1. Online radicalisering
De Kinderbescherming trekt aan de bel: er is een toename in het aantal jongeren dat online radicaliseert. Er is volgens de Kinderbescherming een significante stijging zichtbaar van jongeren die, ogenschijnlijk uit het niets, verdacht worden van ernstige strafbare feiten zoals het voorbereiden van een terroristische aanslag. Zij zijn vaak geradicaliseerd op sociale media, zonder dat hun omgeving hier aanwijzingen van heeft opgevangen. Algoritmes van sociale media spelen hier een belangrijke rol in: zo kan een jongere met interesse in de Tweede Wereldoorlog gemakkelijk belanden in een tijdlijn waarin steeds extremistischere content te zien is. Dit online radicalisering gebeurt vaak buiten het gezichtsveld van ouders, verzorgers of scholen.
2. Mentale gezondheid zwangerschap
Een goede mentale gezondheid van de moeder rondom de zwangerschap is belangrijk voor een veilige start van het kind. Toch ervaart één op de vijf vrouwen na de zwangerschap depressieve klachten, één op de vier angstklachten en één op de zeven (heel) veel stress. Dit blijkt uit nieuwe cijfers van de Monitor Zwangerschap 2023 van het Trimbos-instituut. Ook blijkt dat mentale klachten na de zwangerschap (depressie, angst, stress) juist voorkomen nadat het kind een half jaar oud is.
3. Ervaringsdeskundigen voor jeugdzorg
In de provincie Overijssel is een leernetwerk voor de jeugdzorg opgezet. Het doel is om ervaringskennis beter in te zetten. Denk bijvoorbeeld aan mensen die zelf als (pleeg)ouder of kind te maken hebben of hebben gehad met jeugdzorg. Zij weten hoe het voor ouders, gezinnen en kinderen is om een hulpvraag te hebben. Deze ervaringskennis wordt als waardevol gezien, maar wordt nu nog onvoldoende benut. In het leernetwerk Ervaringsdeskundigheid Jeugd Overijssel (LEJO) werken zeven jeugdzorgorganisaties en de gemeenten Zwolle, Deventer en Oldenzaal samen. Het doel is onder meer om kennis te ontwikkelen en 350 ervaringsdeskundigen op te leiden.
4. Journaal in Makkelijke Taal
De NOS introduceerde maandag een nieuwe tv-uitzending: het NOS Journaal in Makkelijke Taal. Dat is bedoeld voor mensen die moeite hebben met de Nederlandse taal, zo’n 2,5 miljoen mensen. De Stichting Lezen en Schrijven is ‘erg blij’ met het dagelijkse journaal. Uit onderzoek blijkt dat mensen die moeite hebben met lezen en schrijven een enorme nieuwsbehoefte hebben. Maar dat het vinden van nieuws voor hen moeilijk is. En als ze het vinden, het begrijpen van de berichten lastig is.
Daarnaast verscheen deze week ook een speciale editie van vrouwenblad Flair. De ‘Flair – Extra makkelijk te lezen’ is bedoeld voor jonge vrouwen die moeite hebben met lezen en schrijven. Dit tijdschrift heeft een lager taalniveau en een eenvoudige vormgeving.
Het NOS Journaal in Makkelijke Taal is dagelijks te zien om 17.00 uur op NPO 1.
5. Handreiking NJi
Hoe zorg je ervoor dat kinderen thuis kunnen blijven wonen en voorkom je een uithuisplaatsing? Lukt dat niet, hoe organiseer je dan een huiselijke plek dicht bij het gezin waar het kind kan wonen? En hoe werk je vervolgens aan de terugkeer van het kind naar het eigen gezin? Die drie vragen staan centraal in ‘Mijn Thuis. Een handreiking over de visie van zo thuis mogelijk opgroeien’ van het Nederlands Jeugdinstituut. De handreiking is vooral gericht op professionals uit de jeugdhulp, de ggz, het onderwijs en de gezondheidszorg en biedt concrete handvatten met als doel uithuisplaatsingen terug te dringen. Dit omdat uithuisplaatsingen schadelijk kunnen zijn voor kinderen.
6. Jongeren en schulden
Als jongeren eenmaal één schuld hebben, komen daar vaak snel nieuwe bij. Ruim een kwart van de jongeren (18-25 jaar) maakt op korte termijn een extra schuld, terwijl de oude nog niet altijd is afbetaald. Dat blijkt uit onderzoek van televisieprogramma Pointer, dat navraag deed bij drie van de grootste gerechtsdeurwaarders in Nederland. Vooral het niet kunnen betalen van de zorgverzekering zorgt voor problemen. Voor bijna de helft van de jongeren (48,5 procent) is dat het begin van een schuldenstapeling.
7. Rapport over sociale basis
De sociale basis is een beleidsconcept waarvan veel wordt verwacht. Zijn die verwachtingen reëel? En wat kunnen landelijke en lokale partijen doen om bij te dragen aan een sterkere sociale basis? Die vragen staan centraal in het rapport De sociale basis versterken, investeren in de toekomst dat afgelopen week is verschenen. Het is opgesteld door Movisie en het Verwey-Jonker Instituut in opdracht van het ministerie van VWS en in samenwerking met de Kerngroep Sociale Basis, waarvan ook Sociaal Werk Nederland deel uitmaakt. Lex Staal, directeur-bestuurder van Sociaal Werk Nederland en voorzitter van de Kerngroep Sociale Basis is content met het rapport: ‘Met dit heldere model kun je met gemeenten én aan IZA-regiotafels betere gesprekken voeren die nodig zijn om de komende decennia de sociale basis samen goed op orde te brengen.’
8. Het gaat goed met de bieb
Bibliotheken in Nederland krijgen er steeds meer leden bij. Volgens onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek en de nationale bibliotheek KB waren er vorig jaar 3,6 miljoen mensen lid, 5 procent meer dan een jaar eerder. Eerder zagen bibliotheken hun ledenaantallen jarenlang dalen. De activiteiten in de bieb raken ook vaak het sociaal domein: er worden bijvoorbeeld taalcafés voor nieuwkomers en koffie-ochtenden voor ouderen georganiseerd.
9. Aandacht voor zingeving
Gerichte aandacht voor zingeving door hulpverleners kan de kwaliteit van leven van cliënten verbeteren. Dat was al bekend in de palliatieve zorg, maar de behoefte wordt breder gevoeld. Dat blijkt uit onderzoek binnen zeven beroepsgroepen, geïnitieerd door de Kenniswerkplaats Zingeving. Het onderzoek werd onder meer in het sociaal domein, de jeugdzorg en de ggz uitgevoerd. ‘Zingeving is een diepe menselijke behoefte’, zo legt Gaby Jacobs uit, hoogleraar Geestelijke Verzorging van de Universiteit voor Humanistiek en voorzitter van de Kenniswerkplaats. ‘Het gaat om de vraag naar dat wat er ten diepste toe doet en hoe je je verhoudt tot de wereld. Het is een basisbehoefte die vaak pas in specifieke levensfasen of bij ingrijpende gebeurtenissen opgemerkt wordt.’