‘Hoe je het ook wendt of keert, uiteindelijk hebben de jeugdbeschermers door de coronacrisis minder zicht op de veiligheid van kinderen’, aldus Meuwissen. ‘Ze hebben contact via Whatsapp of beeldbellen, maar ze missen de oren en ogen die ze normaal gesproken hebben wanneer ze op huisbezoek gaan. Ze maken een inschatting op basis van een deel van het plaatje. Tot nu toe gaat dat nog goed, maar we beseffen dat de coronacrisis in veel gezinnen zijn tol eist. Het ligt ook voor de hand dat de spanning oploopt wanneer je drie weken thuis op elkaars lip moet zitten. Als de situatie echt zorgwekkend is, gaan we uiteraard beschermd op huisbezoek. Ik houd mijn hart vast voor de komende weken.’
Lucht
Hoe zit dat bij kinderen die uit huis geplaatst zijn en in een leefgroep van een jeugdzorginstelling verblijven? Bij Sterk Huis in Tilburg waar zo’n 250 kinderen, jongeren, vrouwen en mannen wonen, moest er snel geschakeld worden toen op 16 maart de scholen dichtgingen. In allerijl werd een programma met sport, huiswerk en creatieve activiteiten opgetuigd, zodat er zonder school toch structuur in de dagen kon worden aangebracht. ‘Dat gaf lucht, maar voegde ook veel moois toe. We zagen kinderen hun grenzen verleggen’, aldus Karlien van Eijck, coördinator van de Steeds Sterker Academie van Sterk Huis.
Sportinstructeurs
Inmiddels gaan bijna alle kinderen en pubers weer naar school, maar het aanbod van extra activiteiten blijft intact. ‘Medewerkers die normaal gesproken op de Steeds Sterker Academie trainingen geven, helpen mee bij de begeleiding van de activiteiten. Zoals schilderen, kleien, T-shirts bedrukken of graffiti ’s maken. En deze week zijn kinderen buiten in de moestuin aan het werk geweest. Ook sporten gebeurt buiten. Via de gemeente Tilburg komen dagelijks twee sportinstructeurs. Zij introduceren met veel enthousiasme allerlei nieuwe sporten en ze nemen materialen mee die wij hier niet hebben, crossfietsen bijvoorbeeld. Er gaat echt een wereld open voor veel kinderen. Ze kunnen van alles uitproberen en dat slaat aan.’
Enthousiasme
Van Eijck en haar collega’s zien dat het helend, bijna therapeutisch werkt om de kinderen en jongeren dagelijks te laten sporten en creatief bezig te laten zijn. ‘We gaan kijken hoe we dit na de coronacrisis blijvend kunnen aanbieden in het reguliere dagprogramma. Het is van grote meerwaarde. Normaal gesproken krijgen kinderen alleen creatieve activiteiten aangeboden als onderdeel van een behandeling. En sport bieden we eigenlijk niet aan, daarvoor hebben we de faciliteiten en materialen niet. Daarom is het zo geweldig dat hier nu dagelijks twee sportinstructeurs komen. Hun enthousiasme werkt aanstekelijk. Onze tieners doen gemotiveerd mee en staan fanatiek te badmintonnen. Dat hadden we nooit verwacht.’
Spanningen
Ondanks alle positieve ontwikkelingen, zorgt de coronacrisis ook voor moeilijkheden bij dezelfde jongeren. Zij kunnen geen bezoek ontvangen of in het weekend bij hun ouders op bezoek gaan. Dat wringt en zorgt voor spanningen. Van Eijck: ‘Sommigen proberen weg te lopen of spreken tóch af met hun vrienden. We blijven ze aanspreken op hun verantwoordelijkheid, maar lang niet elke jongere is daar gevoelig voor. En uiteindelijk zijn we geen gesloten instelling.’
Verveling
Jeugdbeschermer Machteld van Rooij, werkzaam bij Jeugdzorg Brabant, merkt ook dat de onzekerheid bij sommige kinderen en jongeren parten begint te spelen en dat de verveling toeslaat. Met name de kinderen en jongeren die uit huis geplaatst zijn en vanwege corona niet meer in het weekend naar huis mogen. ‘Ze voelen zich nog meer in hun vrijheid beknot en moeten nu ook het fysieke contact met hun ouders missen. Dat maakt hen verdrietig en boos.’ Haar indruk is dat “thuisblijven” voor kinderen in het begin nog als een soort vakantie voelde, terwijl ze nu vaker hoort dat kinderen het er moeilijk mee hebben. ‘Alle dagen lijken op elkaar, veel kinderen en jongeren vullen de dagen met gamen en netflixen.’ Desondanks ziet de (gezins)voogd dat de huidige omstandigheden voor sommige kinderen ook juist positief uitpakken. ‘Zoals de jongen die afgelopen weken in een gezinshuis werd geplaatst. Doordat alle druk van school weg was gevallen kon hij al z’n aandacht op zijn nieuwe thuis richten. “Ik ga hier echt mijn draai vinden”, zei hij tegen mij.’
Hoe ons werk doen?
Van Rooij benadrukt dat de inhoud van haar werk niet verandert. Coronacrisis of niet: er blijven gewoon nieuwe kinderen komen waarvoor een plek moet worden gevonden bij een pleeggezin of een instelling. ‘We vragen ons vooral af hoe we ons werk goed kunnen blijven doen, ondanks de maatregelen. Alles wat geen spoed heeft, wordt uitgesteld en dat zorgt wel voor onrust bij jeugdbeschermers. Daar hebben we het ook over. Onze interne overleggen gaan – digitaal – gewoon door en we sparren veel met elkaar. Dat hebben we nodig om scherp te kunnen blijven en ervaringen te kunnen delen.’