Zo’n 4000 kinderen zitten met hun moeder in de Vrouwenopvang. Als moeder en kind weer op zichzelf gaan wonen, is doorlopende hulp cruciaal om de veiligheid te borgen. Op dat punt zijn verbeteringen nodig, concluderen de vijf rijksinspecties (Jeugdzorg, Gezondheidszorg, Veiligheid en Justitie, Onderwijs en Sociale Zaken), die betrokken zijn bij het Toezicht Sociaal Domein. Belangrijkste problemen zijn het ontbreken van een ‘integraal plan’ hiervoor nazorg en te weinig samenwerking tussen hulporganisaties. Dat laatste leidt er bijvoorbeeld toe dat moeder en kind op een wachtlijst komen om hulp te krijgen.
Wijkteam
‘De inspecties vinden het mooi om te constateren’, zegt Nelleke Verdonk, coördinerend inspecteur van dit project, ‘dat een aantal vrouwenopvang organisaties hun deskundigheid over huiselijk geweld overdragen aan het wijkteam.’ Daarnaast vinden de inspecties het belangrijk dat informatie over het vertrek van moeder en kind uit de opvang wordt uitgewisseld tussen ketenpartners. Zo kunnen professionals eerder signalen opvangen als er iets niet goed gaat.’
‘Het is belangrijk dat kinderen en jongeren in de vrouwenopvang en maatschappelijke opvang worden gezien als individuen en dat zij zorg op maat krijgen. De ontwikkelingen om dit mogelijk te maken, gaan niet snel genoeg’, dat stelt staatssecretaris Martin van Rijn. Hij heeft besloten extra maatregelen te nemen. Lees meer>>
Nazorg
Vrouwen en kinderen die uit de vrouwenopvang komen, zijn kwetsbaar. Ze hebben over het algemeen meerdere en complexere problemen. Ze komen uit een situatie van huiselijk geweld die meestal al langer aan de gang was. Als deze vrouwen weer zelfstandig gaan wonen, zijn ze vaak zonder werk en hebben ze te maken met opvoedproblemen. Verdonk: ‘Bijna alle vrouwenopvang organisaties bieden tijdelijk nazorg via een ambulant team. Dat is positief. Waar het vaak mis gaat is de aansluiting van het traject daarna, de schakeling met het wijkteam en met de specialistische hulp.’
Ketenpartners
Het wijkteam is de meest nabije zorg voor vrouwen en kinderen die in beveiligde opvang hebben gezeten. ‘Maak daar gebruik van’, bepleit inspecteur Nelleke Verdonk. ‘Sociale professionals in het wijkteam moeten weten dat moeder en kind uit de opvang komen. Zodat áls er iets gebeurt, de professionals weten dat het geen incident is.’ En dat geldt ook voor ketenpartners als de woningbouwvereniging. ‘Als de betaling van de huur een paar maanden uit blijft, kan dat een signaal zijn dat moeder in financiële problemen verkeert.’
Gemeente
Volgens de inspecties is het nodig dat de gemeenten de regie nemen over de organisatie van de hulp voor moeder en kind uit de opvang. Door in het beleid tegen huiselijk geweld de samenwerking tussen ketenpartners ook nadrukkelijk te structureren. Verdonk: ‘Zodat moeder en kind bijvoorbeeld niet op de wachtlijst worden gezet als ze uit de opvang komen. Het is juist in deze fase na vertrek essentieel dat hulpverleners direct worden gekoppeld aan moeder en kind.’
Context
‘Het is belangrijk dat iemand zicht blijft houden op moeder en kinderen nadat ze uit de opvang zijn vertrokken’, zegt inspecteur Verdonk. ‘Het liefst een hulpverlener die achter de voordeur komt. En professionals die een “natuurlijke” relatie hebben met moeder en kind. Denk aan de huisarts, school, de jeugdgezondheidszorg. Voor deze partijen is het belangrijk de opvangachtergrond van moeder en kind te kennen. Dan heb je een context om dingen te zien die jou als professional kunnen alarmeren.’
Marchand, geef dan eens een voorbeeld van wat je bedoelt?
De emmer die sociaal team heet wordt driftig blijvend volgegoten met 'opdrachten' (waarvoor kort geleden nog meewarig werd gekeken naar welzijnswerk). Nadenken over tussenschakels in de keten is blijkbaar uit het zorg- en welzijnswoordenboek geschrapt in de decentralisatiedrang. Er zijn genoeg voorbeelden van een geleide landing voor vrouwen en kinderen, die heel goed werken en organisch naar een laatste halte gaan, waarbinnen sociale teams en 'de samenleving' mede bijdragen aan weer volledige inbedding. Misschien die voorbeelden eens zoeken en eruit lichten, alvorens telkens nu stappen over te slaan en weer wat te roepen.