Marijke Booijink vertelt dat de criteria om een methode opgenomen te krijgen in de databank nog bescheiden zijn. ‘Het moet wel echt om een methode gaan, dat wil zeggen de systematische werkwijze naar een bepaald doel. Daarnaast moet er een handboek bestaan, zodat de informatie overdraagbaar is en anderen er ook mee aan de slag kunnen.’ Bovendien moet een methode minimaal twee jaar hebben bestaan bij tenminste twee instellingen.
Overzicht
Per methode biedt de databank een overzicht van alle beschikbare informatie: de methode zelf, de onderbouwing met wetenschappelijk onderzoek, de praktijkervaringen van professionals en zo mogelijk ook effectonderzoek rondom de methodiek. ‘Deze informatie was tot nog toe heel versnipperd, en die brengen we nu
in een databank samen, zodat professionals een weloverwogen keuze
kunnen maken uit methoden.’
Kennisfundament
Het projectteam van Booijink beoordeelt of een methode aan alle criteria voldoet. ‘De drempel is nog niet zo hoog, omdat we op de eerste plaats een kennisfundament voor de sociale sector willen aanleggen. We willen per methode alle beschikbare informatie bij elkaar brengen en de sterke en zwakke kanten belichten. Door de witte plekken zichtbaar te maken willen we bijvoorbeeld effectonderzoek stimuleren en zo aanzet geven tot kwaliteitsverbetering.’
Beter in Meedoen
Op dit moment omvat de databank twintig methoden en dit jaar zijn er nog twintig in voorbereiding. Het project is onderdeel van het programma ‘Beter in Meedoen’ dat tot doel heeft de kwaliteit van de uitvoering binnen de Wmo te verbeteren. Door nauwe samenwerking met brancheorganisatie MOgroep en directeurenvereniging Verdiwel wil MOVISIE de bruikbaarheid van de databank vergroten, vertelt Booijink. ‘Via regionale samenwerkingsverbanden kijken we bijvoorbeeld met welzijnsorganisaties welke methoden zij nog aan de databank kunnen toevoegen. Ook worden in deze groepen methoden geëvalueerd.’
Evidence based
Over de behoefte aan ‘evidence based’ methodieken is nog een stevige discussie gaande, schetst Booijink. ‘Wij geven informatie over methoden en wanneer deze werkzaam zijn. In het veld leeft wel angst dat een databank als deze ook betekent dat professionals bepaalde methoden moeten toepassen. Die discussie leeft en daarover zijn we ook in gesprek met het ministerie van VWS.’
Niet dwingend
Marijke Booijink benadrukt dat de databank niet bedoeld is om methodieken dwingend voor te schrijven. ‘Het blijft aan de professional om te kiezen welke methode in welke situatie het meest geschikt is. Methoden kun je nooit van buitenaf opleggen, maar die moeten altijd een professionele afweging blijven. Met deze databank willen we professionals helpen hun afwegingen bewuster te maken.’
Meer nieuws in uw inbox? Klik hier voor de gratis Zorg + Welzijn Nieuwsbrief. Voor meer achtergronden en opinies, neem hier een abonnement op Zorg + Welzijn Magazine.
Bron: Foto: MOVISIE