Het welzijnswerk vindt zichzelf opnieuw uit, zo blijkt tijdens een debat over de Toekomstagenda van het Sociaal Werk op 14 oktober. ‘Welzijnswerkers zijn ook maar mensen. Ook zij zitten vast in oude gewoontes’, zegt Crista Vonkeman, voorzitter van Verdiwel en debatleider. ‘De eerste stelling is daarom: “Welzijn en zorg hebben een grote cultuurverandering nodig”.’
Scootmobiel
Willem Draaisma, directeur van welzijnsorganisatie Participe in Alphen aan den Rijn, is kritisch. De komst van de Wmo heeft de participatie van kwetsbare groepen nauwelijks doen toenemen, vertelt hij. ‘In de Wmo-zorg gaat 5 miljard euro om, waarvan 2 miljard in verstrekkingen en 3 miljard in welzijn. Er ontbreekt een relatie tussen die twee. Het is nog te vaak alleen: “wie het nodig heeft, krijgt een scootmobiel.” ‘
Mis
‘Dat vanzelfsprekende beleid van: “Overheid, ik heb iets, wat krijg ik nu?”, zou ik graag doorbreken’, zegt PvdA-Tweedekamderlid Agnes Wolbert. ‘Het is belangrijk om mensen op hun eigen kracht aan te spreken. Daarvoor moet je op lokaal niveau mensen kennen en gekend worden. Als je denkt dat je het als gemeente goed hebt geregeld met een loket en een verwijsfunctie, dan heb je het mis. Je moet ook huisbezoeken afleggen, doorvragen en de Wet werk en bijstand koppelen aan de Wmo. Gemeenten als Groningen, Rotterdam en Helmond doen dat heel goed.’ Draaisma (Participe) vindt dat ook meer moet worden gekeken naar het informele netwerk. ‘Ik ken weinig welzijnsorganisaties die zich daarmee bemoeien. We moeten bruggen slaan tussen sectoren en niet allemaal vanaf een eilandje blijven werken.’
Ergernis
De stelling ‘Zorg voor welzijn op recept!’ leidt tot enige ergernis. Guido Walraven, lector Dynamiek van de grote stad bij Hogeschool INHolland in Rotterdam: ‘Dat is toch wel een enorme open deur. We zijn al jaren bezig om tot maatwerk te komen. Waarom is dat niet gelukt?’ De lector zegt zich zorgen te maken over het gebrek aan analyse van wat het werkveld de laatste 25 jaar al dan niet heeft bereikt. ‘Ik pleit voor meer onderzoek, anders blijven we de komende decennia dezelfde fouten maken.’
Agnes Wolbert plaatst wat dat aangaat vraagtekens bij de effectiviteit van ketensamenwerking. ‘Er gaat veel tijd zitten in overleggen en vergaderingen, maar als je nagaat wat dat de klant oplevert, valt dat erg tegen.’
Nul komma nul
Er wordt al jaren gediscussieerd over het nieuwe welzijn. ‘Maar er is nul komma nul draagvlak bij de mensen om wie het gaat. Wat moeten professionals doen, waarvoor hebben we ze nodig?’ Volgens Theo Roes, voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Maatschappelijk Werk (NVMW) zijn er goede praktijken nodig. ‘Analyseer die, ga na waarom ze goed zijn. En of de gemeente dat vindt, of de klant. Bevraag goede voorbeelden en vertaal die naar je eigen organisatie. Een nieuwe cultuur moet zo van onderaf groeien, vanuit de sector zelf.’ Maar juist moeilijk kwetsbare groepen weten we kennelijk moeilijk te bereiken, constateert Draaisma. Wolbert is daar oprecht verbaast over. ‘Als welzijn vanaf nu moet gaan over kwetsbare groepen, waar het ging het dan voorheen over?’
Opleiding
De volgende stelling is ‘Welzijn Nieuwe Stijl, of beter, modern sociaal werk vereist breed opgeleide beroepskrachten’. Guido Walraven (lector) vertelt dat in Rotterdam is gekeken wat nu de ideale jongerenwerker is. ‘Dat moet vooral een reflective practitioner zijn, die zichzelf en zijn aanpak voortdurend evalueert en daar zijn werkwijze op aanpast. Er zijn dus mensen nodig die de capaciteit hebben om zich te blijven ontwikkelen. Volgens Roes (NVMW) is het goed om breed op te leiden en kennis en competenties mee te geven waar studenten hun hele leven plezier van hebben. ‘Dus niet te specialistisch. Laat ze niet in een fuik zwemmen. Daardoor kunnen ze uitgekeken raken op hun werk. Het idee moet zijn: leer te leren.’
Niet meer doen
‘Welzijn moet echt maatschappelijk gaan ondernemen om het nieuwe kabinetsbeleid te kunnen overleven’, zo luidt de laatste stelling van het debat. Aly van Beek, branchedirecteur van de MOgroep Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening (WMD): ‘We zijn volop bezig met een veranderslag. Welzijn Nieuwe Stijl moet verbonden zijn aan hedendaagse maatschappelijke vraagstukken. Je moet duidelijk maken wat je daarin kunt betekenen. En soms ook kiezen om bepaalde zaken niet meer te doen.’ Volgens Roes (NVMW) kunnen aanbestedingsprocedures daarbij schadelijk zijn voor de kwaliteit van het werk. Wolbert (PvdA) vindt dat als gemeenten het welzijnswerk afrekenen op productie, dit tot armoede leidt. ‘We moeten echt van productiedenken naar denken in termen van kwaliteit en outcome. Ga alsjeblieft niet mee in dat rare bedrijfsmatige denken.’
Meer nieuws in uw inbox? Klik hier voor de gratis Zorg + Welzijn Nieuwsbrief. Voor meer achtergronden en opinies, neem hier een abonnement op Zorg + Welzijn Magazine.
Voorop gesteld dat Welzijn aan de hulpverlening vooraf gaat, dus dat mensen in beeld zijn op het moment dat er signalen in een vroeg stadium opgepikt worden. Mijn werkwijze is dat ik het durf om mensen te raken, naast hun ga staan en samen aan de slag ga om te kijken waar de kracht van die persoon ligt welke dan uit de verf kan komen. Soms is het dan nodig om de romp slomp waar de mensen mee te maken hebben eerst weggewerkt wordt en daar zoek ik samenwerkingspartners voor op. Als er dan rust in het hoofd is van deze mensen kijken we wat er verder nog kan. Niets moet. Ik werk met hen dicht bij huis, op hun niveau, in hun beschikbare tijd.
Maar “doe wat je zegt en zeg wat je doet”. Een oude bekende maar alleen dan kan je op gelijkwaardig niveau samen aan de slag.
Durf jezelf in te zetten, mensen te raken en te doen wat nodig is.
Inmiddels is wel duidelijk dat “welzijn” bij
ons nederlanders cultuurgebonden is.
Gelet op de veelvoud aan werkelijke en legitieme probleemstellingen in een tijd waarin we dit niet kunnen permiteren is de oplossingsrichting nu wel zeer eenvoudig geworden.
En daar kiest onze regering nu dan ook voor;
sterk bezuinigen dus.
Slim en logisch toch?
Cultuur is immers omgevingsafhankelijk.
Na een aantal forse bezuinigingen ontstaat vanzelf een nieuwe cultuur. De huidige inzichten kunnen dan snel omgezet worden in voortdurend vernieuwend praktisch beleid.
En wat we eigenlijk allemaal wel willen;
terug naar je eigen roots is dan weer
dichterbij dan ooit.
Uit eigen ervaring op microniveau,
een familiaire mantelzorger
Wat het nieuwe welzijn?
Beleidsmakers en bestuurders wees bescheiden en kijk naar de mensen die je wilt bereiken!
wil je mensen in achterstand situaties willen bereiken dan is het opbouwen van een vertrouwensband noodzakelijk. Een kenmerk van mensen in achterstandposities is hun wantrouwen tegen hulpverlenende instanties. En ondanks dat lukt het hulpverlenrs toch om een vertrouwensband op te bouwen en vandaar uit hulp te bieden.
Ik denk dat hoe harder er aan mensen in achterstandposities getrokken wordt, hoe groter hun wantrauwen en des te meer laten zij zich schijnbaar helpen, om de hulverlening te lozen.