De reportage in het actualiteitenprogramma ging over dorpsondersteuners in het Noord-Brabantse Gemert. In de reportage werd onterecht de suggestie gewekt dat ‘amateuristische, willekeurige buurvrouwtjes’ de toegang tot de jeugdzorg bepalen in die gemeente, vindt Van Beek. Een ‘handig geplaatste quote’ van de wethouder geeft de indruk dat de dorpsondersteuners de eerste aanspreekpunten zijn voor bewoners die een probleem hebben.

Dorpsondersteuner

In werkelijkheid zijn de dorpsondersteuners gericht op het brede sociale domein en zijn hun taken divers, legt de directeur uit. ‘De Dorpsondersteuners zijn een eerste aanspreekpunt als je iets wilt melden of vragen. Ze hebben kennis van informele en formele organisaties en verbinden partijen met elkaar. Ze werken samen met de sociaal werker, wijkverpleegkundige, huisarts, jeugdzorg, en het CJG. Veelal via projecten in samenwerking met de gemeente, buurtschool, maatschappelijk werk. En dat werkt.’ Onder andere in Friesland met de zogenaamde Mienskipsoarch en Meitinkers.

Helpen

De dorpsondersteuner is bovendien niet de enige mogelijke persoon die signaleert en de weg naar jeugdhulp weet te vinden. ‘CJG’s, huisartsen, onderwijzers, peuterleidsters, jongerenwerker èn de buurvrouw doen dat ook’, aldus Van Beek. Ook de gemeente Gemert vindt dat Nieuwsuur het fenomeen dorpsondersteuner niet volledig heeft belicht. ‘De dorpsondersteuners helpen bij verheldering van vragen en de juiste weg naar hulp. Zij voeren zelf géén hulpverlening uit en vormen niet de toegang tot jeugdhulp.’

Drie kwart van de jeugdzorgorganisaties heeft nog steeds geen afspraken met gemeenten over voortzetting van de zorg voor kinderen na 1 januari 2015. De transitiecommissie Stelselherziening Jeugd luidt de noodklok: ‘In de komende weken moet er topoverleg zijn over oplossingen voor de jeugdzorg.’Lees meer >>