Zwirs vindt dat de signalering van gedragsproblemen onder allochtone
kinderen moet verbeteren. Daarvoor ontwikkelde zij een vragenlijst die het
mogelijk maakt om zowel autochtone als allochtone kinderen met een hoge kans op
gedragstoornissen te onderscheiden van de kinderen met een lage kans.
Zwirs onderzocht gedragsproblemen onder Nederlandse, Marokkaanse, Turkse en
Surinaamse schoolkinderen uit Amsterdam en Utrecht. Voor het onderzoek vulden
leraren van 45 scholen een vragenlijst in over het gedrag van 2.185 kinderen van
zes tot negen jaar oud.
OnderscheidLeraren rapporteerden bij Marokkaanse
jongens meer gedragsproblemen dan bij Turkse. Nederlandse en Surinaamse jongens
ontliepen elkaar in dat opzicht niet veel. Bij meisjes noteerden de leraren geen
onderscheid tussen de verschillende etnische groepen. Marokkaanse, Turkse en
Surinaamse ouders waren minder geneigd gedragstoornissen te
signaleren.
Bij 270 van deze kinderen vond een uitgebreid vervolgonderzoek plaats dat
bestond uit een psychiatrisch onderzoek van de kinderen en een interview met de
ouders waarin een diagnose werd vastgesteld. De symptomen die duiden op
gedragsstoornissen (rusteloos, overactief, kan niet lang stilzitten) zijn voor
de verschillende etnische groepen hetzelfde.
Externalizing disorders among children of different ethnic origin in
the Netherlands
Barbara Zwirs
Promotor 1: prof. dr. T.W.J. Schulpen Promotor 2: prof. dr. J.K.
Buitelaar Copromotor: dr. H. Burger
vrijdag 19 mei 2006 12:45 uurAcademiegebouwDomplein 29
Utrecht