In het rapport “Zorgen voor de jeugd” van de Transitie Autoriteit Jeugd (TAJ) waarschuwt de autoriteit voor het behoud van de jeugdhulp. De instellingen voor jeugdhulp worden geteisterd door gebrek aan geld en door enorme administratieve lasten. De specialistische jeugdhulp dreigt er aan ten onder te gaan. De Transitieautoriteit pleit voor een tijdelijke ‘innovatiepot’ om jeugdhulpaanbieders en gemeenten ‘een zetje in de rug te geven voor wat meer financiële armslag.’
Transitie Autoriteit Jeugd
De Transitie Autoriteit Jeugd is opgericht om de continuïteit van jeugdhulp te verzekeren door oplossingen te zoeken voor financiële knelpunten bij gemeenten en instellingen. Zorgaanbieders kunnen zich melden bij de TAJ als zij problemen hebben in de transitieperiode, nu de financiering is overgeheveld naar de gemeenten. De meeste ‘hulpvragen’ die de TAJ het afgelopen jaar kreeg, gingen over liquiditeitsproblemen. De TAJ adviseert het ministerie van VWS om de nood te ledigen, tot dat de instelling weer uit de gevarenzone is.
Al in 2014 stelde toenmalig staatssecretaris Van Rijn 200 miljoen ter beschikking voor de continuïteit in de jeugdhulp. Instellingen voor jeugdzorg die in financiële problemen dreigen te komen volgend jaar, kunnen aankloppen bij de Transitie Autoriteit Jeugd. Er is 200 miljoen ter beschikking tot 2018. Ze moeten het geld uiteindelijk wel terugbetalen. Lees meer>>
Koude sanering
In het rapport waarschuwt de TAJ vooral voor ‘een ongeplande en koude sanering binnen de hoog-specialistische jeugdhulp’. Door toenemende geldproblemen in combinatie met de hoge uitvoeringslasten door de zware bureaucratie ‘is de kans aanwezig dat instellingen stoppen met de specialistische jeugdhulp, waardoor sommige regio’s straks noodzakelijke voorzieningen ontberen. Gemeenten, de VNG en bracheorganisaties moeten in kaart brengen hoeveel capaciteit er de komende vijf jaar nodig is en hoe die over het land verspreid moet zijn’, adviseert de TAJ.
Bevoorschotten
‘Een op de vijf gespecialiseerder jeugdinstellingen verwacht dit jaar een acuut liquiditeitsprobleem te krijgen’, zegt TAJ-voorzitter Marjanne Sint op de website van Binnenlands Bestuur. Dat komt voor een belangrijk deel omdat gemeente de jeugdhulp niet vooraf financieren – bevoorschotten – maar pas achteraf, als de hulp al is verstrekt. Maar het komt ook omdat ‘Aanbieders soms onvoldoende zicht op de eigen kostprijzen en daardoor tarieven afspreken die niet kostendekkend zijn.’
Aanbesteding
Een ander groot probleem in de jeugdhulpverlening is de administratielast, constateert de TAJ. Met de decentralisatie is ook een aanbestedingscircus ontstaan, dat veel tijd en geld kost: ‘Alle instellingen die veel contractanten hebben, hebben extra personeel moeten aantrekken in de financiële administratie. Dat gaat ten koste van het beschikbare geld voor jeugdhulp’, aldus de Transitieautoriteit.
Administratielast
Aan de ‘vermijdbare administratielast’ moet een einde komen, benadrukt Marjanne Sint. En dat kan ook. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en jeugdhulpaanbieders hebben al een aantal standaarden ontwikkeld voor de administratieve processen en voor het stroomlijnen van inkoopafspraken. Sint: ‘Je ziet echter dat gemeenten, als ze al van die standaarden gebruik maken, er toch hun eigen sausje overheen gieten. Een van onze kernaanbevelingen is dat gemeenten en VNG dit nu echt met elkaar gaan regelen. Gebeurt dat niet, dan moet het gebruik van de standaarden per 2018 wettelijk verplicht worden gesteld.’
Innovatiepot
‘Je hebt financiële ruimte en armslag nodig om die transformatie te kunnen beginnen’, stelt de TAJ De autoriteit pleit voor een tijdelijke ‘innovatiepot’ om gemeenten en aanbieders een zetje in de rug te geven. ‘Dat hoeft geen nieuw geld te zijn’, stelt Sint. Van het budget van 200 miljoen euro, dat de TAJ als werkkapitaal meekreeg, is nog zo’n 122 miljoen euro over. Van groot belang is ook kennisuitwisseling, zodat gemeenten en aanbieders kunnen leren van aanpakken elders.
Lees het rapport “Zorgen voor de jeugd” van de Transitie Autoriteit Jeugd >>