In het onderzoek ligt de nadruk op slachtoffers die in hun jeugd misbruikt zijn en waarvan opnames zijn gemaakt. Deze kunnen namelijk een extra dimensie toevoegen aan het leed van het slachtoffer. Dettmeijer: ‘’De beelden van het misbruik blijven immers beschikbaar en kunnen door meerdere daders worden bekeken. De wetenschap dat anderen naar beelden van jouw misbruik kijken en hier opgewonden van raken, zorgt ervoor dat slachtoffers het misbruik moeilijk kunnen afsluiten. De blijvende beschikbaarheid van het beeldmateriaal zorgt er voor dat het misbruik oneindig lang door kan gaan’
Ten opzichte van 2013 is het aantal meldingen van jongeren en kinderen die op internet misbruikt worden met 50 procent toegenomen. Vooral het aantal meldingen van chantage met naaktfoto’s en/of filmpjes neemt toe. Lees meer >>
Gevolgen van misbruik
Deelnemers aan het onderzoek wordt gevraagd een vragenlijst in te vullen. In deze lijst is er onder meer aandacht voor de psychische, lichamelijke en sociale gevolgen die het misbruik, de verspreiding van de beelden van het misbruik, en de eventuele rechtsgang daarna, hebben gehad. Ook gaan de vragen in op de aard van het fysieke misbruik, de relatie tussen slachtoffer en dader, en de manier en het moment waarop het misbruik en het seksueel beeldmateriaal aan het licht kwam. Het doel is dat uit het onderzoekt blijkt welke vormen van hulpverlening en behandeling effectief zijn. Dettmeijer: ‘Hierbij wordt veel rekening gehouden met de slachtoffers. Wat willen zij zélf dat hulpverleners, politiemensen, jeugdwerkers, advocaten, artsen, en beleidsmakers weten over wat het slachtofferschap met hen heeft gedaan?’
Herbeleving
Een onderzoek is als dit is nodig en welkom. Dat vinden zowel slachtoffers als hulpverleners. Esther: ‘Tussen mijn 13e en 15e is er seksueel beeldmateriaal van mij gemaakt. Nu ik 47 ben, worstel ik met mijn herinneringen uit die tijd. Het zijn ontzettend beangstigende herbelevingen en herinneringen. Ik wil zo ontzettend graag dat er voor mensen na mij iets wordt gedaan ter voorkoming van deze ellende. Ik ben dankbaar dat, hoe heftig ook, dit onderzoek er is.’ Victor Jammers, Slachtofferhulp Nederland: ‘Onze medewerkers herkennen de enorme impact die het verspreiden van beeldmateriaal heeft op het slachtoffer. Het zijn niet alleen de herinneringen, maar ook de schaamte voor het misbruik en voor de beelden die mogelijk nog online staan en waar anderen plezier uit halen. De resultaten van dit onderzoek geven ons hopelijk meer handvatten om onze hulp nog beter af te stemmen op deze slachtoffers.’
Waar kan je eigenlijk terecht na fysieke en psychische kindermishandeling , zij er ook zulke artikelen als dit over dat onderwerp? En dan ook over daders, slachtoffers en plegers, en hulp? In de praktijk is er niets.