In slechts 25 procent van de gemeenten verandert er voor bestaande cliënten niets in 2015. Maar de meeste gemeenten schrappen in het aantal uren voor huishoudelijke hulp. Een kwart van de gemeenten houdt er helemaal mee op en laat de schoonmaak voor hulpbehoevende mensen over aan ‘de markt’. Dat blijkt uit een inventarisatie van Binnenlands Bestuur, dat 148 van de 309 gemeenten ondervroeg naar hun beleid voor huishoudelijke hulp.
Het zomaar stopzetten of versoberen van de huishoudelijke hulp is in strijd met de wet, maar veel gemeenten doet dit toch. Zij gaan onzorgvuldig te werk, stelt directeur Illya Soffer van Ieder(in). Lees meer>>
Wmo
Gemeenten die bezuinigen op de huishoudelijke hulp, zeggen dit te moeten doen om de 40 procent korting van het rijk op hun budget in te vullen. De meeste gemeenten die stoppen met huishoudelijke hulp, doen dit al per 2015. Een enkele gemeente stopt pas als de indicatie afloopt – of in 2016. Het gros van de ‘stoppers’ haalt deze zogeheten maatwerkvoorziening uit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en maakt er een algemene voorziening van. Dat betekent dat iedereen zonder indicatie gebruik kan maken van de voorziening, maar dat zelf moet regelen en betalen.
Signaleringsfunctie
Heerlen is één van de gemeenten waar volgend jaar niets verandert. ‘De huishoudelijke zorg, inclusief hh1 als individuele voorziening is voor Heerlen essentieel’, stelt wethouder Peter van Zutphen tegen Binnenlands Bestuur. ‘Huishoudelijke zorg is veel meer dan alleen schoonmaken, waarbij overigens óók dat schoonmaken al belangrijk genoeg is.’ De signaleringsfunctie van de thuiszorgmedewerkers die bij de mensen over de vloer komen, vindt Heerlen belangrijk. Als mensen zelf poetshulp moeten regelen, verdwijnt dat.