Door Carolien Stam – De
Nota Gezinsbeleid
van staatssecretaris Ross, die vandaag in de Tweede Kamer wordt besproken, is te veel gefocust op incidentele maatregelen op het gebied van opvoedingsondersteuning.
‘Er wordt gepleit voor oudercursussen, maar er staat niets in over de landelijke inzet van effectieve interventies, die in de databank van het NIZW te vinden zijn’, zegt Marijke de Vries, voorzitter van
LOOPP
, waarvan zowat alle bureaus jeugdzorg lid zijn. ‘Nu doet iedereen zijn eigen projectje, met subsidie van de overheid. Dat bevordert de versnippering in de jeugdzorg.’
In de Nota Gezinsbeleid schrijft de staatssecretaris dat de overheid zich actiever opstelt in het jeugdbeleid. In 2006 worden een aantal maatregelen ingevoerd, zoals het elektronisch kinddossier, meer aandacht voor vroegtijdig signaleren, een Centrum voor Jeugd en Gezin in elke wijk, extra geld voor uit uitbreiding van de capaciteit in de jeugdzorg – 33 miljoen – en extra geld om de wachtlijsten op te lossen. En extra geld – 10 miljoen – voor opvoedingsondersteuning.
Volgens De Vries prima maatregelen, maar de door de overheid zelf in het leven geroepen bureaucratie wordt niet aangepakt, stelt zij. ‘Het gaat om wie de verantwoordelijkheid neemt. Van de scheiding van verantwoordelijkheden tussen rijk, provincie en gemeenten hebben we allemaal last. Belangrijk is dat de mensen in het werkveld de verantwoordelijkheid krijgen om direct actie te ondernemen als dat nodig is. Nu zitten ze vast aan duizend door de verschillende overheden ingestelde regels en protocollen. Als een moeder haar kind van de trap wil gooien omdat ze het niet meer aan kan, is het niet mogelijk direct in te grijpen.’
Het uitgangspunt van de Nota Gezinsbeleid – het kind centraal – is volgens Marijke de Vries meer dan nodig. ‘Er dient snel gehandeld te worden in het belang van het kind. Dat geldt voor de rechters die een ondertoezichtstelling uit moeten spreken, maar ook voor de peuterleidster, de leerkracht, de maatschappelijk werker en de jeugdhulpverleners. Dat betekent minder regels en protocollen en indien nodig verantwoordelijkheid achteraf afleggen.’
Een Centrum voor Jeugd en Gezin in elke wijk, waar iedereen met vragen en problemen terecht kan, is volgens de voorzitter van LOOPP een prima idee. Het bestaat overigens al in verschillende varianten in diverse gemeenten, zoals de ouder-kindcentra.
Links:
Vereniging LOOPP
,
‘Opvoedingsondersteuning moet normaler worden’
(VWS),
Nota Gezinsbeleid