden en daar is CNV Publieke Zaak een grote voorstander van’ schrijft Van der Eerden. ‘Maar als er vervolgens geen maatregelen worden genomen, verdwijnen veel werknemers in het zwarte circuit.’ Met een dienstencheque kan dit voorkomen worden.

Arbeidsvoorwaarden

Van der Eeerden ziet voor zich dat de gemeenten vanuit de WMO en het Rijk bijdraagt aan de dienstencheques. Daarmee kan vervolgens alleen zorg worden geleverd door aanbieders die door de gemeenten zijn gecontracteerd. ‘Hulpverleners zijn daarmee zeker van fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden’ schrijft Van der Eeerden. Zij denkt ook dat er nog genoeg tijd is om een dergelijk initiatief uit te werken.