Pro
‘Eén van de bijeffecten van Eigen Kracht, zo blijkt uit onderzoek, is inderdaad dat het leidt tot minder zorgconsumptie. Maar dat is niet de reden dat wij als provincie deze conferenties zo stimuleren. Ons is het er vooral om te doen dat de cliënt en zijn netwerk zelf bepalen hoe zij hun probleem denken te kunnen oplossen. En dat ze daar zelf de regie over hebben. Daar gaat het mij om. In Overijssel lopen we echt voorop met Eigen Kracht, dat is geen reclamepraatje. Ik denk dat er momenteel jaarlijks drie à vierhonderd conferenties plaatsvinden. Wij betalen dat als provincie ook, en we hebben hier vastgelegd dat het Bureau Jeugdzorg standaard eerst kijkt wat er in het eigen netwerk mogelijk is. Dus eerst Eigen Kracht en daarna pas een indicatie voor zorg en hulp. Professionals hebben daar wel aan moeten wennen. Er was en er is zeker weerstand tegen. Maar het is echt niet zo dat professionals bij Eigen Kracht buitenspel staan. Zij geven net zo goed hun visie als het netwerk dat doet. Wel zie je nogal eens dat de omgeving van de cliënt tot een andere oplossing komt dan de beroepskracht. Ik denk dat het toch om de kwaliteit van de oplossing moet gaan, en dat de jeugdzorg moet leren dat zij dient aan te sluiten bij wat de cliënt en zijn omgeving willen.’
Gert Ranter, gedeputeerde Jeugdbeleid provincie Overijssel
Contra
‘De Eigen Kracht-conferentie kun je zien als de zoveelste poging om de invloed van professionals, van jeugdzorgmedewerkers en welzijnwerkers, verder terug te dringen. In die zin is het niets nieuws onder de zon. Maar het is de vraag of deze cliëntenbeweging, want zo zie ik Eigen Kracht toch, de afhankelijkheid van beroepskrachten niet heeft ingeruild voor een nieuw soort afhankelijkheid van instituties. Het gaat dan vooral om de positie van de neutrale voorzitter. Die wordt immers betaald en geworven door bestaande zorginstellingen. Is die voorzitter wel zo neutraal als wordt gesuggereerd? Ik zet daar vraagtekens bij. Ik denk dat het goed zou zijn als er een eigen, vanuit de burgers opgezette organisatie zou bestaan die de rol van neutrale voorzitter op zich neemt. Laten we trouwens niet vergeten dat de mogelijkheid van overheidsinterventies in gezinnen een einde heeft helpen te maken aan het recht van de sterkste dat daar gold. Jeugdzorg en welzijnswerk hebben bijgedragen aan de emancipatie van vrouwen en kinderen. Familieconferenties moeten ervoor waken dat we terugkeren naar de tijd van vóór de kinderwetten, waarin vaders het voor het zeggen hadden over de andere familieleden.’
Carol van Nijnatten, hoogleraar sociale wetenschappen, Universiteit Utrecht
De Zorgbelangorganisaties zijn gestart met een nieuw initiatief dat hier voor een deel bij aansluit: http://deeljezorg.nl.
Wel is het perspectief belangrijk anders. Met dit sociaal netwerk proberen wij gebruikers van zorg en welzijnsvoorzieningen een mogelijkheid te bieden tot het onderling uitwisselen van (ervarings)kennis en zelforganisatie.
Indien gewenst en relevant worden zij daarbij ondersteund door medewerkers van de Zorgbelangorganisaties, belangenbehartigingsorganisaties vanuit het perspectief van de cliënt. Wij proberen mensen op die manier een volwaardigere rol in hun zorgproces te laten spelen als zij dat willen, zonder dat hen verantwoordelijkheid opgedrongen wordt.