door Wilma Vorselman – Het proces van vermaatschappelijking in de zorg is al jaren aan de gang: grote zorginstituten worden afgebouwd en vervangen door kleinschalige woonvoorzieningen in woonwijken. Daarnaast worden mensen die zorg nodig hebben gestimuleerd zo lang mogelijk zelfstandig te blijven wonen. Een gevolg hiervan is dat zorginstellingen steeds meer op zoek zijn naar mogelijkheden voor een nuttige dagbesteding voor hun bewoners buiten de instituten. Voorbeeld daarvan is de inschakeling van gehandicapten in de land- en tuinbouw (de zorgboerderijen).
Naast deze ontwikkeling vindt in de kleine dorpen op het platteland een verschraling van het aanbod van voorzieningen plaats. De bibliotheek, bank en het postkantoor zijn de afgelopen jaren geleidelijk verdwenen uit de kleine kernen. De een na de andere buurtwinkel wordt gedwongen zijn deuren te sluiten door de concurrentie van goedkopere supermarkten in de omgeving en het gebrek aan een opvolger.
Ambities
In het Friese Oldeberkoop, een dorpje met 1500 inwoners, was de situatie niet anders. De eigenaar van de plaatselijke buurtsuper zag zijn omzet steeds verder dalen en bood de winkel een paar jaar geleden ter overname aan.De buurtsuper in Oldeberkoop is één van de negen initiatieven die beschreven in de recente publicatie ‘Verrassende verbindingen’. De uitgave van het PON*, instituut voor advies, onderzoek en ontwikkeling in Noord-Brabant, heeft als doel inspiratie te bieden voor zowel zorginstellingen als het midden- en kleinbedrijf.
Talant, een grote zorginstelling voor verstandelijk gehandicapten, had de wensen van zijn cliënten geïnventariseerd op het gebied van dagbesteding. ‘De wens om te werken in een supermarkt als Albert Heijn of Super De Boer kwam opvallend vaak naar voren’, aldus Jan van der Meer, hoofd werk- en dagbesteding van Talant. ‘Mensen met beperkingen hebben ambities, net als iedereen. Het was tot nu toe alleen niet gebruikelijk om deze in kaart te brengen. Het past in het vraaggericht werken om dat nu wel te doen.’
Begeleiding
Talant benaderde in eerste instantie de grote supermarktketens. Deze waren wel bereid om cliënten van Talant te plaatsen, maar het mocht niet ten koste gaan van ‘het ondernemen’. ‘Dat maakte ons wat huiverig,’ vervolgt Van der Meer. ‘Onze cliënten hebben veel begeleiding nodig, vooral de gehandicapten met gedragsstoornissen. Daarom besloten we om zelf het ondernemersschap op ons te nemen; we namen de noodlijdende supermarkt in Oldeberkoop over.’ Talant sloot een contract met de Prisma Food Group, een organisatie die veel ervaring heeft met supermarkten in kleine kernen. ‘We hebben ze hard nodig gehad. Je hebt verstand van zorgverlening, maar niet van ondernemen.’
Elders in deze Zorg + Welzijn (pag. 8-10) geeft staatssecretaris Ross aan dat het Nederlandse beleid in de komende jaren veel verder dan nu zal gaan bij het onderwerp extramuralisering. ‘Mensen willen langer thuiswonen (…) De full package aan zorg vanuit de AWBZ die je nu krijgt bij opname, kun je straks ook thuis krijgen,’ stelt ze. Ross antwoordt dit op de vraag of het terecht is dat plattelandsgemeenten denken met de invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning ‘gestraft’ te worden voor hun inzet voor extramuralisering.
WMO
Het project-Olderberkoop vertegenwoordigt misschien nog niet de ideale extramuralisering, maar het is wel in de geest van de WMO. In deze wet worden gemeenten verantwoordelijk voor het aanbieden van ondersteuning aan gehandicapten. Er is sprake van dat de dagbesteding, de ondersteunende en de activerende begeleiding uit de AWBZ gaat en in de WMO opgenomen wordt. Dit zou voor gemeenten een grote extra verantwoordelijkheid met zich mee brengen, omdat zij nog niet thuis zijn op dit terrein. Dagbesteding wordt nu immers geregeld door de zorginstellingen. Overgang van ondersteunende en de activerende begeleiding van AWBZ naar de WMO zou kunnen betekenen dat de huidige indicatiestelling komt te vervallen en dat gemeenten hiervoor een eigen systeem dienen te ontwikkelen.
Als de gemeenten de regie krijgen over de ondersteunende en de activerende begeleiding moeten zij erover nadenken welke dagbesteding zij haar burgers wil aanbieden en hoe dit met de betrokken partijen afgestemd moet worden. De gemeenten kunnen afspraken maken met zorginstellingen of het welzijnswerk, maar het is ook mogelijk dat nieuwe partijen zich aanbieden. Voor zorgorganisaties is het dan ook belangrijk om tegen die tijd goed in beeld te zijn bij de lokale overheid.De landelijke overheid ziet 2006 als een overgangsperiode, waarin diverse proefprojecten bij lokale overheden duidelijkheid moeten verschaffen over de definitieve invulling van de WMO. Daarnaast zal de overheid dit jaar ook gebruiken om de omvang van arbeidsmatige dagbesteding voor mensen met een handicap in kaart te brengen.
Buurtsuper Speciaal
Het was mooi meegenomen dat Oldeberkoop een dorp is met een sterk vergrijzende bevolking. Oudere mensen willen graag een winkel om de hoek. Daarnaast stonden de inwoners open voor mensen met een verstandelijke handicap. Van de Meer: ‘Van oudsher waren in Oldeberkoop twee zorginstellingen voor verstandelijk gehandicapten gevestigd, dus de dorpsbewoners waren gewend aan onze cliënten.’In totaal werken er dertien gehandicapten en vier reguliere supermarktmedewerkers in de Friese supermarkt. De verstandelijk gehandicapten ontvangen geen salaris, maar een aantal van hen kan op termijn doorstromen naar een betaalde baan. Doorstromen is echter niet het belangrijkste doel voor Talant. ‘We willen cliënten verder helpen, de samenleving in. De winkel is een prima plek om ervaring op te doen. Vaak hebben ze trouwens een geromantiseerd beeld van het winkelwerk. Lekker gezellig onder elkaar en plezier maken met de klanten. Maar dat is natuurlijk maar een deel van het verhaal. Er moet hier gewoon aangepakt worden, net als in een gewone winkel. Dat kan best eens tegenvallen. Ook dat moeten onze cliënten ervaren.’
De doorstroomdoelen zijn nog niet duidelijk geformuleerd. Jaarlijks zouden er drie werknemers kunnen doorstromen naar een reguliere baan of een stageplek elders. Dit aantal is nu nog niet gehaald in Oldeberkoop. Ervaring en routine opbouwen hadden de eerste prioriteit. En men wilde natuurlijk vaststellen of een dergelijke winkel levensvatbaar is. Van de Meer: ‘We hinken een beetje op twee gedachten. Enerzijds stellen we dat we hier in principe geen werkplekken hebben, maar dat we mensen trainen om in de toekomst ergens anders aan de slag te kunnen. Anderzijds hebben onze cliënten het geweldig naar hun zin. Ze verleggen dan hun ambitie van doorstromen naar blijven werken in deze supermarkt. Dat is bespreekbaar. De wens van onze cliënt staat voorop.’
Naast alle regionale en landelijke media-aandacht die de buurtwinkel in Oldeberkoop ontving, was ook het Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn (NIZW) deze succesvolle samenwerking tussen zorg en bedrijfsleven niet ontgaan.
‘Natuurlijk vindt het NIZW deze samenwerking een goede zaak,’ aldus een enthousiaste Bertho Smit, programmamedewerker Participatie van het NIZW. ‘Het is goed voor de beeldvorming van gehandicapten en de leefbaarheid op het platteland verbetert. Overigens zie ik dit initiatief niet alleen slagen in kleine dorpen op het platteland. In verouderde wijken in de stad zou dit ook kans van slagen hebben.’
Om al die informatie en ervaringen in Friesland te bundelen heeft het NIZW een themasite ontwikkeld onder de naam Buurtsuper Speciaal. ‘De website is nu zo’n twee maanden in de lucht en dient als platform voor een ieder die geïnteresseerd is. We worden regelmatig gebeld door winkeliers, zorginstellingen of gemeenten voor nadere informatie. In samenwerking met de zorgaanbieder Talant en de supermarktketens Spar en PrismaFood heeft het NIZW afgelopen november een informatiebijeenkomst georganiseerd voor zo’n twintig geïnteresseerde zorginstellingen. Van Spar en Prisma Food Retail hebben we begrepen dat ze momenteel met acht à tien instellingen in gesprek zijn over mogelijke nieuwe winkelprojecten.’
Het NIZW verwacht een voortvarende groei van de buurtwinkels; binnen vijf jaar worden ongeveer veertig buurtwinkels draaiende gehouden door verstandelijk gehandicapten. De zorgorganisatie Talant heeft inmiddels drie supermarkten draaiende. Onlangs is het concept ook buiten Friesland in werking getreden. In Lonneker, een dorp dichtbij Enschede met 1800 inwoners, heeft Stichting Dagcentra Twente een buurtsuper geopend met negentien verstandelijk gehandicapte werknemers.