‘Er zijn nog geen verontrustende berichten binnen gekomen over huiselijk geweld, zegt de politie in de media. Dan gaan bij mij alle alarmbellen rinkelen. Die berichten krijg je ook niet binnen, want geweld, misbruik en verwaarlozing blijft binnenshuis, zeker nu. Je bent tot elkaar veroordeeld.’ Iene Noorlander is ervaringsdeskundige en ambulant begeleider van kinderen en jongvolwassenen met trauma en psychische problemen. ‘Mijn dringende advies is: Ga op bezoek en haal kinderen voor een adempauze kortdurend uit het gezin.’
Trauma
Iene Noorlander (63) was maatschappelijk werker bij de Raad voor de Kinderbescherming toen haar misbruikverleden haar inhaalde. Ze heeft jarenlang nodig gehad om haar trauma onder controle te krijgen, maar het lukte. Ze werkt nu als individueel begeleider, geeft voorlichting aan professionals en zet zich in voor de Stichting praat over kindermishandeling.
Geweld in huis
‘Wat mij als kind heeft gered’, zegt Noorlander over haar misbruikverleden, ‘waren de momenten dat ik uit huis was. Dat je naar school gaat of bij een vriendin logeert. Dat zijn de adempauzes voor een kind dat met geweld wordt geconfronteerd. Als je in huis zit waar het geweld plaatsvindt, dan ga je als kind in een overlevingsstand. Je zorgt ervoor dat je uit de realiteit treedt, omdat je het trauma dan niet bewust meemaakt. Tegelijk verlies je steeds meer jezelf.’
Contact houden
Daarom is het zo belangrijk dat juist deze kinderen regelmatig uit huis komen, zegt Noorlander. Zeker in deze crisistijd. ‘Contact houden met het kind en met het gezin is van levensbelang. En dan is beeldbellen niet de oplossing. Zorg dat je als hulpverlener een adempauze kunt creëren voor kinderen die thuis in de knel zitten. Er zijn scholen die open zijn, dagopvang, ga wandelen met het kind, verzin iets. Ga eerst naar de ouders, die moeten meewerken aan opvang buitenshuis. Een telefoontje werkt niet, dan krijg je geen vertrouwen en je ziet niet wat er met je cliënt gebeurt.’
Goed plan
Een kind uit huis plaatsen is in deze coronacrisis geen goed idee, vindt Noorlander. ‘Tenzij er sprake is van een levensbedreigende situatie. Als je een kind uit huis wilt halen moet je een goed plan hebben voor waar zo’n kind dan langdurig terecht kan. Een kind van het ene gezin naar het andere gezin sleuren, of in weer een nieuwe instelling plaatsen, is desastreus voor de ontwikkeling van het kind. Voor het kind is zo’n afschuwelijke gezinssituatie thuis ook “normaal”. Dan kun je het maar beter een paar weken langer in het gezin houden zo lang er geen acuut gevaar is.’
Fysiek contact houden
Het grootste belang op dit moment is, zegt Noorlander, om fysiek contact te houden met gezinnen waar geweld, misbruik en verwaarlozing sluimert en daadwerkelijk aan de orde is. ‘Als je het kind ontmoet, elkaar in de ogen kijkt, dan zie meestal wel al wat er aan de hand is. We zijn natuurlijk niet voor niks al in contact met deze gezinnen. Als we achter de computer en de telefoon blijven zitten dan komen we er over een paar maanden pas achter wat er verschrikkelijk mis is gegaan in deze gezinnen. Ga met collega ‘s aan tafel zitten en bespreek wat je kunt doen. Het is cruciaal dat we nu iets doen, desnoods gaan we langs met mondkapje en handschoenen aan.’
Privacyregels
Kinderen die thuis in de knel zitten kunnen ook worden beschermd door acties van school, van tantes, buren, mensen met wie het kind eerder al contact had. Noorlander: ‘Als hulpverlener weet je wie in het sociaal netwerk van het kind zitten, gebruik dat. Je mag als professional geen contact opnemen met derden zonder toestemming van de ouders, vanwege privacyregels. Maar ik denk dat wij in deze coronacrisistijd de veiligheid van het kind voorop moeten stellen.’