Uit de Nivel-studie kwamen 27 zogenoemde ‘determinanten’- ofwel factoren – die invloed hebben op de zorgrelatie tussen cliënt en professional. De meest genoemde factoren die de relatie met de cliënt bepalen, volgens de onderzoekers: ‘De professional focust op de behoeften van de individuele cliënt, de professional moedigt de cliënt aan op wat de cliënt kan, niet op wat hij niet kan. En ook: een open, niet veroordelende houding tegenover de cliënt, gelijkwaardigheid en een balans tussen nabijheid en professionele afstand.’
Professionele grens
Om maar met de balans te beginnen: hoe vind je die balans en waar stel je de professionele grens? ‘Een grijs gebied’, stelt Nivel-onderzoeker Nanne Bos, ‘Het gaat om vertrouwdheid en om in hoeverre je jezelf open stelt. Dat is voor elke professional verschillend en dat is ook voor cliënten verschillend. Uit interviews met cliënten blijkt dat sommige mensen het prettig vinden als professionals meer taakgericht zijn. Eveneens blijkt dat de persoonlijke nabijheid van professionals aan veel cliënten ook het gevoel geeft dat ze ergens onderdeel van uitmaken en dat het gevoelens van eenzaamheid tegen gaat.’
Zorgrelatie
Uiteraard is het belangrijk dat er een klik is tussen de professional en zijn cliënt als die langdurig wordt verzorgd. ‘Die “klik” is heel subjectief’, zegt Nanne Bos, ‘en niet persé maatgevend. Een zorgrelatie wordt opgebouwd uit meerdere factoren, waar de “klik” ook bij hoort. Maar wat een zorgrelatie goed of slecht maakt hangt niet van één factor af. Het gesprek met de cliënt is belangrijk om te weten wat voor een cliënt belangrijk is. Een zorgrelatie is individueel en dynamisch. Zij verschilt per persoon en kan veranderen tijdens de ontwikkeling van de zorg. Juist daarom hebben wij gekeken naar alle factoren die zo’n zorgrelatie kunnen meten.’
Afhankelijkheid
Een intrinsieke factor in het gesprek met de cliënt over de zorg is de afhankelijkheid. ‘De positie van een cliënt in een langdurige zorgrelatie wordt gekenmerkt door afhankelijkheid,’ zegt Aukelien Scheffelaar, die het Nivel-onderzoek mede uitvoerde. ‘Daarom is het voor professionals zo belangrijk dat ze zich steeds afvragen: luister ik goed naar mijn cliënt, ga ik respectvol om met de wensen van mijn cliënt, ben ik goed te bereiken?’ In een goede zorgrelatie is ook een rol weggelegd voor de cliënt. ‘Die moet ook aangeven wat hij of zij vindt van de gegeven zorg. En hij moet zich vrij voelen daarover te spreken’, aldus Scheffelaar.
Ondersteunen in de keuzes
Professional en cliënt hebben een goede zorgrelatie als die relatie – hoe kan het anders – gelijkwaardig is. Wat is nodig om die gelijkwaardigheid te bereiken? Nanne Bos: ‘De professional moet zijn cliënt ondersteunen in de keuzes die hij of zij maakt. Door informatie te geven over de mogelijkheden die er zijn. Verder moeten professionals oog hebben voor de ervaringen die cliënten zelf hebben met eerdere zorg. Als bijvoorbeeld een cliënt met een verstandelijke beperking een nieuwe persoonlijk begeleider krijgt, dan is het belangrijk dat de nieuwe professional de cliënt leert kennen door te luisteren naar de wensen van de cliënt en hoe de cliënt met zijn eerdere begeleider werkte en wat goed en niet goed ging.’
Reflectief vermogen
Wat kan er verbeteren aan de manier waarop professionals omgaan met de cliënt? ‘Het reflectieve vermogen’, zegt Aukelien Scheffelaar, ‘je steeds afvragen: “waar moet ik nog aan werken, wat kan ik nog verder leren?”. Dat is niet zozeer een kwestie van tijd ervoor vrij maken, maar een werkwijze die professionals zich eigen kunnen maken. Door er telkens bewust van te zijn wat er in het voorgaande gesprek met je cliënt is gebeurd.’